Een waar gelovige, of... een huichelaar?

De Archiefkast van het Forum. Oude discussies zijn hier nog eens na te lezen.

Moderator: Moderafo's

Wilko
Mineur
Mineur
Berichten: 153
Lid geworden op: 13 sep 2002 16:04

Berichtdoor Wilko » 28 mar 2003 16:36

Prachtig stukje van ds. a Brakel:

"Het geloof is de ziel van het Christendom; die hier dwaalt, die dwaalt tot zijn eeuwig verderf; velen gaan met een inbeelding hieromtrent gerust verloren; anderen verslijten hun dagen in droefheid, vrezende dat ze geen waar geloof hebben, terwijl ze reden en grond hebben hun weg met blijdschap te reizen, omdat ze ware gelovigen zijn; daarom is het nodig om het onderscheid tussen het ware en het tijdgeloof op het duidelijkst voor te stellen.

Men moet zich niet inbeelden, dat het ware geloof en het tijdgeloof elkaar zo nabijkomen, dat ze zeer moeilijk van elkaar te onderscheiden zijn, en voor het merendeel maar in tijdsduur verschillen; want zij zijn in de gehele natuur van elkaar gescheiden, daar is zulk een onderscheid tussen die beide, als tussen dood en leven, als tussen licht en duisternis; maar de moeilijkheid om die te onderscheiden is in de mens, en in de toepassing op zichzelf."

Kootje, de beproeving is noodzakelijk en niet zondig of een teken van ongeloof, dat kon je uit het bovenstaande al wel opmaken, maar a Brakel gaat nog wat verder:

"Gij, wie gij zijt, die dit leest of hoort lezen, ik vraag u en antwoordt gij de alwetende God, wat zegt gij van uzelf? Zijt gij een waar gelovige of niet? Komt, doorzoekt u nauw, beproeft u zelf, want:

ER ZIJN MAAR TWEE STATEN
1. Gij zijt op dit moment of een kind Gods, of een kind des duivels; gij zijt niet beide, gij zijt ook niet geen van beide, daar is geen derde staat. Legt dit op uw hart, zo heerlijk of zo veracht, zo zalig of rampzalig zijt gij. Is dit nu niet de moeite waard, dat gij uzelf beproeft, wat gij zijt? Zal men in zulk een grote zaak zorgeloos zijn? Dat is immers het werk van de dwaze maagden; denk aan hun einde!

ER WORDEN ZEER WEINIGEN ZALIG
2. Niet alle mensen, niet allen, die gedoopt zijn, niet allen die naar de kerk gaan of aan het Avondmaal, ja de minsten, veruit de minsten van die, zijn ware gelovigen, en gaan naar de zaligheid. Kijk eens naar de menigte op de markt of in de drukte in de kerk, denkt dan eens:
Immers was Simon de tovenaar ook al gedoopt, Hand. 8:13.
Immers zat de gast zonder bruiloftskleed al mede aan, Matth. 22:11.
Immers waren de helft van de maagden, dwaze, Matth. 25:2.
Immers zijn er maar weinig uitverkorenen, Matth. 20:16.
Immers vinden maar weinigen de nauwe weg, en gaan in door de enge poort, daar er velen op de brede weg, en door de wijde poort tot het verderf lopen, Matth. 7:13, 14.
En komt ik dan zo bij u, en zult gij u niet afvragen: En gij, onder welke hoop zijt gij? "Ben ik het Heere?" Matth. 26:22. "Ben ik het Rabbi?" vs. 25.

HET NALATEN VAN BEPROEVING IS HOOGST SCHADELIJK
3. Na te laten het beproeven van zichzelf is hoogst schadelijk; want het houdt de mens in de slaap van zorgeloosheid, het doet hem de tijd verliezen, het maakt hem de middelen ter zaligheid krachteloos en onnuttig, het verstokt zijn hart tegen alle bedreigingen en oordelen Gods, het houdt hem in de wereld en in de zonde; ja het is de sleutel, waardoor hij de hemel voor zich toesluit en de hel voor zich opendoet.

JEZELF BEPROEVEN IS ZEER NUTTIG
4. Zichzelf te beproeven is zeer nuttig; men wordt daardoor gewaar de gruwelen, die in het hart zijn, men leert de wrekende rechtvaardigheid Gods kennen, men wordt bekommerd, verschrikt, verlegen, men vlucht tot de Heere Jezus om rechtvaardigmaking en heiligmaking, daar komt ernst in het hart. En wordt men genade, licht, leven, geloof gewaar, het is niet te zeggen, wat een blijdschap dat in het hart verwekt, wat een sterkte het geeft. Men krijgt telkens niuewe moed, men krijgt vrijmoediger toegang, men leert de wegen Gods met de zielen kennen, het verblijdt het hart, en het heiligt de mens in al zijn daden:
1 Joh. 3:3: "Een ieder die deze hoop op Hem heeft, die reinigt zichzelf, gelijk Hij rein is."
Deze beproeving uit luiheid, moedeloosheid, of wanhoop nalaten, beneemt hun alle troost en vreugde, belet hun groei, en onthoudt God Zijn eer. Welaan dan, onderzoekt u veel en antwoordt veel op die vraag: "Hebt gij Mij lief, Simon?" Joh. 20:17.

