Nu ik toch in de stemming ben, dan maar een hele ris.

Rhabdotis sobrina's op Acacia laeta. Een keversoort die ik misschien bij mijn Nigerse larfjes heb zitten en dus misschien zelf ga kweken.

Toen ik bij een meertje nabij Zinder naar insecten ging zoeken zag ik verschillende exemplaren van een bepaalde heel kleurrijke sprinkhaan. Het lukte me echter niet om hem te vangen. Als blanke heb je toch al aantrekkingskracht en als je dan ook nog eens wild heen en weer rent ben je al helemaal interessant. Dat vonden deze jongens ook en ze besloten me te helpen. Binnen mum van tijd hadden ze 40 exemplaren van die sprinkhaan verzameld. Op zich was één genoeg geweest maar desondanks was ik er erg dankbaar voor. Als tegenprestatie heb ik deze foto gemaakt zodat ze zichzelf op een beeldschermpje (van mijn camera) konden zien. Iets wat daar erg ongebruikelijk is. Ze vonden het dan ook erg grappig.

Een paartje Cephalota litorea's uit de loopkeverfamilie denk ik. Als iemand een beter idee heeft hoor ik het graag.

Een rups van een onbekende vlinder of mot.

Een vrouwtje van de Lagonosticta senegala. Bij de mensen waar wij verbleven hadden ze honden waarvan de voerbak buiten stond. Omdat hondenvoer daar niet te krijgen is (is echt een typisch welvaartsproduct) krijgen de honden eieren, vlees en rijst. Het beetje rijst wat over blijft is een echte vogelmagneet.

Aangezien de weg door hevige regenval weg was gespoeld moesten we een stuk off-road rijden om bij de voet van de berg te komen, gelukkig heeft een Toyota land cruiser daar geen problemen mee. De berg heet in de volkstaal Doutchi Zazawa en is waarschijnlijk een vulkaan in rust. (Hoewel geen krater is het wel een duidelijke puntvorm en aan de aardlagen te zien is er lava uitgestroomd) Het is niet te zien, maar op de punt van de foto zijn we al een aardig eind op weg naar de top en is de afstand tussen ons en de auto vrij groot.