elbert schreef:Raido schreef:Maar in jullie discussie gaan jullie zelfs zover om wedergeboren mensen nullen te noemen. Dat is echt is strijd met zo'n beetje alles wat de bijbel erover zegt:
Er is een verschil tussen een nul zijn, en een nul voelen.. en of het zo tegenbijbels is.. Hij moet wassen, ik minder worden.
Dat een wedergeborene zich een nul kan voelen (of zich onwaardig voelt is misschien een betere uitdrukking) is zo bijbels als wat. Abraham (Gen. 18:27), David (Ps. 51:7), Job (Job 39:37), de tollenaar (Luk. 18:13), Petrus (Luk. 5:8, Luk. 22:62), Paulus (Rom. 7:24, 1 Kor. 15:8-9), allen voelden ze zich op bepaalde momenten te gering dat God naar hen om zou zien.
Natuurlijk, maar dat heeft te maken, met de
genade. Wij hebben Gods goedheid geenszins verdiend.
Volgens mij is het probleem met deze hele discussie, dat we bij het begrip
nul niet allemaal aan hetzelfde denken. Als het is: wij hebben vanuit onszelf
nul rechten bij God, dan zeg ik: inderdaad. Maar als het is: je bent
nul waard, dan zeg ik nee.
Er is nog een gevaar. De bijbel spreekt ook over 'de aanklager van de broeders' (Op. 12:10) en in Zach. 3:1 lezen we, dat de satan de hogepriester Jozua aanklaagt en dat God hem daarom bestraft. Als je wedergeboren bent en in Christus een nieuwe schepping bent geworden, dan heeft de satan geen enkel recht om je aan te klagen. Hij zal het wel proberen en ik vrees dat menig oprecht christen, die na zijn bekering zich een nul en ellendig voelt, last heeft van de aanklager, zonder zich dat te realiseren, waardoor hij dat gevoel ten onrechte als werkelijkheid ervaart.
Raido schreef:Hij moet wassen, ik minder worden.
Dit is een uitspraak van Johannes de doper, die zo wel helemaal uit z'n verband wordt gerukt. Johannes bedoelt daar simpelweg, dat zijn taak ten einde loopt en dat de aandacht van hem naar Christus moet verschuiven.
Marnix schreef:Ook dit is in mijn ogen onbijbels. Ik hoor het zo vaak, maar kan het nergens terugvinden, integendeel.
Het is niet "Jezus alleen". Het doel van God is niet dat je jezelf wegcijfert.
Dit komt voort uit teksten als Gal. 2:20. Ik geef hem maar even
met context weer, anders gaan we gegarandeerd in de fout:
15 Hoewel wij Joden van geboorte zijn en geen zondaars uit andere volken, 16 weten we dat niemand als rechtvaardige wordt aangenomen door de wet na te leven, maar door het geloof in Jezus Christus. Ook wij zijn tot geloof in Christus Jezus gekomen om daardoor, en niet door de wet, rechtvaardig te worden, want niemand wordt rechtvaardig door de wet na te leven. 17 En in ons streven om door Christus rechtvaardig te worden, blijkt dat wijzelf ook zondaars zijn. Betekent dit dat Christus dus in dienst staat van de zonde? Natuurlijk niet. 18 Maar wanneer ik weer aanneem wat ik had verworpen, maak ik van mezelf opnieuw een overtreder. 19 Want ik ben gestorven door de wet en leef niet langer voor de wet, maar voor God. Met Christus ben ik gekruisigd: 20 ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij. Mijn leven hier op aarde leef ik in het geloof in de Zoon van God, die mij heeft liefgehad en zich voor mij heeft prijsgegeven. 21 Ik verwerp Gods genade niet; als we door de wet rechtvaardig zouden kunnen worden, zou Christus voor niets gestorven zijn. (Gal. 2:15-21, NBV)
Paulus zegt: "ikzelf leef niet meer, maar Christus leeft in mij." En dus, zo concluderen velen, verdwijn je zelf helemaal en blijft alleen Christus over. Maar als we de context bezien, dan zien we dat het gaat over het probleem dat Paulus elke keer tegenkwam op zijn reizen, nl. dat er christen-Joden waren, die zeiden, dat we nog altijd de wet van Mozes moeten houden. Nee, zegt Paulus, door de wet wordt je niet rechtvaardig en
ik ben gestorven voor de wet en leef niet langer voor de wet, maar voor God (vs.19). Dat is een merkwaardige zin: ik ben gestorven en ik leef... Het is ook niet een algemeen 'ik ben gestorven', maar 'ik ben gestorven voor de wet'. Dat is de context van vs. 20. Paulus zegt, dat hij voor de wet niet meer leeft en voor zover hij nog leeft (voor de wet dus), is het door Christus. Het gaat hier dus om Paulus' verhouding tot de wet: dood en alleen levend door Christus en niet om 'dood' of 'levend' in algemene zin. Als de wet Paulus zou beoordelen, komt Christus in zijn plaats en wordt Hij, die volmaakt is, beoordeeld. Daardoor is Paulus vrij. Als je deze tekst interpreteert als een 'volledig opgaan in Christus' (zoals iemand eerder zei: jezus alleen), dan kom je in de problemen, want hoe kan Paulus dan vervolgen met "Mijn leven hier op aarde leef ik..." (vs. 20b)? We moeten van de tekst dus niet meer maken dan het is, door het los te maken van de verhandeling over de wet. Dezelfde uitleg vindt je trouwens in het begin van Rom. 7.
Een prachtige tekst in de context van deze 'nullen discussie' is:
Vernedert u dan onder de machtige hand Gods, opdat Hij u verhoge te zijner tijd. (1 Petr. 5:6)
Sommigen in deze discussie zijn heel goed in het eerste stuk van de tekst: zich vernederen, zelfs tot nul toe! Maar vergeet het tweede stuk niet: Gods bedoeling is niet dat je een deurmat of een voetbank wordt (dat laatste is bedoeld voor zijn vijanden, Hand. 2:35), Hij wil je
verhogen. Of zijn het soms nullen, die met Christus zullen regeren?