het maandblad Middernachtsroep - zelf lees ik het al decennia - verkondigt reeds 60 of 70 jaar dat het 5 voor twaalf is op de wereldklok.
Ach ja, denk ik dan, dr. Wim Malgo zal wellicht om 7 minuten voor twaalf met zijn zendingswerk zijn begonnen - hij was zijn tijd duidelijk herkenbaar vooruit ! - en dan is het nu misschien 2 min. voor twaalf of zo iets. (of een halve minuut?)
Voor mij helemaal in de geest van wat dit topic bedoelt, schreef evang. Ernst Kraft in het maartnummer een artikel wat ons oproept om ons op het hoogste geloofsniveau te beoefenen, als ik dat zo vertalen mag als het niveau van bruid. Het beslaat 3 blz., dus het wordt moeilijk om daar de korte bloemlezing van te geven welke de boodschap heel houdt, maar ik probeer er wat teksten uit te pikken:
' We zijn allemaal onderweg en de grote vraag is welk doel we tegemoet gaan. Rom.13:11-12 betuigt: "En dit temeer, omdat wij het beslissende tijdstip kennen, namelijk dat de tijd reeds is aangebroken dat wij uit de slaap ontwaken. (...) Laten wij dus de werken van de duisternis afleggen en de wapens van het licht aandoen". Het doel van de gelovigen is een onbeschrijfelijke heerlijkheid. (1Kor.2:9)
"Wij weten immers dat wanneer ons aardse huis, deze tent, afgebroken wordt, wij een gebouw van God hebben, een huis niet met handen gemaakt, eeuwig in de hemelen." (2Kor.5:1) U krijgt een heerlijk einde als Jezus Christus uw Heer en Heiland is.'
Dan brengt hij i.v.m. mensen 'die met een vals geloof onderweg zijn' de bekende tien meisjes met hun lampen uit Matth.25 ter sprake en concludeert dan: 'Ze hadden allemaal een lamp, wat laat zien dat ze aan de buitenkant gelijk en naar hetzelfde doel op weg waren. Degenen die olie bij zich hadden, kenden hier op aarde een innerlijk leven, d.w.z. gemeenschap met de Heere Jezus; daarom herkende Hij hen ook. Daarentegen hadden de anderen alleen de schijn mee; ze hadden geen innerlijke gemeenschap met de Heer en daarom herkende Hij hen ook niet. Tegen naamchristenen die geen innerlijke band met God hebben, zal Jezus Christus aan het einde zeggen: "Ik ken je niet".
"Ons burgerschap is echter in de hemelen, waaruit wij ook de Zaligmaker verwachten, de Heere Jezus Christus." (Fil.3:20)
"Daarom stellen wij er ook een eer in, hetzij inwonend, hetzij uitwonend, om Hem welbehaaglijk te zijn." (2Kor.5:9)
Paulus spreekt een diepe waarheid uit: "Ja beslist, ik beschouw ook alles als schade vanwege de voortreffelijkheid van de kennis van Christus ... vergetend wat achter mij is, jaag ik naar het doel." (Fil.3:8, 13-14) Paulus zei dat toen hij 27 jaar met zijn Heer onderweg was.
Veel gelovigen zijn onderweg zonder te merken dat uiteindelijk niet Jezus hun doel is, maar het eigen trotse 'ik' (ik ben, ik heb).
In concreto: ze laten zich door de dingen van deze wereld gek maken en beheersen. Je kunt het een beetje vergelijken met een atleet die tijdens een hardloopwedstrijd naast de baan gaat zitten om een paar mooie bloemen te bewonderen (vgl. 1Kor.9:25-26).
'Wij zijn echt de rijkste mensen die er op aarde rondlopen. "... hetzij tegenwoordige dingen, hetzij toekomstige dingen, alles is van u. U echter bent van Christus en Christus is van God" (1Kor.3:22-23). "En als wij kinderen zijn, zijn wij ook erfgenamen; erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus; wanneer wij althans met Hem lijden, opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden" (Rom8:17).