HET IS HET UITDRUKKELIJK BEVEL VAN GOD
5. Het is ook Gods uitdrukkelijk bevel; die dat nalaat, en niet bewilligt in Zijn raad, is God ongehoorzaam; het zou het dan goed gaan met hem?
Klaagl. 3:40: "Laat ons onze wegen onderzoeken, en doorzoeken."
Zef. 2:1: "Doorzoek u zelf nauw, ja doorzoek nauw, gij volk, dat men geen lust bevangen wordt!"
1 Kor. 11:28: "De mens beproeve zichzelf."
2 Kor. 13:5: "Onderzoekt u zelf...Of kent gij uzelf niet, dat Jezus Christus in u is, tenzij dat gij enigszins verwerpelijk zijt."

Volgt de raad en het bevel van God, en gij zult er u wel bij bevinden."


Tot zover een antwoord, ik denk een zeer duidelijk antwoord op een van je vragen.[/i]

Gebruikersavatar
Cathy
Majoor
Majoor
Berichten: 1543
Lid geworden op: 13 sep 2002 17:18
Locatie: Krimpen aan den IJssel

Berichtdoor Cathy » 28 mar 2003 19:27

Hoe doe je dat eigenlijk: jezelf nauw doorzoeken en jezelf beproeven?
Samen bidden, samen zoeken,
naar het plan van onze Heer.

joris

Berichtdoor joris » 28 mar 2003 19:53

Cathy schreef:Hoe doe je dat eigenlijk: jezelf nauw doorzoeken en jezelf beproeven?
Dat gaat vanzelf als Gods Geest in je woont weet je precies wanneer je zondigt op gezondigt hebt.

Diehele uitdrukking betekent alleen: heb je al je zonden voro God beleden, heb je goed bekeken wat je lievelingszonden zijn en wat je moet veranderen in je leven.

Geloof ik wel echt? sorry ik volg dit echt niet!!!!!!
Ik denk dat iedereen die zo tegen zijn bekering zit aan te hikken in feite zondigt! Zo, das hard!!! God staat maar te wzchten tot je zijn genade aanpakt, Hij is geen uithangbord! je mag blij wezen dat God niet op mij lijkt, want ik was er allang vandoor gegaan!!!!!

Wilko
Mineur
Mineur
Berichten: 153
Lid geworden op: 13 sep 2002 16:04

Berichtdoor Wilko » 28 mar 2003 20:30

Tuurlijk Joris, geloven is zo simpel, gewoon die keus maken he! Dat iedereen niet gelooft die in de kerk zit. Dat er worstelaars zijn om het ware geloof, dat er worstelaars zijn die inzien dat ze niets kunnen doen tot zaligheid, zelfs niet eens geloven en dat God het hen allemaal moet geven (Ef. 2:8/Fil. 2:13/Fil. 1:29).
Gewoon zeggen: Gewoon die keus maken, dan is alles opgelost. Nu, als het zo makkelijk was....

joris

Berichtdoor joris » 28 mar 2003 23:02

sorry, Wilco, ik begrijp da dit gevoelig ligt. Maar bij mij ook. als ik ind e bjbel lees, zie ik daar ook niemand die er erg lang overdoet om tot geloof te komen. Ze nemen het gewoon met blijdschap aan. En zo deed mijn vriend het ook: hij zag ineens in dat hij zondig was en dat hij bij God moest wezen.

Gebruikersavatar
Ikke21
Majoor
Majoor
Berichten: 1644
Lid geworden op: 28 mar 2003 12:00

Berichtdoor Ikke21 » 31 mar 2003 07:32

joris schreef:sorry, Wilco, ik begrijp da dit gevoelig ligt. Maar bij mij ook. als ik ind e bjbel lees, zie ik daar ook niemand die er erg lang overdoet om tot geloof te komen. Ze nemen het gewoon met blijdschap aan. En zo deed mijn vriend het ook: hij zag ineens in dat hij zondig was en dat hij bij God moest wezen.


