@ Pcrtje, Josephus maakt er geen melding van inderdaad, maar de kerkvaders wel.
Laten we de betreffende passage eens onder de loep nemen met wat context erbij. Let wel, ik heb geen problemen met literaire stijlvormen, maar deze wordt verweven met het verhaal wat als historisch wordt neergezet.
Mat 27
[50] Maar Jezus schreeuwde opnieuw luidkeels en gaf de geest. [51] Op dat ogenblik scheurde het voorhangsel in de tempel van boven tot beneden in tweeën. De aarde beefde, de rotsen spleten uit elkaar, [52] de graven gingen open en de lichamen van veel heiligen die ontslapen waren, werden tot leven gewekt. [53] Toen Jezus zelf tot leven was gewekt, kwamen ze uit de graven en gingen ze naar de heilige stad, waar ze aan velen verschenen.
Geen christen die twijfelt dat Jezus letterlijk uit zijn graf kwam en in vers 53 wordt diens opstanding gekoppeld aan die van de heiligen. Hoe kan dan het ene wél historisch zijn, maar het andere niet? Kan iemand mij dat misschien uitleggen? Flavius Josephus maakt er geen melding van inderdaad, maar dat deed hij ook niet van Jezus' opstanding, hetgeen zeker niet minder vreemd is. In de oude geschiedenis van de Joden noemt Josephus helemaal geen levensboom, dat is ook vreemd en toch betwijfelt niemand dat die goede boom bij het verhaal hoorde. Opmerkelijk is dat ook Paulus zegt dat de opstanding nog niet heeft plaatsgevonden (2 Tim 2,18) en dat degenen die beweerden van wél, van de waarheid waren afgedwaald. Had hij ook niks gehoord over de heiligen die uit de graven kwamen en zich toonden te Jeruzalem aan velen?
En ook, wat betekenen de profetieën nog van Ezechiel en Zacharia als de graven niet daadwerkelijk zijn opengegaan? Betrekken we die dan op Christus' opstanding? Dat lijkt mij zelf geen probleem op te leveren, maar vele historici zullen er ook geen kwartje voor geven vrees ik.