Gisteren las ik een
interview. Ik las daarin bepaalde zaken, waarvan ik dacht: dat is denk ik een aardige indicatie waar de Gereformeerde Gemeenten voor staan. Want dat wat die man hier uitspreekt, dat lijkt mij wel redelijk gemeengoed in dat kerkverband.
Ik citeer even iets, wat mij het sterkste opviel, en mij eigenlijk ook wel het meest aan mijn hart gaat.
Of ik die verzekerdheid zelf ken? Tja, je moet je altijd afvragen: hoe diep zit het? Terecht wordt onder ons gewaarschuwd tegen een oppervlakkig geloof als in de gelijkenis van de zaaier, dat wel snel wortelt, maar het op den duur niet houdt. In de tijd niet en zeker niet voor de eeuwigheid. Ik durf daarom niet te zeggen dat ik bekeerd ben. Niet dat je soms niet een zekere innerlijke betrokkenheid voelt. Bij psalmregels en Bijbelgedeelten bijvoorbeeld. Maar telkens moet je toch ook weer zeggen: is er niet méér nodig? Ik ben dan ook nooit kerkelijk ambtsdrager geweest in onze kerken. Niet bekeerd zijn en predikant of ouderling worden, dat gaat niet samen. Ten aanzien van diakenen gaat men daar overigens soms wat gemakkelijker mee om, zeker als er een gebrek is aan kandidaten.
Het geeft wel een bepaalde druk in je leven. Tegelijkertijd mag er toch ook het besef zijn, dat God ons nog laat in het heden van zijn genade en we nog mogen opgaan onder de verkondiging van zijn Woord. Hij kent ons van a tot z en we moeten het van Hem verwachten: 'Geef, dat mijn oog het goede aanschouw, 't welk gij uit onbezweken trouw, uw uitverkorenen toe wilt voegen'.
Er staan hier dingen in, waarvan ik zoiets heb van: volgens mij is dat toch nogal vreemd aan de Bijbel. Ik zou dat kunnen aanduiden als:
- De aandacht sterk op het eigen innerlijk gericht hebben, op de eigen gevoelens. Heel sterk de sfeer van: daar moet toch wel iets echt bijzonders gebeuren! Een erg introverte manier van met geloof bezig zijn dus.
- Een nogal passieve houding. Het moet van God komen, het moet je gegeven worden. Het is erg lastig te bepalen wanneer dat het geval is, dus dat moet dan blijken.
Volgens mij blijft er weinig zekerheid over na dat tweede. Zo wordt het een ingewikkele zaak! Wordt de sfeer dan niet wat erg bedompt? Ik zou daar niet vrolijk van worden! Meneer Janse is daar blijkbaar een stuk laconieker onder, want hij zegt:
"Het geeft wel een bepaalde druk in je leven." Dat klinkt nogal nuchter. Maar misschien kan hij er emotioneel wel beter tegen dan ik, die stress van die onderzekerheid.
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat het mij ook niet vreemd is, diep binnenin, die twijfel of mijn geloof wel echt is. Ik heb wat dat betreft ook niet zo'n aanleg om het maar te geloven.
Er is van alles te noemen waardoor dat veroorzaakt wordt. Postmoderne twijfel: men kan wel dit en dat zeggen, maar daarmee is nog niet gezegd dat het ook objectief gezien waar is. Zelfs al hebben we het misschien wel keurig uitgewerkt in een leersysteem. En ik kan als mens ook zo mijn gedachten hebben, die uiteindelijk niet waar blijken te zijn. En het is zelfs een bijbels gegeven dat er mensen zichzelf zullen bedriegen!
Dat is denk ik de twijfel van het verstand. Het verstand ziet altijd redenen om te twijfelen. En geef dat verstand eens ongelijk...
Toch lijkt het mij de bedoeling om ooit eens bovenuit te komen. (Al lijkt het mij ook wel moeilijk als het zo bij je ingebakken zit!)
Maar ik zie het niet als een oplossing om daarvoor de blik naar binnen te richten, en te vervallen tot een passief afwachtend en introvert geloof. Ik herken dat namelijk totaal niet in de Bijbel zelf. Volgens mij staan de 'bevindelijk'-gereformeerde traditie en de Bijbel in dit opzicht nogal haaks op elkaar. (En het verklaart wellicht tevens de kans die de evangelische beweging op die manier krijgt om invloed te hebben!) In die 'bevindelijke' traditie leer je dat je het niet van je eigen daden moet hebben, dat die zinloos zijn voor je behoud, en dat je daarom maar in je innerlijk moet speuren om te zien of God daar met zijn Geest werkzaam is.
Volgens mij is dat het paard voor de wagen spannen. Dat werkt zo niet. Wie zo te werk gaat, moet niet raar opkijken dat datgene waarnaar hij uitkijkt, nooit komt. Ontdekking aan de zonde en de schuld... ik ontken niet dat dat nodig is. Maar volgens mij krijg je dat niet door passief af te wachten of de HEER nog eens een keer iets in je gaat doen, en of het dan wel genoeg is. Volgens mij krijg je dat door de bijbelse oproep serieus te nemen om je leven naar Gods geboden te richten! In die weg zul je ondervinden hoe hardnekkig de zonde in je is, ja, dat het is om hopeloos van te worden! En dat je daarom die Verlosser zo nodig hebt!
Wat was het zendindsbevel?
"Ga, en maak alle volkeren tot leerling; doop hen in de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest, en leer hun alles onderhouden wat Ik jullie geboden heb." (
Mattheüs 28:
19(-20a)) Dat laatste is veelzeggend. Daar gaat het dus om! In
Jakobus 2:
18 staat:
"Maar iemand zal zeggen: 'U hebt het geloof, maar ik heb de daad.' Bewijs me eens dat u geloof hebt, als u geen daden kunt tonen; dan zal ik u uit mijn daden mijn geloof bewijzen." Zo zien we dus, dat wat in
Jozua 1:
7 staat, in wat in GG-oren volgens mij wel héél raar moet klinken (!), bepaald niet iets is van een zg. oudtestamentische tijd! (Dat laatste is trouwens weer iets waar evangelischen nogal een handje hebben!)
Helaas, je wordt uit je luie stoel geschopt! Niks geen lekker ontspannen zitten niksen, starend in de eigen ziel naar kenmerken van het werk van God in je ziel, of het misschien nog eens gebeuren mocht. Da's misschien ruw wakker worden,

maar als God zelf ons die weg wijst?
P.S. Ik heb bevindelijk tussen hoge komma's gezet, aangezien ik van dat introverte en passief afwachtende weinig herken in wat de Bijbel over bevinding leert. Zie Romeinen 5:4, het Griekse woord δοκιμη.
Ook doe ik niet mee aan die nogal merkwaardige voorkeur voor ouderwets Nederlands. Die tekst uit Mattheüs 28 heb ik uit de Willibrordvertaling van 1995 geciteerd. Dan heb je tenminste normaal hedendaags Nederlands. Dat Nederlands van de Statenvertaling spreekt niemand op straat. Dat wordt uitsluitend binnen bepaalde kerkmuren gebruikt.