Spreeuw schreef:Wij kennen allemaal de samenvatting van de wet die Christus ons heeft gegeven:
Matteüs 22:37-40 (NBG'51)
37 Hij zeide tot hem: Gij zult de Here, uw God, liefhebben met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. 38 Dit is het grote en eerste gebod. 39 Het tweede, daaraan gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf. 40 Aan deze twee geboden hangt de ganse wet en de profeten.
In dit topic wil ik eens nader ingaan op het tweede gebod: "Gij zult uw naaste liefhebben als uzelf." In het topic over het homohuwelijk is deze tekst ook al verschillende keren aangehaald. Ik wil nader ingaan op de betekenis van dit gebod. Wat houdt "liefhebben" concreet in? Wie is je naaste? En ook: hoe breng je concreet in praktijk dat je je naaste liefhebt?
In dit gebod en door de hele Bijbel heen, zie ik de verplichting voor de dienaren van God om voor recht te zorgen. Zodat er bescherming is voor de zwakken en straf voor de misdadigers (zie ook Rom. 13). Integendeel tot de moderne vorm van liefde die elke wetteloosheid de hand boven het hoofd lijkt te houden, zie ik geen liefde voor de rovers en moordenaars. Maar juist voor hun slachtoffers.
Daarom ook al de strafwetten. Er wordt nu vaak gezegd dat dit geen naastenliefde is. Maar ik zie hierin juist een wijs besluit van God om kwaad te bestraffen en erger kwaad te voorkomen. Zodat we onze naasten beschermen tegen de kwaadwillende mensen die er helaas altijd zijn en handig misbruik maken van een onjuiste sympathie die veel naïeve Christenen (en anderen) voor hen hebben.
Er worden allerlei redenen aangevoerd in de rechtspraak om misdaden te vergoelijken. Slechte opvoeding gehad, foute vrienden, financiële problemen, niet volledig toerekeningsvatbaar want zus en zo, al met al probeert men ook in de seculiere wereld een scheiding te maken tussen de zondaar/misdadiger en de zonden/misdaden. Die scheiding zie ik in de Bijbel niet terug. Ik zie natuurlijk wel genade, vergeving in bepaalde gevallen. Maar nooit zo dat het kwaad, door Gods dienaren, stelselmatig onbestraft blijft als het gaat om halsmisdaden zoals moord en verkrachting en ontvoering.
Komt dit omdat men nu de Bijbel alleen als iets persoonlijks ziet? Iets wat alleen over eeuwige straf mag gaan tussen God en de zondaar? Toch is juist in de Bijbel te ontdekken hoe God regels geeft om een rechtvaardige maatschappij te vormen. Ik besef heus wel dat er nu geen Christelijke staat meer is. Velen hekelen het idee ook. Met name diegenen die iets te vrezen hebben van zo'n staat. Maar wat kunnen wij leren van Gods bedoeling met al Zijn wetten? Een paar teksten om over na te denken haal ik zo aan.
Let op de uitwerking van Gods/Jezus wetten: het kwaad uitroeien en vrees voor Gods/Jezus geboden brengen, preventieve werking.
" Die profeet of dromer zal ter dood gebracht worden, omdat hij afval gepredikt heeft van de HERE, uw God, die u uit het land Egypte geleid en uit het diensthuis verlost heeft – om u af te trekken van de weg, die de HERE, uw God, u geboden heeft te gaan.
Zo zult gij het kwaad uit uw midden wegdoen. "
"10 Gij zult hem stenigen, zodat hij sterft, omdat hij getracht heeft u af te trekken van de HERE, uw God, die u uit het land Egypte, uit het diensthuis, geleid heeft.
11 Dan zal geheel Israël het horen en vrezen en men zal niet opnieuw zulk een wandaad in uw midden doen. " (Deut. 13)
"20 en zij zullen tot de oudsten van zijn stad zeggen: Deze zoon van ons is weerbarstig en weerspannig, hij wil naar ons niet luisteren, hij is een doorbrenger en een drinker. 21 Dan zullen alle mannen van zijn stad hem stenigen, zodat hij sterft.
Zo zult gij het kwaad uit uw midden wegdoen; geheel Israël zal dit horen en vrezen. " (Deut. 21)
De naaste liefhebben is voor mij het gehoorzamen aan Gods wijze wetten om het kwaad te bestrijden en de rechten van de onschuldigen te beschermen. Ik haat al die veelplegers die niet echt gestraft worden maar weer vrijkomen en opnieuw 'hun slag slaan'. Weer een dochter verkracht, vermoord, weer een familie in de rouw, opnieuw een kind misbruikt. Dit alles omdat we zogenaamd altijd iedereen moeten vergeven, liefhebben.
Wat een lastering, wat een wetteloosheid, wat een dwaasheid. We verdienen het dat onze kinderen misbruikt worden, we hebben immers lak aan Gods geboden. Dan komen ook de vloeken i.p.v. de zegeningen, lees Deut. 28 en Lev. 26. Gods liefde is nl. voorwaardelijk, Hij geeft niet altijd Zijn zegen, Hij geeft ook vloek en die vloek heerst in onze maatschappij. Voor wie het zien wil, wij zijn zelf schuldig omdat we zoveel 'liefde' hebben voor alles wat God juist haat. We haten Zijn wegen/wetten. We zijn als samenleving wetteloos geworden. Wij zijn Hem, net als Israel vroeger, vergeten.
" Hoor het woord van de HEERE,
Israëlieten,
want de HEERE heeft een rechtszaak
met de inwoners van dit land,
omdat er geen trouw, geen goedertierenheid
en geen kennis van God in het land is.
2 Vloeken, liegen, moorden,
stelen en overspel plegen
zijn wijdverbreid;
bloedbad volgt op bloedbad.
3 Daarom treurt het land,
en ieder die erin woont, verkommert,
met de dieren van het veld
en de vogels in de lucht.
Zelfs de vissen in de zee worden weggenomen.
...
6 Mijn volk is uitgeroeid,
omdat het zonder kennis is.
Omdat ú de kennis verworpen hebt,
heb Ik u verworpen om als priester voor Mij te dienen.
Omdat u de wet van uw God hebt vergeten,
zal Ik ook uw kinderen vergeten." (Hos. 4)