Het gaat allemaal wel erg ineens bij jou!!
Ik ben het helemaal bij Wilco eens.....alleen zeggen ik geloof is heel makkelijk, kunnen we ook goede werken doen dan?? NEE!!!

joepie

Berichtdoor joepie » 31 mar 2003 08:17

Lees dan nog maar eens de catechismus er op na. Vraag en antwoordt 21.
Wat is een waar geloof? En als je het antwoordt kunt onderstrepen heb je een waar geloof. En wat moet je nu eigenlijk geloven?
DAt is de volgende vraag. Alles wat er in het evangelie beloofd wordt.

Gebruikersavatar
kootje
Sergeant
Sergeant
Berichten: 434
Lid geworden op: 24 jan 2003 12:59
Locatie: Zeist (hoewel een Zeeuwsch harte)

Berichtdoor kootje » 31 mar 2003 10:08

De discussie die nu ontstaat is precies waar ik mee worstel. Joris zegt dat je het moet aanpakken en klaar is joris. Wilko zegt dat het zo makkelijk niet gaat, dat het meer een worsteling is.

Heel terecht wijst joepie op de definitie van een waar geloof:
1. niet alleen een stellig weten, waardoor ik alles voor waarachtig houdt, wat ons God in Zijn Woord geopenbaard heeft.
2. Kennis
3. een vast vertrouwen hetwelk de Heilige Geest door het Evangelie in mijn hart werkt.
4. dat niet alleen anderen, maar ook mij, vergeving der zonden, eeuwige gerechtigheid en zaligheid van God geschonken is.

Er is echter verschil in sterkte van het geloof: er zijn sterk- en zwakgelovigen. In het begin is het geloof erg zwak, maar dat wil niet zeggen dat er geen zekerheid in het geloof is! Calvijn stelt zelfs: ‘Een gelovige, zeg ik, is slechts hij, die steunend op de gerustheid zijner zaligheid, de duivel en de dood vol vertrouwen tart; zoals we leren uit die voortreffelijke woorden van Paulus (Rom. 8:38): Ik ben verzekerd.’
Dit komt door het getuigenis van de Heilige Geest.

Cathy vraagt: 'Hoe beproef je jezelf?' Dit beproeven hoeft volgens mij géén ongeloof te zijn, zoals Joris beweert.
Spurgeon zegt in zijn preek over de wijze en de dwaze bouwer kostelijke woorden hierover:

