Mijn bijdragen op dit forum kenmerken zich door het innemen van ruime tot zeer ruime standpunten, gemeten op het spectrum van gereformeerde protestantse theologie.
Ik zal hier altijd een pleidooi houden voor een gunnende en ruime prediking, voor de noodzaak om een serieus antwoord te geven op een welgemeend aanbod van genade aan alle hoorders van de Evangelie-prediking. Nooit zal ik mij begeven in speculaties die suggereren dat het heil van God maar voor een klein aantal mensen beschikbaar zal zijn. Dat is juist mijn grote bezwaar in veel bevindelijk gereformeerde prediking: de orthodoxe leerstukken van verkiezing en raad Gods wordt alle troost ontnomen, wanneer die gepaard gaat met de voorstelling dat slechts enkelen verkoren zijn of dat er maar een paar mensen de hemel zullen beërven.
Waarom neem ik bewust zo'n ruime positie in? Waarom zo licht? waarom zo links? Waarom neig ik eerder naar een in plaats en tijd brede en wijde verzoening dan naar beperkingen van Gods genade?
Dat doe ik, vanwege mijn onwetendheid. Ik weet niet welke mensen zalig worden. Op geen enkele manier kan ik in de raad Gods blikken.
Wat te doen met deze blinde vlek?
Verlegen met deze onkunde houd ik me dan maar aan wat ik in de Bijbel in grote lijnen over God aantref. Mijn beeld van God is dan dat Hij altijd barmhartiger is dan wij denken. Dat de relatie tussen God en mensen altijd gekenmerkt wordt door veel geduld van Godswege, maar bovenal door oneindige liefde. Niet alleen in de schepping van de mens, maar ook in het heil dat God wil schenken na de zondeval blijkt dit, maar bovenal in de ultieme blik in het hart van God in de Persoon van Jezus. Zijn opofferende liefde, vergevingsgezindheid en genade is onovertroffen.
Tegenover alle 'ja, maars' (als het gaat over Gods bereidwilligheid om genade te verlenen) stel ik dus vrijuit mijn geloof dat God genadiger is dan wij in onze genadigste ogenblikken kunnen denken.
Tegenover elke tegenwerping stel ik Gods liefde nog vrijmoediger centraal. Als iemand zegt dat God goed is, roep ik vol goede moed: "God is nog beter".
Tegenover elke angst dat God misschien niet erg veel mensen of misschien maar weinig mensen of misschien wel bijna helemaal geen mensen roept, trekt, bekeert of rechtvaardigt neem ik de boude stelling in dat God meer doet dan wij kunnen denken of bidden.
Gods werk is niet tevergeefs, niet karig, niet klein, niet beperkt. Gods gedachten zijn hoger dan de onze. En dan neem ik aan dat Gods gedachten genadiger zijn, barmhartiger, liefderijker. Dat Hij eerder geneigd is Zich te ontfermen dan wij. Dat Hij niet wil weten van enige afwijzing of van het verloren gaan van ook maar een enkel mensenkind.
Welke tegenwerping ik ook krijg over de breedte, diepte, hoogte van Gods liefde in Christus: steeds weer zal ik proberen om over God in de overtreffende trap te spreken. Genade op genade. Genade voor recht. Het "toch nog" van het geloof. Het ongedachte, het onverdiende. Al zouden mij duizend Bijbelteksten met bezwaren voor de voeten geworpen worden, dan nog zal ik me niet laten overtuigen: Gods genade is sterker. Gods liefde is vasthoudender.
Geloof het of niet.
Zo. Even een verzuchting, omdat het op een reformatorisch forum af en toe een zonde lijkt, wanneer men zich vrijmoedig uitlaat over zijn geloof dat God overstelpend goed is. En omdat ik maar niet kan begrijpen waarom het toch zo belangrijk is om alsmaar weer (ook op dit forum) mensen en/of medechristenen te waarschuwen dat Gods genade er niet voor alle mensen is.
Een brede en wijde verzoening? Meen je dat nu echt? Zoveel genade? Zomaar voor jan en alleman?
Let wel, ik neig hiernaar omdat ik geen kwaad woord van God wil horen en omdat ik onwetend ben op dit gebied. Wie heeft ooit God gezien? (niemand toch?): Zijn eniggeboren Zoon heeft Hem voor ons verklaard.
In Jezus Christus is het voor mij wel allemaal heel duidelijk geworden. Als ik tenminste kan afgaan op Zijn verklaring omtrent God, de Vader in de hemel. Ik doe dat maar wel.
Dat is de reden dat ik beter kan aannemen dat God altijd nóg genadiger is dan je denkt. Dat lijkt mij de meest bijbelse aanname.
Welk belang dien ik er mee om aan te nemen dat Gods genade slechts voor een enkeling is? Is dat wat Jezus bedoelt met de groei van Gods Koninkrijk? Of met een schare die niemand tellen kan?
gravo