Smurffie schreef:(...)
Dit is wat A. Hellenbroek er over zegt;
(Van de praedestinatie)
1 V. Heeft God ook besloten wie er zalig worden en wie niet?
A. Ja
2. V. Hoe noemt men dat besluit?
A. Praedestinatie of voorverordenig. Rom. 8:30. En die Hij tevoren verordineerd heeft, deze heeft Hij ook geroepen.
3. V. Hoeveel delen of daden Gods moet men daarin onderscheiden?
A. Twee; de verkiezing en de verwerping. 1 Thess. 5:9. Want God heeft ons niet gesteld tot toorn, maar tot verkrijging der zaligheid.
4. V. Wanneer is de verkiezing geschied?
A. Van eeuwigheid. Ef. 1:4. Gelijk Hij ons uitverkoren heeft in Hem voor de grondlegging der wereld.
5. V. Is zij algemeen, zijn alle mensen verkoren?
A. Neen; het minste getal. Matth. 20:16b. Velen zijn geroepen, maar weinigen uitverkoren.
6. V. Gaat zij ook over zekere met name bij God bekende personen?
A. Ja. Rom. 9:13. Jacob heb Ik lief gehad en Ezau heb Ik gehaat.
7. V. Wat is de reden dat God de ene verkoren heeft en de andere niet?
A. Alleen Gods vrij en soeverein welbehagen. Rom 9:18. Zo ontfermt Hij Zich dan diens Hij wil en verhardt die Hij wil.
8. V. Is het dan niet om een voorzien geloof, of goede werken?
A. Neen. Rom. 9:16. Zo is het dan niet desgenen wil, nog desgenen die loopt, maar des ontfermenden Gods.
9. V. Is daar geen hardheid of onrechtvaardigheid in?
A. Neen; Want God had rechtvaardig alle mensen kunnen laten verloren gaan.
10. V. Is die verkiezing veranderlijk?
A. Neen; onveranderlijk. Rom. 9:11. Opdat het voornemen Gods, dat naar de verkiezing is, vast bleve.
11. V. Vloeit daaruit dan niet, dat het dan evenveel is hoe men leeft?
A. Neen; want God heeft de middelen tot het einde meteen besloten. Rom. 8: 29, 30.
12. V. Zo eens een uitverkorene weigerde de middelen te gebruiken, wat dan?
A. God geeft hem hart en lust om te willen. Fil. 2:13.
13. V. Welke zijn der tekenen der verkiezing?
A. Geloof, hoop en liefde. 1 Thess. 1: 3, 4.
14. V. Waartoe dient dit leerstuk der voorverordening?
A. Het dient om God te verheerlijken in Zijn oppermacht, onafhankelijkheid, wijsheid, genade, rechtvaardigheid en waarheid. Rom. 11:33. En om de mens te vernederen. Rom. 9:20 en 1 Cor. 4:7.
Na vele jaren cathechisatie, ben ik er nog steeds niet uit.
Ik worstel daar zelf ook nogal mee...... het klinkt zo oneerlijk.
En hoe zit het dan met "wie zoekt zal vinden" en "klopt en u zal opengedaan worden".