Wat is dan de zaak, waar het op aankomt? Het is dit. Mijn hoorder, indien gij wilt bouwen op de rots, ziet toe, dat gij een waar besef hebt van zonde. Ik zeg niet, dat het besef van zonde een toebereiding is voor Christus. En dat wij de mensen van het Evangelie moeten terughouden, tot dat zij hun zonden gevoelen. Maar wel geloof ik dat alwaar een oprecht geloof is in Jezus, een diepe afschuw van de zonde zal worden gevonden. Geloof, zonder berouw over de zonde, is een dood, waardeloos geloof. Als ik christenen ontmoet die lichtvaardig spreken over de zonde, dan ben ik er van overtuigd, dat zij zonder fondament hebben gebouwd Indien zij ooit het wondend en dodend zwaard van de Geest van de overtuiging van zonde gevoeld hadden, zij zouden vluchten voor de zonde, zoals zij voor een leeuw of beer vluchten. Zondaars, die waarlijk begenadigd zijn, vrezen de schijn van het kwaad, zoals gebrande kinderen het vuur vrezen. Een oppervlakkige bekering leidt tot een zorgeloos leven. Het geloof dat nooit door tranen van het berouw werd bevochtigd, zal nooit de bloemen der heiligheid voortbrengen. Bidt ernstig om een verbroken hart. Gedenk, dat het een verslagen hart is, waarin God een welbehagen heeft. Gelooft niet, dat gij grond kunt hebben om u te verblijden, indien gij nooit een reden hebt gezien om te treuren. De beloofde vertroosting is alleen voor hen, die treurenden geweest zijn. (Matth. 5: 4.)
En streeft dan ook naar waar geloof. Er is veel dat de mensen geloof noemen en dat niet het dierbaar geloof is van Gods uitverkorenen. Een oprecht betrouwen in Jezus Christus wordt op duizenderlei wijze nagebootst. En soms zó nauwkeurig dat alleen door een streng zelfonderzoek het bedrog ontdekt wordt. Gij moet geheel uitgestrekt liggen op Christus, de Rots. Gij moet geheel en al van Hem afhankelijk zijn. Al uw hoop en al uw betrouwen moet in Hem zijn gevestigd. Indien gij gelooft met het hart, en niet bloot in naam, dan zult gij zalig worden, maar anders ook niet. Gij moet waar berouw en een oprecht geloof hebben, of gij bent dwaze bouwers.
En voorts: streef naar innerlijke ervaringen van de waarheid Gods. Vraag, dat die waarheid ingebrand worde in uw hart. Hoe komt het, dat de mensen de leerstellingen van de vrije genade laten varen als zij onder de macht komen van de welsprekende pleitbezorgers van de vrije wil? Waarom geven zij de rechtzinnige geloofsbelijdenis prijs, als zij met geleerden in aanraking komen die haar tegenspreken? Omdat zij het Woord nooit in de kracht van de Heilige Geest hebben ontvangen, zodat het aan hun hart werd verzegeld. Ik beef voor onze kerken, nu de valse leerstellingen hoe langer hoe meer verspreid worden, omdat ik vrees dat er velen zijn die niet bevestigd zijn in de waarheid. Mijn gebed gaat op tot God voor u, geliefde gemeente, dat gij de waarheid mag kennen door dat gij van de Heere geleerd bent, want dan zult gij niet ter zijde afgeleid worden. De dieven en rovers zullen komen, doch als schapen van Christus zult gij hen niet horen. Een ding is het, één geloofsbelijdenis te hebben. Doch geheel wat anders is het, de waarheid gegraveerd te hebben op de tafelen van uw hart. Velen lijden hier schipbreuk, omdat de waarheid nooit door ervaring hun eigendom is geworden.
Bidt ook dat uw geloof persoonlijke heiligheid mag voortbrengen. Gelooft niet zalig gemaakt te zijn van de zonde, zolang gij in de zonde blijft leven. Indien gij een welbehagen kunt vinden in de begeerlijkheid van het vlees, dan bent gij geen kind van God. Indien gij u overgeeft aan dronkenschap - en dit is, helaas, met vele belijders het geval, alleen maar: zij drinken thuis en worden op straat niet gezien - hoe kan Gods genade dan in u wonen? Indien gij behagen schept in een ijdel lied. Indien gij plaatsen van ijdele vermakelijkheden bezoekt, dan behoeft het wegen van u zelf niet heel lang te duren, want gij bent reeds te licht bevonden. Indien gij vernieuwd waart in de geest van uw gemoed, dan zult gij die dingen niet méér liefhebben dan een engel ze liefheeft. Er moet u een nieuwe natuur ingeplant worden. En als dit niet openbaar wordt in heiligheid van leven, dan kunt gij bouwen zo hoog als gij wilt en zo luid als gij wilt over dat bouwen spreken, maar dan zal het met dat al toch slechts een ellendig stulpje zijn dat door de eerste de beste storm weggeblazen wordt.
Gebrek aan diepte, gebrek aan oprechtheid, gebrek aan werkelijkheid in de godsdienst - dat is het gebrek van onze dagen. Men heeft in zaken, de godsdienst betreffende, het oog niet op God gericht. Men is niet oprecht tegenover zijn eigen ziel. Men gebruikt het lancet niet om het eigen hart te peilen. Men slaat geen acht op het bevel tot opsporing dat God uitgevaardigd heeft tegen de zonde. Men is onverschillig betreffende het leven en teren op Christus. Er wordt veel over Hem gelezen. Er wordt veel over Hem gesproken. Doch men voedt zich niet met zijn vlees, men drinkt zijn bloed niet. En dit alles is de oorzaak van onze wankelende belijdenis en van onze hoop die geen fondament heeft.
Aldus heb ik getracht u de gelijkenis te verklaren. Het was hierbij geenszins mijn bedoeling een oprechte ziel af te schrikken. Mijn doel was tot u te zeggen "Gij moet uw roeping en verkiezing vast maken. Bouwt op Christus' liefde, oprechtheid, begeerte, het werk van de Heilige Geest. En bedriegt uzelf niet.

Ik denk dat hij hiermee erg juist bezig is. Je moet zorgen niet meer zónder Jezus te kunnen. Anders stel je het geloof boven Jezus. Het moet je om Jezus te doen zijn. Bij elke twijfeling Hem opnieuw omhelzen. Mag dat? Ik ben er tot in het diepst van mijn ziel overtuigd dat dat mag! Want de Bijbel zegt het! Die wil, neme van het water des levens om niet.

Daarom denk ik dat Wilko en ikke21 over de schreef gaan als ze zeggen dat het niet een kwestie is van aannemen. Het is wél een kwestie van aannemen! Want: 'zovelen Hem aangenomen, die heeft Hij macht gegeven kinderen Gods te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven'. Maar hier houdt het niet op! Want, dat is geen vrucht van eigen kiezen, maar van Gods Geest!

Joris gaat ook over de schreef als hij beweert dat jezelf beproeven zonde is en dat twijfelingen taboe zijn. Lees de psalmen eens door. Daarin staan genoeg twijfelingen. (probeer ik hiermee allerminst goed te praten) Je moet jezelf zeker afvragen of je wél voluit op Christus steunt en niet een klein beetje op dat gekregen geloof.

