het maakt mij - in deze discussie - niet uit of het fysische of het mentale domein deterministisch is of niet.
OK, die insteek lijkt me duidelijk. Als je echter van het mentale domein ook beweert dat het deterministisch is heb je nog aardig wat werk voor de boeg

Frost:
Ik ben op zoek naar een beschrijving van het concept 'vrije wil' die op een of ander manier lijkt op hetgeen we met wil bedoelen (dus niet: iets willekeurigs) en op een of andere manier niet volledig onderworpen is aan externe factoren (willekeur of determinisme). Met determinisme is inmiddels vastgesteld dat dat niet kan, dus blijft alleen het non-determinisme over. Nu de beschrijving nog.
Ik citeer even een paragraaf uit het artikel:
Het tweede argument is de uitleggende zwakte van dualisme. Dualisme poneert een concept namelijk: niet materieel, en is vervolgens niet in staat om uit te leggen hoe dit verder tot verklaring bijdraagt Eerder werd genoemd hoe Swinburne dit beantwoordt. Een belangrijk punt dat hij noemde was dat naturalisten zoals McGinn en Nagel zeggen dat fysicalisme dit probleem ook heeft.
Het antwoord van Swinburne verwoorde de schrijver eerder als volgt:
Het belangrijkste bezwaar van de fysicalisten tegen het dualisme is de vraag hoe een niet-fysische entiteit kan interacteren met de fysische werkelijkheid. Dit is inderdaad een groot probleem. Maar Swinburne antwoordt hierop door te zeggen dat het geen argument is waarom het logisch gezien niet mogelijk zou kunnen zijn dat de ziel naast het lichaam bestaat en dat deze kunnen interacteren. Het feit dat wij het niet kunnen verklaren, is geen voldoende argument om te zeggen dat het niet mogelijk is. Wanneer de fysicalist, dualisme afwijst omdat deze niet in staat is om voldoende argumenten te geven dat er zoiets als een interactie tussen 2 onderscheiden substanties plaatsvind, kan de dualist hetzelfde argument gebruiken tegen de fysicalist. Ook deze is niet in staat voldoende argumenten te geven voor haar positie.
Frost:
Als een beslissing volledig ergens op gebaseerd is, is hij 'bepaald door'.
Maar als de zaken waarop datgene gebaseerd is niet deterministisch zijn zijn ze ook niet per definitie niet-vrij in de deterministische zin. 'Volledig gebaseerd op' of 'bepaald door' sluit vrijheid niet uit.
Frost:
Omdat ik niet weet welke mentale processen er nog meer kunnen zijn buiten deterministische en willekeurige.
Eerlijk gezegd vind ik het moeilijk voor te stellen dat dat wat ik wil op één van deze beide manieren bepaald zou zijn. Mijn directe ervaring is dat mijn wil wel degelijk vrij is. Dat ik hiervoor niet een sluitende omschrijving of verklaring kan geven doet niets af aan het feit dat het mogelijk is.
Frost:
Het eliminitatief materialisme (de Churchlands) lijkt te stellen dat subjectieve ervaringen niet bestaan.
Het gaat verder dan alleen ervaringen, het gaat om bewustzijn, om het 'ik' de eigen identiteit. Wat moeten we daaronder verstaan? Paragraaf 2.3 stelt dat aardig duidelijk. Een uiteindelijke ik, of een 'ghost in the machine', is een illusie. Wanneer ik bijvoorbeeld spreek over cognitie, spreek ik niet over een centraal vermogen waarin ik denk, maar over een enorme hoeveelheid van parallelle processen die de coördinatie betreft van neurale gebieden. Het gaat dus niet enkel om epistemologie maar om ontologie.
Frost:
Het constructief naturalisme (Flanagan) en het trancedentaal naturalisme (McGinn) erkennen de subjectieve ervaring, en erkennen dat subjectieve ervaring zich niet (volledig) laat beschrijven.
Ook hier trek ik e.e.a. weer breder: onze noties van bewustzijn en identiteit laten zich niet volledig beschrijven in fysische termen.
Frost:
De schrijver van het artikeltje lijkt een definitie te hanteren die subjectieve ervaringen uitsluit (zie dove wetenschapper).
Wat dat betreft interpreteer je e.e.a. niet goed. De schrijver sluit subjectieve eravringen niet uit. De schrijver neemt aan dat ons bewustzijn, onze identiteit niet enkel op fysische zaken zijn terug te voeren. In tegenstelling tot wat ik hierboven uit par.2.3 citeerde neemt de dualist aan dat er wel een soort 'ghost in the machine' is, een centraal vermogen waarin ik denk. Dat vermogen noemt men ziel.
