heeft iemand commentaar op het volgende?
Het lijkt alsof er in de Bijbel aanwijzingen zijn dat ook na de dood vergiffenis gegeven kan worden. Die indruk krijg ik uit de volgende teksten:
Markus 2 10 Doch opdat gij moogt weten, dat de Zoon des mensen macht heeft, om de zonden op de aarde te vergeven (zeide Hij tot den geraakte):
waarom wordt nadrukkelijk gezegd: de zonden op de aarde?
opnieuw, nu in Lukas:
Lukas 5 24 Doch opdat gij moogt weten, dat de Zoon des mensen macht heeft op de aarde, de zonde te vergeven (zeide Hij tot den geraakte): Ik zeg u, sta op, en neem uw beddeken op, en ga heen naar uw huis.
Waarom wordt er in Mattheus zo uitdrukkelijk gezegd dat de zonde tegen de Geest ook niet na dit leven (de toekomende eeuw) vergeven zal worden?
Mattheus 12 32 En zo wie enig woord gesproken zal hebben tegen den Zoon des mensen, het zal hem vergeven worden; maar zo wie tegen den Heiligen Geest zal gesproken hebben, het zal hem niet vergeven worden, noch in deze eeuw, noch in de toekomende.
Dat met 'de toekomende eeuw het leven na de dood wordt bedoeld blijkt o.a. uit de volgende teksten:
Lukas 18 30 Die niet zal veelvoudig weder ontvangen in dezen tijd, en
in de toekomende eeuw het eeuwige leven.
Markus 10 30 Of hij ontvangt honderdvoud, nu in dezen tijd, huizen, en broeders, en zusters, en moeders, en kinderen, en akkers, met de vervolgingen, en
in de toekomende eeuw het eeuwige leven.
Lukas 3 7 Hij zeide dan tot de scharen, die uitkwamen, om van hem gedoopt te worden: Gij adderengebroedsels, wie heeft u aangewezen te vlieden
van den toekomenden toorn?
Efeze 1 21 Verre boven alle overheid, en macht, en kracht, en heerschappij, en allen naam, die genaamd wordt,
niet alleen in deze wereld, maar ook in de toekomende;
Ook Mattheus 18 lijkt ernaar te verwijzen dat het mogelijk is dat er na de dood de zonden vergeven kunnen worden:
32 Toen heeft hem zijn heer tot zich geroepen, en zeide tot hem: Gij boze dienstknecht, al die schuld heb ik u kwijtgescholden, dewijl gij mij gebeden hebt;
33 Behoordet gij ook niet u over uw mededienstknecht te ontfermen, gelijk ik ook mij over u ontfermd heb?
34 En zijn heer, vertoornd zijnde, leverde hem den pijnigers over,
totdat hij zou betaald hebben al wat hij hem schuldig was.
35 Alzo zal ook Mijn hemelse Vader u doen, indien gij niet van harte vergeeft een iegelijk zijn broeder zijn misdaden.
En nog een hele vage mogelijke verwijzing (1 Korinthiers 3):
13 Eens iegelijks werk zal openbaar worden; want de dag zal het verklaren, dewijl het door vuur ontdekt wordt; en hoedanig eens iegelijks werk is, zal het vuur beproeven.
14 Zo iemands werk blijft, dat hij daarop gebouwd heeft, die zal loon ontvangen.
15 Zo iemands werk zal verbrand worden, die zal schade lijden;
maar zelf zal hij behouden worden, doch alzo als door vuur.
Nog een mogelijke verwijzing:
1 samuel 2 6 De HEERE doodt en maakt levend;
Hij doet ter helle nederdalen, en Hij doet weder opkomen.
Dit zijn zo wat losse gedachten van mij.
Uiteraard is het de bedoeling dat we op aarde afstand zouden doen van onze zonden, en dat zou dan ook de reden kunnen zijn dat er in de Bijbel nauwelijks aandacht aan geschonken wordt.
Maar de link met het vagevuur van de roomsen is wel opvallend. Ik vraag me dan ook af of de opvatting over het vagevuur een roomse dwaling is of dat deze opvatting ook in de vroeg-christelijke gemeenten gold.