Chloë

Berichtdoor Chloë » 31 mar 2003 10:27

Andrew Gray heeft ooit het volgende gezegd in een preek, m.i. erg duidelijk over dit onderwerp.

'Het zien op Christus is de allervoortreffelijkste weg om de genade van de liefde te doen toenemen.

O, Christen die voortdurend klaagt: Hoe krijg ik meer liefde? Ik zeg u: Sla één blik op Christus. Geloof het, dit zou uw liefde doen branden als een vuur, indien u Hem aan alle kanten maar wilde bekijken. “Te dien dage zal de mens zien naar Dien, Die hem gemaakt heeft en zijn ogen zullen op de Heilige Israëls zien”, Jesaja 17:7. Wie er ook op Christus ziet, zijn hart zal zijn oog volgen en het zien met het oog zal zijn weerslag hebben op het hart. O, dat dit de dag was dat Glasgow op zijn Maker zou zien! Wie weet of dit uw laatste dag is om op uw Maker te zien! Laat u zich toch overhalen opdat de genade van de liefde in u moge toenemen door een blik te slaan op Christus. O, zal Christus hier zijn en zal niemand van ons op Hem willen zien? Ik bid u, overdenk dit toch! Wat zal het zijn indien Christus van deze dag in de hemel verslag zal doen? En zal zeggen: Ik ben in twee grote gemeenten onder één dak in Glasgow geweest en er was -misschien- niemand die op Mij wilde zien? Ik beveel u een blik op Hem te slaan. Ouderen in ons midden, wilt u op Hem zien? Hebt u nooit verlangd iets wonderlijks te zien? O, kom en zie op naar de Zoon van God.

Het zien op Christus is de uitnemendste weg om voortgang te maken in het sterven aan uw afgoden.
Wilt u een korte weg weten tot de doding van uw begeerlijkheden? Zie dan op Christus! Dat is duidelijk uit Jesaja 17:7,8 “Te dien dage zal de mens zien naar Dien, Die hem gemaakt heeft en zijn ogen zullen op den Heilige Israëls zien en hij zal niet aanschouwen de altaren, het werk zijner handen, ook hetgeen zijn vingeren gemaakt hebben, zal hij niet aanzien, noch de bossen, noch de zonnebeelden.” Indien u maar een gezicht hebt gekregen op de vlekkeloze Christus, dan zult u uitroepen: “Wat heb ik meer met de afgoden te doen?” Paulus zegt: “Ik aanmerk niet de dingen die men ziet.” Wat scheelt er aan Paulus, mag u niet eens naar de wereld kijken? ‘Neen’, zegt hij, ‘ik zoek iets beters, de dingen die niet gezien worden’. Het zien op een onzichtbare Christus, deed hem vergeten te kijken op de vergankelijke ijdelheden van de wereld. Is hier iemand die moet klagen dat hij zijn afgoden niet de baas kan? Sla één blik op Christus en u zult overwinnen.

Het zien op Christus is ook de kortste weg tot de bekering. Gij verhard Glasgow, wilt u bekeerd worden? – en ik denk dat wij inderdaad een onbekeerlijk volk zijn, wilt u tot berouw komen? Sla dan één blik op Christus. Dit is duidelijk. Job zei: “Met het gehoor des oors heb ik U gehoord, maar nu ziet U mijn oog, daarom verfoei ik mij en ik heb berouw in stof en as.” Job 42:5,6. Het éérste gezicht dat ik van God kreeg bracht mij tot berouw; het deed mij neerzitten in het stof en mijzelf verfoeien. Hetzelfde staat in Zacharia 12:10: “Zij zullen Mij aanschouwen Dien zij doorstoken hebben en zullen over Hem rouwklagen.” Geloof het, indien wij op dit ogenblik op Christus zagen, ik denk, dat er niemand binnen deze deuren zou zijn die niet zou wenen over Hem Dien zij doorstoken hebben. Ik beveel u op Christus te zien, indien u bekeerd wilt worden. Eén blik op Christus zal onze bevroren harten doen smelten. Eén blik op Hem zal al onze banden breken en zal de grendelen van de deuren van ons hart verbreken die verhinderen dat wij ons bekeren. Wilt u bekeerd worden? Zie op Hem!

Het zien op Christus betekent dat u de overwinning zult behalen op uw grote afgod van hoogmoed.
Zijn hier mensen, die klagen dat ze geen geringe gedachten van zichzelf kunnen krijgen? Tot hen zeg ik: Zie op Christus. De profeet Jesaja zegt: “Wee mij, want ik verga, want mijn ogen hebben de Koning, de Heere der heirscharen gezien.” Want, zegt de profeet: “Ik ben een man van onreine lippen.” En Job zegt: “Maar nu ziet U mijn oog, daarom ver-foei ik mij en heb berouw in stof en as.” Ook mogen wij wijzen op dit woord: “Uw ogen zullen op mij zijn, maar ik zal niet meer zijn”, Job 7:8. Moet u klagen geen geringe gedachten van uzelf te hebben? O, slechts één gezicht op Hem Die onzienlijk is, zal ons in het stof doen wonen en wij zullen nooit meer hoge gedachten van onszelf hebben.

