Er is hier de afgelopen tijd behoorlijk wat gezegd over kerkmuziek. Helaas is er weinig uitgediept. Vandaar hierbij deze aanzet.
Als je kijkt naar de verschillende visies op kerkmuziek dan zijn er 2 uitersten te onderscheiden:
1) Kerkmuziek moet van een hoge esthetische kwaliteit zijn. De eisen die aan de muziek in de tempel gesteld werden zou je hiervoor als leidraad kunnen nemen: muziek in de kerk / tempel is geen vrijblijvende zaak. Alles wat we aan God geven moet zo goed mogelijk zijn en dus ook onze muziek. God hecht waarde aan een bepaalde mate van kwaliteit.
2) Het gaat bij kerkmuziek niet om de esthetsische kwaliteit maar om het hart van de muzikant /zanger. Een psalm/gezang/opwekkingslied mag best vals gezongen worden als het maar gemeend is. Niet voor niets lezen we in het NT veel minder over muziek dan in het OT. Je zou kunnen zeggen dat muziek bij de uiterlijkheden van het OT hoorde en dat het accent nu ligt bij het 'aanbidden in geest en waarheid'. God hecht dus niet zozeer aan de vorm als wel aan de oprechtheid.
Natuurlijk zijn er tussen deze 2 uitersten allerlei tussenposities denkbaar. Wat is jouw positie?
Klaas
PS Voor alle duidelijkheid: ik wil natuurlijk niet zeggen dat diegenen die hechten aan esthetische kwaliteit de oprechtheid, het hart niet belangrijk vinden. Bij uiterste 1 wordt over het algemeen gesteld dat die oprechtheid de basis is, de esthetische kant komt daar bij.