gerritse schreef:Dag allemaal,
Direct na mijn betoog, op de Korte Verklaring gegrondvest, dat de woorden van Jezus:
"Ik verzeker jullie: sommigen van de hier aanwezigen zullen niet sterven voor ze de komst van de Mensenzoon en zijn koninklijke heerschappij hebben meegemaakt"
....dat die woorden geen vergissing waren, maar een weloverwogen waarheid, zei Cicero:
"En toch denk ik dat Jezus zich toen vergist heeft".
Even voor de duidelijkheid: het gaat er mij niet zozeer om dat Jezus zich al of niet 'vergist' heeft. Van die formulering wil ik af wezen. Het gaat mij erom wat Jezus precies bedoelde toen hij de 'gewraakte' woorden sprak.
Ik blijf bij mijn uitleg in de vorige post mijnerzijds.
Alleen wil ik er dít aan toevoegen:
- Het is toch te ongerijmd om maar te overléggen, dat de Almachtige God zijn Zoon, die ook God is, naar de wereld heeft gestuurd om hier - ongevraagd en onuitgedaagd- zomaar eens wat te zeggen, dat onjuist was.
- Jezus liet zich in alle vele debatten, die hij gevoerd heeft, kennen als een onverslaanbare gesprekspartner, die alles doorhad en altijd overwinnaar bleef. Zo'n reus zégt toch niet zomaar iets.
- Geen betere carrièreplanner dan Jezus. Alles moest uitlopen op de kreet van Joh.19 v 30, precies op het goede moment, op de goede plaats. Daarvoor gebruikte hij ook nog die laatste oproep aan Judas, toen hij zei in Johannes 13 v 30:
"Doe maar meteen wat je van plan bent".
waarmee hij ( Jezus) eigenlijk de gewapende troep precies ná de gebedsstrijd in Gethsemané ' bestelde'.
En zou hij, die zo alles perfect toeleidde naar de carrièretop, die uitroep van Joh 19 v 30, zo'n onnodige vergissing maken.
Het is net, zoals hier eerder werd opgemerkt:
" Als Jezus hier een vergissing maakte, dan kon hij dat overal en met alles doen".
Ik vind je formulering eerlijk gezegd niet gepast. Carrière

. Ik geloof niet dat Jezus van te voren precies wist wat hem te wachten stond. Wel is het goed mogelijk dat hij er rekening mee hield dat hij in Jeruzalem zou worden geëxecuteerd, maar dan vertrouwde hij erop dat God hem uit de doden zou opwekken.
Jullie hebben Cicero op velerlei wijze van repliek gediend. Maar daarbij zijn de volgende opmerkingen zijnerzijds helemaal over het hoofd gezien:
( vrij weergegeven):
`Jezus was met die vergissing helemaal in de lijn van:
- zijn vóorprediker Johannes de Doper. Want die zei in Matth 3 v 10:
"De bijl ligt al aan de wortel van de boom: iedere boom die geen goede vrucht draagt, wordt omgehakt en in het vuur geworpen".
En dat moet allemaal nog komen.
- zijn náprediker Paulus . Want die zegt in 1 Thessalonicenzen 4 v 15:
" WIJ, die in leven blijven tot de komst van de Heer...."
En Paulus is al lang dood !
Geheel correct.
Duidelijk is, ook uit de verdere geschiedenis, dat Johannes alle dingen van dan af ' versneld verwachtte'. Mag toch.
Maar wat heeft Johannes de Doper nu feitelijk miszegd ? Algemeen bekend is toch het feit, dat bij de Oudtestamentische profetie toekomstige gebeurtenissen, die bij de vervulling door een afstand van eeuwen gescheiden blijken te zijn, dikwijls vlak na of zelfs naast elkander worden geplaatst.
Dat kun je alleen achteraf zeggen.
hij kán niet bedoeld hebben, dat hij nog tijdens zijn leven de wederkomst van Jezus verwachtte. Dan zou hij hebben gedwaald. Een mens kán dwalen, maar daarvan is hier geen sprake.
Ik sluit niet van te voren uit dat hij dat bedoeld kan hebben. Als je dan kijkt naar de literatuur-soort en de theologische stroming waarin zich Paulus beweegt (nl. apocalyptiek) dan ligt het voor de hand te concluderen dat hij wel bedoelde dat hij de wederkomst zou meemaken.
Want elders blijkt :
- Hij wíst ongetwijfeld, wat Jezus gezegd had over onzekerheid omtrent dag en uur, (Matth 24 v 36). En hij was niet iemand, die licht over Jezus' woorden heenstapte.
How do you know? Paulus citeert nauwelijks woorden van Jezus.
- Hij bestrijdt in 2 Thess 2 v 1- 12 uitdrukkelijk , dat de dag van Christus aanstaande is,
Deze brief wordt algemeen niet van Paulus geacht, maar van iemand uit zijn 'school'. Deze brief moet de eerste corrigeren.
- In 2 Cor 4 v 14 zegt Paulus, dat hij behoort tot degenen, die eens zullen worden opgewekt
1. Hieruit blijkt geenszins dat Paulus zeker weet dat hij de wederkomst niet zal meemaken; wellicht houdt hij rekening met een martelaarsdood;
2. In Paulus' brieven is een zekere ontwikkeling te bespeuren;
3. Die opwekking hoeft niet noodzakelijk ten jonsten dage gedacht te zijn; van martelaren werd doorgaans gedacht dat zij in de hemel werden opgewekt;
- in Romeinen 11 v 11- 32 leert Paulus dat aan Christus' komst de bekering van de heidenen vooraf zal gaan.
Dus? Paulus kan heel goed gedacht hebben dat dat op zeer korte termijn zou plaatsvinden.