Het zien op Christus zal u herstellen van uw afval en afwijken van God. Zijn er niet veel Christenen met deze klacht op hun lippen: “Och, of ik ware gelijk in de vorige maanden, gelijk in de dagen toen God mij bewaarde?” Tot u zeg ik: Sla slechts één blik op Christus. Dit wordt u duidelijk uit Lucas 22:61,62 “En de Heere, Zich omkerende, zag Petrus aan; en Petrus werd indachtig het woord des Heeren…..en Petrus, naar buiten gaande, weende bitterlijk.” Geloof mij, het zien op Christus is evenals een koord rond onze nek om ons naar Hem toe te trekken. Een blik op Christus doet een mens uitroepen: Ik had nooit een goede dag buiten het gezelschap van Christus, daarom zal ik wederkeren tot Hem. Een blik op Christus zal een Christen al zijn minnaars die hij heeft nagelopen doen vergeten en naar Hem doen terugkeren. Wilt u dan genezen worden van uw afval? Zie dan op Christus!

Het zien op Christus is de uitnemendste weg om uw moedeloosheid te boven te komen. Is hier iemand die ligt in de banden van moedeloosheid? Wenst u uit die toestand verlost te worden? Zie op Hem! Ja, een gezicht op Christus zou van Glasgow een blijde stad maken. De discipelen waren verblijd toen zij Jezus zagen. O, een gezicht op Hem zou Glasgow een stad van lofprijzing maken. Is hier iemand die graag het gewaad des lofs wil hebben in plaats van het kleed van benauwdheid? Sla een blik op Christus en gehoorzaam deze tekst.

Het zien op Christus is een uitnemende weg om standvastig te worden. Zijn hier geen mensen die uitroepen: Ik ben ongestadig als water en word zeer geschud; hoe zal ik komen tot een vaste gang in de dienst van God? Zie op Christus en dat is de weg tot standvastigheid. Dit is duidelijk uit Psalm 16:8. David zei: “Ik stel de Heere geduriglijk voor mij.” Dat is een merkwaardig woord. “Ik stel de Heere geduriglijk voor mij.” Is dat geen aangenaam Voorwerp? Maar waarom zou u dat doen? Het antwoord staat in hetzelfde vers: “Ik zal niet wankelen.” Mijn standvastigheid hangt af van het gedurig zien op God. Ik wil dit nog zeggen: indien u niet tot God kunt spreken, o, zie op Hem, want ofschoon Hij veraf is, u kunt evenwel op Hem zien.

Het zien op Christus is heeft als achtste voordeel dat het een uitnemende weg is om teer te worden.
Het hart van Petrus was in zeker opzicht als een steen voordat Christus op hem zag, maar daarna was zijn hart alsof het in water gesmolten was. O teerheid, waar is ze gebleven? Wat is de oorzaak dat wij zo onteder zijn? Omdat wij zo weinig werk maken van op Christus te zien. Dit is duidelijk, als hier iemand is die op Christus gezien heeft zal hij zijn bedstede doornatten met zijn tranen.'

De hele preek is te lezen op www.tabernakel.nl (jaargang 3, nummer 4).

Groetjes, Chloë

Wilko
Mineur
Mineur
Berichten: 153
Lid geworden op: 13 sep 2002 16:04

Berichtdoor Wilko » 31 mar 2003 14:07

"Daarom denk ik dat Wilko en ikke21 over de schreef gaan als ze zeggen dat het niet een kwestie is van aannemen. Het is wél een kwestie van aannemen! Want: 'zovelen Hem aangenomen, die heeft Hij macht gegeven kinderen Gods te worden, namelijk die in Zijn Naam geloven'. Maar hier houdt het niet op! Want, dat is geen vrucht van eigen kiezen, maar van Gods Geest!"

Kootje, beide dikgedrukte zaken wil ik dus voluit overeind houden. Het ware geloof is actief van aard, want het ware geloof neemt aan, geeft zich over, laat zich zakken op Christus' gerechtigheid die Hij heeft aangebracht. Dit is geen vrucht van eigen kiezen/aannemen, maar van de onwederstandelijke werking van Gods Geest Die je gewillig maakt. Dat te ervaren, dat Gods Geest het in je moet werken, maar ook dat de uitnodiging om te komen tot Christus er elke dag ligt, maar dat je niet kunt beantwoorden. Dat brengt in een worsteling, en in die worsteling is het Gods Geest die vroeg of laat mensen laat 'doorbreken' of 'in de ruimte stelt'. Dat kan snel gebeuren, zoals bij de stokbewaarder, maar het kunnen ook lange overtuigingen zijn, daar lezen we niet altijd zo uitgebreid over.

