André schreef:Misschien een redelijk radicaal advies, sla de maatschappelijk werker over en begin (het liefst samen) bij een 1ste lijns psycholoog. Mijn ervaring is dat je bij m.werk gezellig koffie kunt drinken, maar daar houdt het ongeveer ook wel mee op.MissJames schreef:Ik begin langzaam aan richting een depressie te gaan, als er niet snel wat veranderd. Ik begin echt tegen de muren van mezelf op te lopen. Ik wil het wel anders doen maar het lukt me niet.
Onder tussen heb ik hulp in geroepen van een maatschappelijk werker.
Maar ik heb ook een relatie. Het legt een behoorlijke druk op een relatie. Ik heb het idee dat we beide eigenlijk niet goed weten wat nu echt het beste is om te doen. We doen beide het geen wat we denken wat goed is, maar beide manieren komen ook niet met elkaar overeen. Vandaar dat ik benieuwd ben of hier ook mensen zijn die ook een relatie hebben en hij zij er samen mee omgaan.
Maatschappelijk werkers worden niet opgeleid om (psycho)therapieën te geven, daar hebben we (psycho)therapeuten voor. Als iedereen die zich een beetje rot voelt gelijk zelf naar de eerstelijnspsycholoog rent, dan komen ze om in het werk. Een maatschappelijk werker praat met je en probeert uit te vinden wat voor jou de beste oplossing is. Dat kan een eerstelijnspsycholoog zijn als hij/zij een psychologische stoornis vermoedt, maar meestal hoeft dat helemaal niet. Een psycholoog is ervoor om mensen te behandelen of door te verwijzen met een psychologische stoornis. Misschien is het het handigst om dat soort adviezen over te laten aan de mensen die daarin gespecialiseerd zijn. 'De maatschappelijk werker gewoon overslaan' lijkt me een bijzonder slecht advies.
De meeste mensen die een beetje aan het vastlopen zijn hebben geen psychologische stoornis, die zitten hooguit een tijdje niet lekker in hun vel. En daar hebben we maatschappelijk werkers voor.
Ik ben geen psycholoog, ik studeer alleen maar psychologie... Wat je hier neerschrijft lijkt me niet direct 'afstevenen op een depressie'.
DSM-IV-TR criteria gebruikt door professionals om te bepalen of je depressief bent:
DSM-IV-TR criteria depressieve episode
A.
Vijf (of meer) van de volgende symptomen zijn binnen dezelfde periode van twee weken aanwezig geweest en wijzen op een verandering ten opzichte van het eerdere functioneren; ten minste een van de symptomen is ofwel depressieve stemming, ofwel verlies van interesse of plezier.
- depressieve stemming gedurende het grootste deel van de dag, bijna elke dag, zoals blijkt uit subjectieve mededelingen (bijvoorbeeld voelt zich verdrietig of leeg) ofwel observatie door anderen (bijvoorbeeld lijkt betraand)
N.B.: Kan bij kinderen of adolescenten ook prikkelbare stemming zijn- duidelijke vermindering van interesse of plezier in alle of bijna alle activiteiten gedurende het grootste deel van de dag, bijna elke dag (zoals blijkt uit subjectieve mededelingen of uit observatie door anderen)
- duidelijke gewichtsvermindering zonder dat dieet gehouden wordt of gewichtstoename (bijvoorbeeld meer dan vijf procent van het lichaamsgewicht in één maand), of bijna elke dag afgenomen of toegenomen eetlust
N.B.: Kan bij kinderen moet gedacht worden aan het niet bereiken van de te verwachten gewichtstoename- insomnia (slapeloosheid) of hypersomnia (overmatige slaap en slaperigheid) bijna elke dag
- psychomotorische agitatie of remming (waarneembaar door anderen en niet alleen maar een subjectief gevoel van rusteloosheid of vertraagdheid), bijna elke dag
- moeheid of verlies van energie, bijna elke dag
- gevoelens (die waanachtig kunnen zijn) van waardeloosheid of buitensporige of onterechte schuldgevoelens (niet alleen maar zelfverwijten of schuldgevoel over het ziek zijn), bijna elke dag
- verminderd vermogen tot nadenken of concentratie of besluiteloosheid (ofwel subjectief vermeld ofwel geobserveerd door anderen), bijna elke dag
- terugkerende gedachten aan de dood (niet alleen de vrees dood te gaan), terugkerende suïcide-gedachten zonder dat er specifieke plannen gemaakt zijn, of een suïcidepoging of een specifiek plan om suïcide te plegen.
B.
De symptomen voldoen niet aan de criteria voor een gemende episode
C.
De symptomen veroorzaken in significante mate lijden of beperkingen in het sociaal of beroepsmatig functioneren of het functioneren op andere belangrijke terreinen
D.
De symptomen zijn niet het gevolg van de directe fysiologische effecten van een middel (bijvoorbeeld drug, geneesmiddel) of een somatische aandoening (bijvoorbeeld hypothyroïdie = verlaagde schildklierwerking)
E.
De symptomen zijn niet eerder toe te schrijven aan een rouwproces, dat wil zeggen na het verlies van een dierbaar persoon zijn de symptomen langer dan twee maanden aanwezig geweest of zijn zij gekarakteriseerd door duidelijke functionele beperkingen, ziekelijke preoccupatie met gevoelens van waardeloosheid, suïcide-gedachten, psychotische symptomen of psychomotorische remming.
Je hoeft niet aan alle kenmerken te voldoen.
Als ik jouw berichtje lees lijkt het erop dat je het idee hebt dat je niet het maximale uit jezelf kan halen. Daar kun je misschien wel uiteindelijk depressief van worden, maar de oorzaak is niet depressie maar misschien dat je niet effectief functioneert.
Een voorbeeld van zo'n training (wat het inhoudt) vind je hier:
http://www.dedriehoek.nl/page/57