mealybug schreef:''Hij moet wassen en ik minder worden'' bij voorbeeld, waren toch woorden van Johannes de Doper om aan te geven dat de overgang naar het tijdperk van de Messias, het Koninkrijk der Hemelen er aan kwam?
Klopt, maar niet alleen daarvoor.
In die tijd was Joh. de Doper de gene die voor de Heere Jezus uitging.
Om de weg te bereiden voor Jezus.
Zo zijn ook de Apostelen als evangelie predikers uitgezonden door de Heere, voor de Heere uit om voor Hem de weg te bereiden.
Zo gaan er nog steeds mensen voor de Heere uit om de weg te bereiden, ook nu nog.
Ze hebben een belangrijke taak gekregen.
Maar ze staan in dienst van/voor de Heere.
Net als Joh. de Doper wijzend op het Lam Gods.
Predikers zijn met hun prediking een bepaalde periode belangrijk voor de mensen.
Zo een weet terug te stappen voor de Heere.
Zo een wil de Heere niet voor de voeten lopen.
Ze zoeken niet hun eigen eer(VergelijkJoh.10:8).
In hun aanwezigheid, sprekend over het Lam Gods wijzen ze de mensen niet op zichzelf, maar op de deur die tot het Leven leidt.
Hij moet wassen en ik minder worden wil dus zeggen dat hij een zekere tijd belangrijk was voor de mensen, met het oog op de Heere die uiteindelijk zijn plaats inneemt.
Opdat Christus gestalte in u krijgt.(Gal 4:19)
h.g.
Learsi