Rudolf Meuser
Sergeant
Sergeant
Berichten: 431
Lid geworden op: 09 jan 2003 16:10
Locatie: Zwijndrecht
Contacteer:

Berichtdoor Rudolf Meuser » 31 mar 2003 14:11

Zekerheid = zekerheid
LEES! LEES! LEES!LEES!LEES!LEES!

http://www.karpis.com/bossenbroek

joepie

Berichtdoor joepie » 31 mar 2003 14:40

Christus zegt in de Bijbel dat je moet geloven als een kind.
Als ik moet begrijpen wat wilko hierboven heeft geschreven is dat in ieder geval niet door een kind te begrijpen.
God vraagt aan jouw: Geloof je dat ik de zoon van GOd ,voor al je zonde volkomen betaald heb? En als je daar volmondig ja op kunt zeggen heb je een waar geloof.
Het is helemaal niet zo moeilijk als er door somige kerken van gemaakt wordt. Als een kind het kan geloven , kan het niet moeilijk zijn.
En of je zelf een huichelaar bent kun je alleen maar zelf weten.
Als je zegt dat je God gelooft maar stiekum denkt dat het niet waar is, maar ja, stel dat het wel zo is, dan heb je toch tenminste de goede kant gekozen, dan ben je een huicheleaar.
Geloven is een zeker weten en een vast vertrouwen. Waardoor je alles wat er in Zijn woord geopenbaart wordt voor waar en zeker houd.

joris

Berichtdoor joris » 31 mar 2003 16:43

mooie discussie zo. Hij lijkt wel erg op die andere discussies trouwens over bekering. Ik heb ooit een preek gehoord waarin de domi zei dat God een God van plotsklaps was. Kijk maar: hij sprak en het stond er. Eensklaps was daar een grote engelenschaar en zei zongen...

GOd kan alles iets sneller dan wij.

Ik denk niet dat je te lang hierover moet nadenken. Geloof gewoon wat in de bijbel staat en ga er naar leven! Als je merkt dat je iets mist, vraag het aan God en Hij zal het je geven!!!! Maar niet als de winkelier die z'n bestellijst blijft vergelijken met de pakbon!

Wilko
Mineur
Mineur
Berichten: 153
Lid geworden op: 13 sep 2002 16:04

Berichtdoor Wilko » 31 mar 2003 17:26

Terug naar de discussievragen, ik denk dat nu wel aangegeven is dat jezelf beproeven en toetsen of bij jezelf een schadelijke weg is (Ps. 139) geen ongeloof is, maar juist goed en geboden. Blijkt uit de geciteerde stukken uit A Brakel en Spurgeon (ook heel helder overigens).

De tweede vraag: Waarin verschilt een waar gelovige van een huichelaar?

Vaak spreekt men in onze kerken dan over het verschil tussen het ware zaligmakende geloof en het tijdgeloof. Het komt nauw aan. Goed is het om te weten wat dan het tijdgeloof inhoudt. Ds. A Brakel schrijft daarover:

"Het tijdgeloof is een kennis en toestemming van de evangelische waarheden als waarachtig, verwekkende enige natuurlijk bewegingen in de gevoelens of hartstochten van de ziel, een belijdenis van die waarheden in vereniging met de kerk, en een uitwendig gedrag, volgens hun belijdenis, zonder vereniging met Christus, tot rechtvaardigmaking, heiligmaking en zaligheid. Ziet hiervan:

Matth. 13:20,21: "Maar die in steenachtige plaatsen bezaaid is, deze is degene, die het Woord hoort, en dat terstond met vreugde ontvangt. Doch hij heeft geen wortel in zichzelf, maar is voor een tijd; en als verdrukking of vervolging komt, om des Woords wil, zo wordt hij terstond geergerd."
Hebr. 6:4-6: "Want het is onmogelijk, degenen, die eens verlicht geweest zijn, en de hemelse gave gesmaakt hebben, en des Heiligen Geestes deelachtig geworden zijn, en gesmaakt hebben het goede woord Gods, en de krachten der toekomende eeuw, en afvallig worden, die, zeg ik, wederom te vernieuwen tot bekering, als welke zichzelven den Zoon van God wederom kruisigen en openlijk te schande maken."
2 Petr. 2:20: "Want indien zij, nadat zij door de kennis van den Heere en Zaligmaker Jezus Christus, de besmettingen der wereld ontvloden zijn, en in dezelve wederom ingewikkeld zijnde, van dezelve overwonnen worden, zo is hun het laatste erger geworden dan het eerste."


