Maja de Bij schreef:jas schreef:Rom.12:1-2;
" Ik bid u dan, broeders, door de ontfermingen Gods, dat gij uw lichamen stelt tot een levende, heilige en Gode welbehagelijke offerande, welke is uw redelijke godsdienst.
En wordt dezer wereld niet gelijkvormig; maar wordt veranderd door de vernieuwing uws gemoeds, opdat gij moogt beproeven, welke de goede, en welbehagelijke en volmaakte wil van God zij."
Deze oproep tot levensheiliging is niet gericht tot hen die buiten zijn, maar tot hen die behoren tot de gelovigen in de gemeente. Paulus spreekt hier volgens mij eerder over levensheiliging, zo je wilt : groeien in geloof.jas schreef:Ik noem nog 1 Kor. 5:1 "Men hoort ganselijk, dat er hoererij onder u is, en zodanige hoererij, die ook onder de heidenen niet genoemd wordt; alzo dat er één zijns vaders huisvrouw heeft; en in vers 11: "dat gij u niet zult vermengen, namelijk indien iemand, een broeder genaamd zijnde, een hoereerder is, etc". Paulus wist dus heel goed dat er in die gemeenten ook schijn- of naamchristenen tussen zaten.
Dit handelt volgens mij over de kerkelijke tucht en heeft niets te maken met de oproep tot levensheiliging van niet-gelovigen, laat staan hun bekering.
Het zal misschien wel met de oude volkskerk te maken hebben (Jan Rap en z'n maat) dat in de erediensten ge-evangeliseerd wordt. Ik blijf dat met Klaas moeilijk en vreemd vinden, evangeliseren doe je op het verjaardagspartijtje van je ongelovige buren, terwijl je in de eredienst de naam van de Heere verheerlijkt.
Ik vind dat je dan een totaal verkeerde voorstelling van zaken geeft. Niet alle mensen in de kerk zijn ware gelovigen. Dat is nu niet zo, en dat is ook nooit zo geweest. Lees dan ook nog maar eens 1 Kor. 10. Daar vergelijkt Paulus de gemeente met het volk Israël in de woestijn. En wat zegt hij dan in vers 4-5: "En allen denzelfden geestelijken drank gedronken hebben; want zij dronken uit de geestelijke steenrots, die volgde; en de steenrots was Christus. Maar in het meerder deel van hen heeft God geen welgevallen gehad".
En 2 Kor. 5:20; "Zo zijn wij dan gezanten van Christus wege, alsof God door ons bade; wij bidden van Christus wege: laat u met God verzoenen".
Geen oproep tot bekering?
Paulus schrijft wel steeds in de wij-vorm, hij richt zich uiteraard wel tot de christengemeente, maar het is absoluut de doodsteek voor de kerk als je uit Paulus' brieven opmaakt dat oproep tot bekering binnen de gemeente niet nodig is. In 2 Kor. 10:7 zegt hij: "Ziet gij aan wat voor ogen is? Indien iemand bij zichzelven betrouwt, dat hij van Christus is, die denke dit wederom uit zichzelven, dat gelijkerwijs hij van Christus is, alzo ook wij van Christus zijn". Uit deze woordkeus blijkt al dat hij weet dat niet iedereen van Christus is.
En 2 Kor. 12:5; "Onderzoekt uzelven, of gij in het geloof zijt, beproeft uzelven. Of kent gij uzelven niet, dat Jezus Christus in u is? tenzij dat gij enigszins verwerpelijk zijt".
En Paulus zou niet appelerend preken? Ik geef grif toe dat het in de kerken tegenwoordig amper nog gebeurt, want ja, iedereen is toch bekeerd. Maar Bijbels is het absoluut niet.
En dan Gal. 1:6 nog maar: "Ik verwonder mij, dat gij zo haast wijkende van dengene, die u in de genade van Christus geroepen heeft, overgebracht wordt tot een ander Evangelie".
Dat zijn geen bekeerde mensen hoor, waar hij zich hier tot richt. Het Evangelie van de genade in Christus is hun wel verkondigd, maar ze wijken daar van af. Ze laten zich meevoeren door een leugenleer, zoals ook hier velen zich laten meevoeren door allerlei winden van leer.
Ik ben gister eens naar een predikant wezen luisteren waar een goed gerucht van uitging. Niet één keer werd de indringende vraag aan de gemeente gesteld, hoe het met het zieleheil van een ieder stond. Niet één keer werd voorgehouden dat buiten Christus het eeuwig verderf wacht. De gemeente werd idd aangesproken als zijnde ware gelovigen. Wat een vreselijke verleiding is er over de zich gereformeerd noemende kerken gekomen. En dit moest dan nog één van de betere predikanten voorstellen. Ik heb voorlopig weer genoeg gehad.