Parsifal:
Ik denk inderdaad dat de achterliggende gedachte is dat kinderen van gelovige ouders die jong sterven inderdaad uitverkoren zijn. God heeft ook leven en dood in de hand. In die zin geloof ik inderdaad dat er geen jong gestorven niet-uitverkoren kinderen zijn van gelovige ouders.
Logisch gezien valt daar geen speld tussen te krijgen. Als alleen uitverkorenen zalig worden en jong gestorven kinderen (van gelovige ouders) zalig worden dan moeten ze wel uitverkoren zijn. Het is echter wel opmerkelijk dat de bijbel niet in die context van uitverkiezing spreekt.
Parsifal:
Dit heeft ook met het idee te maken dat het huis van de gelovige als geheel als gelovig wordt gezien. Degene die zich hier niet van afkeert is gelovig. Zo kan een zuigeling zelf als gelovige gezien worden. Ik besef wel dat dit wel afval van de heiligen kan impliceren, maar zie dat maar zoals Brakel in Zijn redelijke Godsdienst als hij over de doop spreekt. Als mensen hun eigen weg gaan en sterven blijken ze nooit uitverkoren geweest te zijn. (waarmee de cirkel weer rond is en ik jouw vraag weer kan beantwoorden? )
Juist, de cirkel is dan weer rond. De vraag dringt zich dan ook bij me op of je het begrip uitverkoren hier wel moet en kunt gebruiken. De grond voor de heiliging van kinderen (of hele 'huizen' wordt door de bijbel aangeduidt als het geloof van de vader/moeder (zou het geloof van de vrouw des huizes trouwens voldoende zijn voor het geloof van het hele huis?). De grond van die heiliging ligt niet in de uitverkiezing. Althans, de bijbel geeft dat niet aan. Ook als je achteraf gaat zeggen dat iemand dus blijkbaar niet uitverkoren was ligt dat niet in de lijn van de teksten die ter bewijs worden aangereikt. De tekst uit Korinthe geeft geen enkele aanleiding om te denken dat niet alle kinderen geheiligd zijn. Het gaat daar niet alleen over vroeg stervende kinderen. Als je geheiligd koppelt aan behoud en daarmee aan uitverkiezing ontkom je er m.i. niet aan om alle kinderen van gelovige ouders als 'uitverkoren' te beschouwen. Dit is dan echter wel een heel andere vorm van uitverkoren zijn dan dat wat de DL er normaal gesproken onder verstaan. Het is immers een vorm van uitverkiezing die ongedaan gemaakt kan worden. Is het dan nog wel terecht om in dit geval van uitverkiezing te spreken?
Maar de tekst uit Korinthe en ook de 'huisteksten' spreken je verklaring ook op een andere manier tegen. Volgens Paulus zijn niet alleen de kinderen geheiligd maar wordt ook een ongelovige man door het geloof van zijn vrouw geheiligd. Het gaat dan expliciet om een ongelovige man. Een man dus die zijn eigen weg gaat. Als die daardoor niet buiten de 'werking' van het geloof van hun vrouw terechtkomen waarom zou dat dan wel gelden voor kinderen die later hun eigen weg gaan? Ook vanuit de huisteksten loop je tegen dit probleem op. Als het geloof van het gezinshoofd het behoud voor het huis betekent dan impliceert dat het behoud van volwassenen die hun eigen weg gaan.
Al met al levert deze gedachtengang meer vragen op dan antwoorden. Vragen waar ik zelf trouwens ook niet zo een antwoord op heb. Ik kan aardig meekomen in de gedachte van 'behoud door geloof van de ouder' maar de consequenties daarvan zijn niet geheel eenvoudig. Je weet wat ze zeggen over gekken die vragen stellen...

Parsifal:
Misschien kun je het ook zien dat in de visie van de DL de niet-verkorene van een gelovig huis echt zelf stappen zal zetten uit dit huis.
Bedoel je daarmee dat ze op zichzelf gaan staan / wonen? Tja, ik weet niet of dat niet nog meer vragen oplevert...
Parsifal:
(Zelfs in dat geval zou ik nog willen verwijzen naar de eerder genoemde preek van Spurgeon, als gelovige ouders kun je je kinderen helemaal aan God overgeven.)
Maar helemaal aan God overgeven is iets anders dan kunnen zeggen dat je kind behouden is / zal worden, nietwaar?
Klaas