Frost:
Ik zie echter nog niet in op welke manier de wil vrij zou kunnen worden wanneer hij (deels) losgekoppeld wordt van deterministische of toevallige fysische processen - en aangekoppeld wordt aan mentale processen. Die laatste processen zijn nog steeds deterministisch of toevallig.
Waarom zijn mentale processen per definitie deterministisch of toevallig? Als ik nu aan een kat denk dan is dat niet deterministisch bepaald (er is geen oorzaak in de zin van oorzaak-gevolg) maar ook niet toevallig. Ik denk aan een kat omdat ik aan een kat wil denken. Ik kan ook aan een hond denken of aan mijn vrouw etc. Het is maar net wat ik wil.
Frost:
Ik vraag me af of hoe krachtig het vrije-wil argument is, dat door gelovigen soms aangehaald wordt (zie begin discussie). Wanneer het louter een extra aanname is, is de waarde vrij gering.
Het is geen extra aanname. Bij de verwerping van het determinisme vervallen ook de gevolgen van het determinisme t.a.v. de wil. De mogelijkheid van een vrije wil is niet meer dan een logische conclusie uit het aannemen van het indeterminisme.
Frost:
En wanneer het concept 'vrije wil' netzomin compatibel is met non-determinisme als met determinisme, is het een ongeldig argument.
Maar ik heb nog geen argumenten gezien tegen een vrije wil in het kader van het indeterminisme. Je hebt gesteld dat het niet concept niet goed genoeg verwoord is, maar je hebt allerminst de onmogelijkheid ervan aangetoond.
En waardoor wordt de wil of de geest geregeerd? Op welke manier besluit iemand wat hij morgen zal gaan willen? Kan iemand besluiten (willen?) dat hij morgen in smurfen wil -en gaat- geloven? Of heeft de wil niet zoveel vrijheid?
Je stelt hier een heel aantal vragen die allemaal verschillende aspecten aanstippen. Ik zal ze dan ook per stuk langslopen. Het is belangrijk om 1 zaak in ieder geval goed in het achterhoofd te houden. Het determinisme is niet compatibel met een vrije wil omdat het stelt dat alles (dus ook de wil) veroorzaakt wordt. Bij verwerping van het determinisme verdwijnt deze beperking. Dat wil echter niet zeggen dat de wil dan per definitie volledig vrij is of dat ze niet op een andere manier 'gebonden' kan zijn.
En waardoor wordt de wil of de geest geregeerd?
Wat mij betreft wordt de wil niet geregeerd. De wil regeert.
Frost:
Op welke manier besluit iemand wat hij morgen zal gaan willen?
Ik denk niet dat je daarop een eenduidig antwoord kunt geven. Het beslissingsproces is erg gecompliceerd en verschilt per geval. Ik geloof echter niet dat je in dat proces een oorzakelijkheid kunt aanwijzen. Ik vraag me ook af of de vraag zoals je deze stelt een goede weergave is van ons beslissingsproces. Ik besluit vandaag niet wat ik morgen ga willen. Je kunt je hooguit wat voornemen. Ik kan me voornemen morgen mijn moeder te bezoeken, maar of ik dat ook daadwerkelijk doe is de vraag. Als ik het morgen niet doe is dat de uiting van mijn wil op dat moment. Ander voorbeeldje: Ik had vanmorgen weinig zin om op te staan. Toch ben ik m'n bed uitgekropen. Half op de automatische piloot, half op basis van een afweging van verschillende zaken. Ik wil verschillende dingen dus wat zijn mijn prioriteiten? Ik had echter ook best nog een uurtje kunnen blijven liggen. Er was niets of niemand die me dwong tot het nemen van mijn beslissing.
Frost:
Kan iemand besluiten (willen?) dat hij morgen in smurfen wil -en gaat- geloven? Of heeft de wil niet zoveel vrijheid?
Het vrij-zijn van de wil in het indeterminisme wil niet zeggen dat de wil per definitie absoluut vrij is. Er zijn allerhande beperkingen te bedenken. Overtuigingen zijn daar een voorbeeld van. Andere voorbeelden zijn b.v. smaak of de logica. Dat neemt echter niet weg dat de wil, daar waar we een keuze hebben, ook daadwerkelijk vrij is om te kiezen.
Frost:
Ik zie geen verschil tussen 'geregeerd worden door' en 'volledig gebaseerd zijn op'. Een beslissingsproces dat deels nergens door geregeerd wordt, is dan een beslissingsproces dat deels nergens op gebaseerd is.
