Optimatus schreef:Er zijn mensen die katholieken niet als christenen zien, of orthodoxen of (vul maar in).
Ik leg de grens bij de drie oude geloofsbelijdenissen: het Apostolicum, Nicea en Athanasius. Deze drie belijdenissen - schriftuurlijk als zij zijn - kunnen door elke christen worden onderschreven.
Verder vraag ik me af waar de opmerking "Dit had ik niet van jou verwacht" vandaan komt. Ik heb nooit anders beweerd. Hoe kun je nou christen zijn als je Jezus niet belijdt zoals Hij is, namelijk God Zelf in de gestalte van een mens. (Zie ook de befaamde frase in Filippenzen).
Mattheüs 28:19 (in de SV)
19 Gaat dan henen, onderwijst al de volken, dezelve dopende in den Naam des Vaders, en des Zoons, en des Heiligen Geestes; lerende hen onderhouden alles, wat Ik u geboden heb.
Dit zegt Jezus tegen Zijn leerlingen vlak voor Zijn Hemelvaart. Ik neem aan dat de leerlingen deze opdracht telkens weer in de praktijk hebben gebracht, als zij iemand ten doop hielden - dus ook de kamerling uit Ethiopië. Immers, Handelingen volgt na de H. Evangeliën. Handelingen is door Lucas geschreven en Lucas beschrijft in zijn H. Evangelie niets over het zendingsbevel en de doopfrase. Zouden de H. Evangeliën en Handelingen elkaar tegenspreken of aanvullen? Ik denk toch dat laatste.
Verder is de suggestie dat ik de kamerling naar huis zou hebben gestuurd natuurlijk nonsens. Ik neem aan dat je dat zelf ook wel inziet.
Hmm.. toch een behoorlijk onkritische houding jegens de Bijbel en de vroegchristelijke belijdenissen. Om met dat laatste te beginnen, dat deze 'schriftuurlijk' zouden zijn, is behoorlijk dubieus. Men moet er een flinke dosis neoplatonisme aan toevoegen bijvoorbeeld, en er is in de loop van de tijd aan gesleuteld. Dat die belijdenissen daarom minder waardevol als oecumenische uiting zijn zeg ik niet, maar je moet ze wel kunnen relativeren als menselijke en voor kritiek vatbare selecties en formuleringen.
Mt. 28:19 is uniek voor Matteüs en waarschijnlijk diens vinding. De anderen hier hebben gelijk dat er in het begin niet met deze drievoudige formule gedoopt werd. Sterker nog, volgens Handelingen doopt Filippus de kamerling zonder énige belijdenis (die is nl. later toegevoegd, de HSV etc. is hier gecorrumpeerd). Dit soort teksten als in Mt moet je dus niet te absoluut nemen, alsof deze vanaf Pasen het dopen bepaald zou hebben. Deze reflecteert namelijk een bepaalde ontwikkeling.
Als je dus rekening houdt met historische ontwikkeling en historische kritiek (wat m.i. voor een verstandig christen raadzaam is), dan blijkt dat christenen niet om de volgende geloofsuitspraken heen kunnen - ontleend aan E. Meijering overigens:
1. God wilde een zijn met de predikende Jezus, met zijn woorden en daden;
2. God heeft Jezus niet in de dood gelaten;
3. In Jezus komt op een verborgen manier de eeuwige Zoon van God naar ons toe.
De laatste staat hier ter discussie. Ik zou niet durven om deze tot voorwaarde van christen-zijn te maken, omdat zeker vóórdat de drie-eenheid zich als geloofsvoorstelling had ontwikkeld en ook daarna er prima christenen zijn geweest die zich weinig van de drie-eenheid hebben aangetrokken. Je zou kunnen zeggen dat christenen idealiter bovenstaande drie uitspraken zouden moeten onderschrijven - en je er christenen ook op kunt aanspreken als ze dat niet doen, maar dat het oordeel (dat sowieso niet aan ons is) echt niet hiervan afhankelijk is.