surfer schreef: Mijn vertrekpunt was voor 27 jaar lang ook dat de bijbel het onfeilbare woord Gods was. Dat wordt steeds over het hoofd gezien. Je hoeft niet zover terug te zoeken om mijn posts van toen te lezen.
dat weet ik nog heel goed. en ook de discussies over geestelijke zaken kan ik me nog wel herinneren.
Er zijn geen selectiever mensen dan gelovigen. Iets hoeft maar een zweem van een verklaring te lijken, en het wordt met twee handen aangegrepen als een goede verklaring voor 'schijnbare tegenstrijdigheden'. Kritiek op standpunten is simpelweg uit den boze, en roept ook vrijwel meteen irritatie op.
Ik wil niet zeggen dat ik nooit geirriteerd heb gereageerd, maar ik wil wel zeggen dat ik tenminste heel vaak heb geprobeerd uit te leggen wat ik geloof, wat mijn standpunten zijn en waarom. Ik wil best toegeven dat ik soms geirriteerd heb gereageerd als ik het idee kreeg dat mijn argumenten niet serieus werden genomen. Ik kan me ook herinneren dat ik dit tegenover jou heb gehad.
En zeker als bedacht wordt dat jij en Parsifal allebei wetenschappelijk opgeleid zijn (ik ben ben/was dat trouwens ook).
Op dit punt denk ik dat je een iets verkeerde conclusie trekt. We zijn beiden wetenschappelijk geschoold, dat is waar, maar ik denk dat het niet irrelevant is daarbij te bedenken dat we wiskundigen zijn. Als er een vak is waarbij logisch nadenken een must is, dan is het wel bij wiskunde (of filosofie). De vraag naar wat precies een feit is, is een vraag naar een definitie. Iets typisch wiskundigs. Ik weet graag waar ik het over heb. Ook als het gaat om theologie of natuurwetenschap. Als je dan gelijk zegt:
Die opmerking 'wat is eigenlijk een feit' Parsifal, dat vindt ik zo een verontrustende opmerking. Besef je wel wat je zegt? Hoe ver je gaat om maar niet kritisch te hoeven kijken naar je eigen religie?
Als je zo zeker bent van je zaak, waarom ga je dit gesprek dan niet aan? Als je gelijk hebt hoef je niet bang te zijn om deze fundamentele discussie te voeren.
Alsof een almachtig God daar bezwaar tegen zou hebben, als zijn systeem helemaal uitgepluisd zou worden op haar waarachtigheid. Alsof het niet een pré zou zijn voor diegenen die dat doen. En alsof dat niet ver te verkiezen zou zijn boven het kritiekloze aannemen van alles wat beweerd wordt.
Deze zinnen impliceren een godsbeeld (hoe een almachtig God zou moeten zijn en wat Hij goed zou moeten vinden. Als God god is, dan moeten we dat geen menselijke invulling geven, zoals wij zouden zijn als we almachtig zouden zijn.)
Kortom wanneer je niet gelooft in het bestaan van God is het nog maar de vraag of je iets zinnigs over een eventuele God zou kunnen zeggen. (Je zou het in ieder geval niet moeten willen) Het impliceert namelijk een godsbeeld. Hoe kun je een godsbeeld hebben, maar niet in een god geloven? Dan komt daar vanzelf ook de vraag of het wel mogelijk is het bestaan van een god te ontkennen. Het ontkennen van een god impliceert immers een godsbeeld. Wanneer je God ontkent is het onmogelijk om over die god te spreken en dus om je ontkenning van die God uit te spreken.
The one thing you can give and still keep is your word.