Nog niet geboren
Nog heel, heel klein en ongeboren,
voordat je er kon zijn,
hebben we jou verloren.
Voordat we je konden zien,
voor we wisten welke naam bij je past,
een meisje, een jongetje misschien,
pakte Hij je handje vast.
Maar wij mogen weten
iedere avond, iedere nieuwe morgen,
dat je Zijn kind mag heten.
En niemand, niemand beter,
voor jou zou kunne zorgen!"
Zo kostbaar
Uw ogen zagen zijn vormeloos bestaan
o Heer, waarom is het misgegaan?
In de moederschoot werd hij geweven
waar is nu Uw levensgeest gebleven?
U nam nog voor U had gegeven
een leventje dat niet eens mocht leven.
Toch al zo kostbaar in Uw ogen
dàt Heer wil ik alleen geloven.
Voor U is dit leven zoveel waard
U zal het voleinden,
ook al heb ik het nooit gebaard.
'k Mag van dit kindje blijven houden
help me Heer, U te vertrouwen.
De hoop stierf na het blij verwachten:
geen kloppend hartje van mijn kind;
geen toekomstplannen in gedachten;
geen navelstreng die ons verbindt.
En tóch nog steeds weer dagen tellen,
totdat de vrucht zou zijn volgroeid...
En zachtjes steeds je naam weer spellen,
alsof je niet bent weggevloeid...
Heer, wilt U deze leegte vullen.
Laat blijken Uw aanwezigheid.
Wil ons met liefde en zorg omhullen.
Wees dicht bij ons in deze strijd.
Tekst: Jelly Verwaal
Uit: Heilzaam Licht