Op de school waar ik werk (als vrijwilligster) worden kinderen aan het eind van groep 3 eruit gepikt als het lleesniveau nog erg laag is. Dan worden ze aangemeld voor het 'taalpaleis'. Dat betekent een periode van bijna een leerkracht op een leerling en doen ze aan teksten lezen, woordjes lezen, herkennen van die woordjes in de tekst. Kortom: ze zijn twee hele morgens uitsluitend bezig met lezen, zowel spelenderwijs als echt boekjes lezen.
Op twee van de overige dagen doe ik "Radslag" CED op de pc met ze.
Dat is een groep van 12 woordjes die telkens in een andere volgorde op het scherm komen en die ze moeten lezen. Eerst even om erin te komen, dan zijn het twaalf balkjes waarvan tenminste 6 voldoende moeten zijn, anders komt er telkens een balkje bij met dus een maximum van 12 balkjes. Ze mogen per balkje hooguit twee fouten hebben. Dan komt er nog een natoets. Dus in totaal 8 keer alle woordjes. Als het heel goed gaat is de 'flitstijd' korter, oftewel zien ze het woordje maar even. Als ze beginnen met Radslag blijven de woordjes gewoon op het scherm staan.
De juf leest daarna nog een tekst met ze apart in de klas.
De ervaring leert dat ze met name door het 'taalpaleis' soms twee tot drie niveaus omhoog gaan. In de groepen wordt 'estafette' gebruikt, waarbij dus woordjes en tekst goed op elkaar zijn afgestemd.