De wereldbevolking gaf in 1998 22 000 miljard euro (48 000 miljard gulden) uit. In 1975 was dat nog 3 600 miljard euro (8 000 miljard gulden). Verreweg de meeste mensen grijpen mis: 20 procent van de wereldbevolking is verantwoordelijk voor 86% van de totale consumptie. Een gemiddeld Afrikaans huishouden consumeert nu 20 procent minder dan 25 jaar geleden.
Voor slechts 5,5 miljard euro (12 miljard gulden) per jaar is het mogelijk om de bevolking van de hele wereld het lezen, schrijven en rekenen bij te brengen. Een schijntje als je bedenkt dat Amerikanen en Europeanen samen het dubbele daarvan, namelijk 11 miljard euro (24 miljard gulden) per jaar, uitgeven aan parfum.
Voor 36 miljard euro (80 miljard gulden) per jaar, oftwel 0,15% van het wereldinkomen, kunnen we op wereldschaal basale sociale voorzieningen treffen. Dat zelfde bedrag wordt jaarlijks in Japan uitgegeven aan bedrijfsuitjes.
De drie rijkste mensen ter wereld bezitten evenveel als het gezamenlijk nationaal inkomen van de 48 armste landen.
Van de 225 rijkste mensen:
wonen er 60 in de Verenigde Staten;
vergaarden er 78 hun rijkdom in een ontwikkelingsland, en;
wonen er maar 2 in Afrika.
Een Nederlands kind consumeert en vervuilt in zijn of haar leven net zoveel als 30 tot 50 kinderen in armere landen.
Het gat tussen arm en rijk wordt alleen maar groter, niet alleen tussen landen, ook binnen de rijke landen. Van alle rijke landen hebben de Verenigde Staten het hoogste inkomen per hoofd van de bevolking èn het hoogste percentage arme mensen. Volgens de Verenigde Naties leeft in Amerika 16,2 procent van de bevolking in armoede. In Nederland is dat 8,2 procent.
Wat zou jij doen als jij 1 van die rijkste mensen van de wereld was?