Maar daar is een groot onderscheid tussen het zaligmakende geloof en het tijdgeloof.
1.
In het verstand. Het tijdgeloof beschouwt en kent de waarheden maar in de letter, als bij een vals licht, maar ziet de waarheden niet in haar eigen natuur; daarentegen hebben de ware gelovigen 'verlichte ogen des verstands', Ef. 1:18. 'Zij hebben de zin van Christus', 1 Kor. 2:16. Zij zijn door Hem geleerd, gelijk de waarheid in Jezus is.
2.
De tijdgelovigen hebben geen goed hart, maar het is en blijft een steenrots, die niet bekwaam is om vruchten te dragen, Luk. 8:13. Dit hart wordt gesteld tegen een eerlijk en goed hart, vs. 15. Van nature heeft de mens een stenen hart, dit wordt in de wedergeboorte weggenomen, en God geeft een vlezen hart in de plaats, Ezech. 36:26. In de tijdgelovigen blijft dat een stenen hart, het wordt niet veranderd, alles wat ze zijn en doen, dat is zonder ware bekering, hun hart wordt niet gereinigd door de gehoorzaamheid aan de waarheid, 1 Petr. 1:22. Maar de ware gelovigen hebben een nieuw hart, een vlezen hart, een gereinigd hart door het geloof, Hand. 15:9. De ene is in de grond dood, de andere levend.
3.
De tijdgelovigen hebben geen vereniging met Christus dooor het geloof, zij geloven niet in Christus, zetten hun hart niet op Hem, vertrouwen hun zielen Jezus niet toe om gerechtvaardigd en geheiligd te worden, zij zijn daarover niet verlegen, zij hebben er geen lust toe, zij beogen dat niet.

Het is hun genoeg, dat zij maar zonder strijd, zonder onderzoeking van hun hart, zich in het algemeen maar inbeelden kunnen, dat ze zalig zullen worden, zonder te beogen en te lieven de dingen, waarin de zaligheid bestaat, zij houden zich verzekerd dat ze wel in de hemel zullen komen. Dus zijn ze gelijk aan de dwaze maagden, die geen olie in de lampen hebben, en te laat komende willen ingelaten worden, Matth. 25. En vinden zich dan bedrogen in hun inbeelding, zich latende voorstaan, dat ze immers behoorden ingelaten te worden.

4. Een tijdgelovige voelt wel een getuigenis in zijn hart dat hij een gelovige is, en heeft wel blijdschap en vrolijkheid; maar het is zijn eigen geest, of een andere boze geest, die hem getuigt dat hij gelooft, hij maakt zelf zijn blijdschap, of de voortreffelijkheid van de beschouwde zaken verblijdt hem.
Hij komt zelden tot zichzelf, werkt al naar buiten, en zo hij tot zichzelf komt omdat hij de waarheden ziet en gelooft, zo durft hij zich niet te verdenken, hij doorzoekt zich niet. Hij zou menen, dat hij zondigen zou, indien hij aan zijn staat twijfelde, hij ziet met een opslag, dat het wel met hem is, dat hij gelooft, hij ziet op de zaken, en op hun beminnelijkheid, die gelooft hij en zou hij die niet begeren en aannemen! denkt hij. Hij ziet op de beloften, maar slaat de hoedanigheden van hen, aan wie de beloften gedaan zijn, over. Zo getuigt zijn eigen geest, dat hij een kind Gods is, hier speelt de duivel soms listig onder, en weet zo op de fantasie te werken, dat het hem toeschijnt, alsof hij de hemelse vreugde in zijn hart gevoelde, daar het toch maar een kitteling is, zonder grond en reden, zonder gemeenschap aan God, zonder kleinheid des harten, en liefde Gods, en op zijn hoogst maar in het beschouwen van de geestelijke verborgenheden en goederen van de kinderen Gods bestaat. Hij gaat gemoedigd, zonder strijd en worstelingen om aan te nemen, vast te houden, bij te blijven, daarheen; want hij is verzekerd, hoewel het gewten hem de waarheid best eens zeggen wilde; doch die doet hij zwijgen, hij wil daar niet van horen."


Er is nog wel veel meer onderscheid, maar dat komt later D.V.

joepie

Berichtdoor joepie » 31 mar 2003 19:05

Ze spreken bij ons niet van een tijdgeloof en een zaligmakens geloof.
Maar gewoon van een waar geloof in Jezus Christus. En ik bleef bij de discussie.


Terug naar “Archief”

Wie is er online

Gebruikers op dit forum: Geen geregistreerde gebruikers en 44 gasten