OK, nog maar een voorbeeldje. Stel ik lig 's ochtends in bed en ik moet besluiten of ik op zal staan of niet. De meest rationele beslissing zou ws zijn om op te staan met het oog op eventuele consequenties van te laat komen op m'n werk. Ik kan echter ook toegeven aan mijn verlangen om nog even lekker te slapen. Wat ik uiteindelijk ga doen hangt af van wat ik wil. Ik kan gehoor geven aan de ratio of aan m'n gevoelens. Wordt ik in het eerste geval geregeerd door de ratio? Volgens mij niet, ik had er ook voor kunnen kiezen om mijn gevoel te volgen. Evenmin wordt ik in het tweede geval geregeerd door mijn gevoelens. Ik kies er bewust voor om al dan niet aan mijn gevoelens toe te geven. Het zou echter onzinnig zijn om te stellen dat mijn beslissing (wat deze ook is) geen zinnige beslissing zou zijn.
Frost:
De onafhankelijke entiteit lijkt me equivalent aan een toevalgenerator.
In de zin van onvoorspelbaarheid heeft het daar idd wel wat van weg. Je kunt niet op voorhand voorspellen of ik in bed zal blijven of niet. Onvoorspelbaarheid is echter een wel heel beperkte invulling van wat we normaal gesproken toeval noemen.
Frost:
Er valt geen enkel patroon te ontdekken in zijn acties; als God vervangen zou worden door een toevalgenerator zouden wij geen verschil opmerken.
Is dat een hypothese?
Frost:
Zodra er een patroon te ontdekken is, is hij voorspelbaar, en onderworpen aan dat patroon (zijn aard, die hij niet kan veranderen).
In dat geval is God dus onderworpen aan zichzelf. Dat lijkt me een weinig zinvolle conclusie.
Frost:
?? Als je een oorzaak a priori uitsluit, zul je nooit die oorzaak concluderen. Dat lijkt me triviaal, dus dat is waarschijnlijk niet wat je bedoelt...
Dat is wel degelijk wat ik bedoel. De wetenschap sluit 'God' als verklaring op voorhand uit. Vervolgens wordt echter wel op basis van die wetenschap gesteld dat God niet bestaat omdat Hij niet uit de wetenschap volgt.
Frost:
Veel organismen zijn dan ook slecht aangepast. Voldoende om het te kunnen redden, maar vaak hopeloos inefficient.
Vreemde stellingname. Alle soorten zijn prima aangepast aan het 'doel' van het evolutieproces nl. overleven en voortplanten. Jij neemt een aantal voorbeelden om daarmee aan te tonen dat het geheel slecht is aangepast. Ten eerste lijkt me dit onterecht omdat er veel meer voorbeelden te geven zijn van juist uiterst specifieke aanpassingen. Daarnaast gaat het ook slechts om onderdelen. De ogen van de vissen die je noemde zijn wellicht niet (meer) nodig maar daarentegen zijn deze vissen prima aangepast aan het leven op grote diepte. Hieruit blijkt ook dat het evoltieproces zelf uiterst doelmatig is; als het dat niet was was het leven reeds lang uitgestorven.
Frost:
En niet voor niets gaan er stemmen op om bepaalde 'ontwerpen' fors te verbeteren nu de technieken daarvoor binnen handbereik komen.
Je stelt nu de eis van perfectie. Het is echter nog maar de vraag of jij kunt beoordelen wat dat inhoudt. Natuurlijk kun je op onderdelen verbeteringen aanbrengen, maar dat zegt niets over het geheel.
Frost:
Daarnaast is, als de mens het doel van het ontwerp was, een evolutieproces van miljarden jaren enigszins vergelijkbaar met via Keulen naar Parijs gaan, om het zwak uit te drukken.
Tja, en wie zijn wij om te zeggen dat dat niet de beste weg was?
Frost:
Bijvoorbeeld efficiency
Als we naar de eerste pc's kijken dan vinden we deze hopeloos ineffeciënt. Toch herkennen we deze direct als 'ontwerp'. Efficiency op zich kan dus geen kenmerk zijn van een ontwerp. Ik kan me zelfs tot doel stellen om iets te ontwerpen dat uitermate inefficient is.
Frost:
en hergebruik van bestaande componenten
Hergebruik van bestaande componenten is net zo goed een kenmerk van organische objecten.
Ik ben bang dat je nog wat andere kenmerken moet verzinnen

Frost:
Het lijkt me tricky, maar misschien is het mogelijk. Vergeet niet dat bij voorwerpen die we op deze planeet aantreffen, zoals horloges, vaak al via andere bronnen weten, of sterke vermoedens hebben, dat ze ontworpen [kunnen] zijn, en wie die ontwerpers dan waren. Wanneer zulke bronnen er niet zijn, zal de claim 'ontwerp' een stuk controversieler zijn.
Wellicht dat een dergelijke claim niet onomstreden zal zijn, maar dat wil niet zeggen dat het principe op zich niet opgaat. Er zijn ons objecten bekend (b.v. uit de oudheid) waarvan we niet weten waar ze voor dienden en waarvan we ook niet weten wie de ontwerpers zijn. Toch zijn we prima in staat dat soort objecten te herkennen als ontwerpen.
Klaas