'Bij de Heer zijn, dat is ons beloofd, is de grootste troost in alle situaties van het leven. Wachten we op de Opname tot de Heer? En is zijn wederkomst een troost voor ons? Deze troostrijke hoop op de toekomstige heerlijkheid behoort ons leven te beïnvloeden. In 2Kor.5:2 staat dat we er krachtens deze hoop vurig naar verlangen om het nieuwe opstandingslichaam als een kledingstuk aan te trekken. "Maar wij hebben goede moed en wij hebben er meer behagen in om uit het lichaam uit te wonen en bij de Heer in te wonen" vs. 8. In Hebr.11:16 wordt dezelfde geest openbaar: "Maar nu verlangen zij naar een beter, dat is naar een hemels vaderland". Onze kennis van de hoop der heerlijkheid behoort ons het verlangen naar Hem te doen toenemen.'
'Hoe staat het met ons begeren en verlangen naar Goddelijke dingen? In Openb.3:17 lezen we over zelfgenoegzaam verzadigd zijn: "U zegt: ik ben rijk en steeds rijker geworden en heb aan niets gebrek, maar u weet niet dat u ellendig, beklagenswaardig, arm, blind en naakt bent".
Als kinderen voor het eten chocolade krijgen, kun je met het eten hun lievelingsgerecht op tafel zetten, maar je zult dan merken dat ze dat niet meer willen. 'Chocolade', dat zijn de lekkernijen van de wereld die het geestelijke verlangen van de gelovige kapotmaken.
'Paulus had een diep verlangen naar de Heer: "Ik jaag naar het doel". Dat vereiste wel volharding van hem. Hij beschouwde alles als schade omwille van de Heere Jezus, zelfs na tientallen jaren navolging, waarin hij heel wat klappen had opgelopen.
Zijn verlangen om het doel te bereiken en bij de Heere te zijn brandde niet op een spaarvlammetje, maar was een laaiend vuur.'Tot zover even broeder Kraft. M.i. is het niveau van Bruid in Gods Woord beduidend hoger dan dat van gewoon gelovig meelevend kerklidmaat.
M.i. behoort de bruidsgemeente bij de Heere Jezus in de hemel te wonen in het huis des Vaders en komt Hij hen spoedig ophalen naar Joh.14.
Paulus mag zien hoe dat tot stand zal komen en verklaart dat in 1Kor.15 en in 1Tess.4. Slechts daar kom ik in mijn Bijbel die wonderlijk overgang, die metamorfose tot een heel nieuw hemels opstandingslichaam tegen, aangepast aan een ruimtelijk 2200 km. hoog hemels Nieuw Jeruzalem, zoals behoren bij de nieuwe aarde welke ons in Gods Woord beloofd is.
Die opname verwacht ook ik kort voor de uitbraak van de grote verdrukking, naar Op.3:10. (een belofte voor alleen Filadelfia)
Als het straks herstelde Romeinse rijk een Euraziatisch soort kalifaat zal zijn, waar wij nu politiek aan het heensturen zijn, - en met aanstonds Turkije niet slechts in de NAVO doch ook (versneld) binnen de EU een boost zal krijgen - zal de antichrist o.i. daarvan de 'benodigde' wereldleider worden. (Op.13)
Naar het zich m.i. laat aanzien wordt het voor ons christenen voor die tijd reeds benauwd, zoals nu al in het M.O. geldt.
Christenen welke zich straks niet solidair zullen verklaren met die NWO en het bijbehorende teken niet zullen accepteren, zullen uitgeschakeld worden, waar onthoofding actueel bij is. Dat zullen er getuigende Openb.7 ontelbaren worden.
Die ontelbaren zullen naar ik vrees niet voorheen (voor de opname) allemaal ongelovigen zijn geweest, doch het niveau van Bruid gemist hebben.
Uit de in mijn denominatie verzwegen eerste verzen van Openb.20 leren we m.i. dan dat dezen uiteindelijk een aardse bestemming hebben.
Onze dominee stelde laatst dat de nieuwe aarde theologisch moet worden gezien als een vernieuwde aarde, wat ik gemakshalve over neem.
Uitgaande dat de aarde 510 miljoen km2 oppervlak heeft en het nieuwe Jeruzalem dat uit de hemel zal neerdalen ongeveer 5 miljoen km2 oppervlak, ligt het toch ook in de lijn der verwachting dat er veel meer mensen op de nieuwe aarde zullen verkeren dan in het hemelse Jeruzalem?
O, wat gunnen we hen dat toch niet!,
maar zouden de JG dan toch gelijk krijgen met hun visie dat de gewone christen een paradijselijke toekomst op de nieuwe aarde moet verwachten en dat de hemelse echt voor een selecte Bruidsgroep bestemd is?
Wie kan daar wat zinnigs toe bijdragen?