In het dagelijks leven betekent het woord hoop:
* goede verwachting van iets hebben
* afwisselend een gunstige of een ongunstige afloop van iets verwachten
Hope betekent echter: uitzicht, vertrouwen, verwachting.
In de Bijbel wordt deze hoop dus bedoeld als 100% zekerheid, omdat God het beloofd heeft.
Hebr. 6: Opdat wij, door twee onveranderlijke dingen, in welke het onmogelijk is dat God liege, een sterke vertroosting zouden hebben, wij namelijk, die de toevlucht genomen hebben, om de voorgestelde hoop vast te houden;
Welke wij hebben als een anker der ziel, hetwelk zeker en vast is, en ingaat in het binnenste van het voorhangsel;
Boven een rouwkaart staat wel eens: in de Hope des eeuwige levens...
Ik heb dit topic geopend, omdat er wel eens verschillend wordt gedacht en gesproken over het woordje hoop.
Het staat tussen GELOOF en LIEFDE in, Geloof, hoop en liefde.
Wat kunnen wij over deze Bijbelse hoop zeggen? Wie kan er iets aan toevoegen?
Zijn jullie een voorstander van deze tekst op een rouwkaart, of juist niet en waarom niet/wel?