michel vh schreef:Het is wel duidelijk wat jullie bedoelen. Kunnen jullie een bijbelse onderbouwing geven voor jullie zogenoemde symbolentaal. Het is puur rooms en niets anders. Alle door mij beschreven 'uiterlijkheden' zoals jullie dat noemen zijn anders wel door God zelf verordineerd. Ik kan echt nergens iets vinden over kaarsen of een paarse, witte, gele, bruine, blauwe habijt (geen toga, deze is per definitie zwart!) En voor de onwetenden onder ons. In Psalm 42 staat geschreven: "Waarom ga ik in het zwart vanwege des vijands onderdrukking."
Hmm, een toga is niet per definitie zwart en stamt oorspronkelijk uit de tijd van de Romeinen (dus zo bijbels is het nou ook weer niet en de klederen zullen waarschijnlijk eerder wit zijn geweest), zie bron wikipedia:
Toga
Een toga is een wijd, lang gewaad dat gedragen wordt door hoogwaardigheidsbekleders.
Een toga of toog wordt door verschillende mensen gedragen.
Lang priesterkleed met nauwe mouwen en een rij knoopjes van de hals tot de voeten. De paus draagt een witte toga; de kardinalen dragen een rode; de bisschoppen een paarse en de priesters een zwarte toga. (enigszins in onbruik bij de laatste).
Ruim ambtsgewaad met wijde mouwen. In de protestantse kerken is de toga geen algemene, maar nog wel veel voorkomende dracht van de dominee.
Hoogleraren dragen een toga tijdens ceremoniele momenten, bijvoorbeeld bij een promotie of bij de opening van het academisch jaar.
Rechters en andere magistraten dragen een toga (met witte bef) bij een rechtszitting.
De toga bij de Romeinen
Oorspronkelijk werd de toga gedragen door de Romeinen, maar alleen bij officiële gelegenheden (leden van het Senaat), want het was een lastig en bewerkelijk kledingstuk om te dragen. De toga was eigenlijk alleen een grote lap wollen stof. Onder de toga werd een tunica gedragen. De toga lap was 15 voet lang en 10 voet breed. Het omdoen van de toga was een kunst op zich, omdat de plooien sierlijk moesten vallen. Één einde van de lap werd van achter naar voren over de linkerschouder geworpen, zodat de punt bijna de vloer raakte. Het andere eind werd onder de rechterarm naar voren gehaald en vervolgens over de linkerschouder naar achteren gedrapeerd en kan worden vastgemaakt met een fibula (soort speld).
Hogere ambtenaren en priesters mochten een toga met een brede, purperen zoom dragen, de toga praetexta (ornaat).
Slaven en vreemdelingen mochten geen toga dragen.
De notie in psalm 42 over het in het zwart gekleed zijn was in het oude Israel een teken van rouw (Ps. 35:14 Ps. 38:7, Ps. 42:10, Ps. 43:2, Job 5:11) en is dat in Nederland overwegend nog steeds. Zie ook de kanttekeningen.
Overigens waren er ook tekenen van rouw in Israel die we nu niet meer kennen, zoals het scheuren van de klederen en het zitten in zak en as.
De heilige klederen van de priesters in het oude testament waren gemaakt van linnen (Lev. 16:4), terwijl de toga vanouds van wol was gemaakt (dus wat dat betreft klopt dat natuurlijk ook niet)

Laat de woorden van mijn mond en de overdenking van mijn hart welgevallig zijn voor Uw aangezicht, HEERE, mijn rots en mijn Verlosser! (Ps. 19:15)