Een plicht vervullen is niet hetzelfde als een plicht elimineren! Alle plichten vervult door Jesjoea, doet dus nog geen wetten elimineren. Heeft Jesjoea in die zin alle inzettingen verricht? Wordt dat bedoeld? Zelf zegt Hij:
"Meent niet, dat Ik gekomen ben, om de wet of de profeten te ontbinden; Ik ben niet gekomen, om die te ontbinden, maar te vervullen." (Matth.5:17).
Maar let nu goed op het accent "wet of de profeten". Het gaat hier dus helemaal niet alleen om de regelementen opgetekend in de 5 boeken van Mosje, maar om de 5 Boeken van Mosje (Mozes) EN de Boeken der profeten! En als de Torah en profeten achter elkaar genoemd worden m.b.t. vervullen van die, dan gaat het in die boeken over vervulling van de profetieen en niet om het een keertje doen van elke inzetting.
Voorts heeft Jesjoea gezegd:
Want voorwaar zeg Ik u: Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan, zal er niet een jota noch een tittel van de wet voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied. Zo wie dan een van deze minste geboden zal ontbonden, en de mensen alzo zal geleerd hebben, die zal de minste genaamd worden in het Koninkrijk der hemelen; maar zo wie dezelve zal gedaan en geleerd hebben, die zal groot genaamd worden in het Koninkrijk der hemelen. Want Ik zeg u: Tenzij uw gerechtigheid overvloediger zij, dan van de Schriftgeleerden (Sof'riem) en van de Farizeen (P'roesjiem), dat u in het Koninkrijk van de hemelen (Malchoeth haSjamajiem) geenszins zult ingaan (Matth.5:18-20)
en
De Sof'riem en de P'roesjiem zijn gezeten op de stoel van Mosje; Daarom, al wat zij u zeggen, dat u houden zult, houdt dat en doet het; (Matth.23:2,3. Vgl. Deut.17:10; Joodse Historien 4.8.14 v. Josephus - d.i. Josef ben Matja haKohen).
Wanneer gaat dus de Torah voorbij?:
"Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan, zal er niet een jota noch een tittel van de wet voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied". Wanneer gaan hemel en aarde voorbij?:
Maar de dag van de Heer zal komen als een dief in de nacht, in welke de hemelen met een gedruis zullen voorbijgaan, en de elementen branden zullen en vergaan, en de aarde en de werken, die daarin zijn, zullen verbranden. (2 Petros 3:10)
en
En ik zag een groten witten troon, en Degene, Die daarop zat, van Wiens Aangezicht de aarde en de hemel wegvluchtten, en geen plaats is voor die gevonden. (Openb.20:11; zie verder: Jes.51:6; Matth.24:35; Mark.13:31; Luk.16:17; 21:33; 2 Petr.3:7,13; Openb.21:1)
Dat is dus na de 1000 jarige sjabbath.
Sam