Optimatus schreef:We hadden vanmiddag een gesprek over het al dan niet trouwen.
In Genesis lezen wij:
18 Ook had de HEERE God gesproken: Het is niet goed, dat de mens alleen zij; Ik zal hem een hulpe maken, die als tegen hem over zij.
(Gen. 2: 18)
In de tweede brief van Paulus aan de Korinthiërs lezen wij:
7 Want ik wilde, dat alle mensen waren, gelijk als ikzelf ben; maar een iegelijk heeft zijn eigen gave van God, de een wel aldus, maar de andere alzo.
8 Doch ik zeg den ongetrouwden, en den weduwen: Het is hun goed, indien zij blijven, gelijk als ik.
(1 Kor. 7: 7 en

Is dit een (schijnbare) tegenstrijdigheid? Wat wordt hier nu bedoeld?
Dat Paulus dit schrijft,geeft aan dat de tekst uit Genesis, hoewel een algemene, geen absolute regel is. Was dit wel zo geweest, dan had ook hij een vrouw gehad. Dan kun je nog denken, dat het de interpretatie van Paulus is, en dat het de vraag is of wij het ook zo moeten interpreteren.
Daarom is het goed om er Mat.19:12 bij te betrekken, waar Jezus een opmerking maakt over ¨gesnedenen¨. De kanttekeningen bij de tekst duiden dit als volgt:....uit moeders lijf,dat is¨die van nature onbekwaam zijn voor het huwelijk¨; die van de mensen, dat is¨die van mensen daartoe onbekwaam gemaakt zijn¨;die zichzelf, dat is¨die de gave(!) van de onthouding hebbende vrijwilliglijk ongetrouwd blijven, om God met minder bekommernis te dienen en om het Koninkrijk der hemelenzowel in zichzelf als in anderen te bevorderen¨.
Ook Paulus heeft het in 1Kor.7:7 over ¨ een ieder heeft zijn eigen gave(!) van
God¨. Wie die gave niet heeft(en brandt..dat is: verlangt naar sexuele omgang met een vrouw,1Kor.7:9) is het beter te trouwen dan te branden.
Daarnaast maakt hij in1Kor.7:32-34 duidelijk,dat de getrouwde zich bekommert hoe hij/zij de ander zal behagen en dat de ongetrouwde(die dit als gave van God ontvangen heeft) zich bekommert hoe hij de Heere zal behagen. Dat lijkt veel op de opmerking van Jezus die het heeft over ¨gesnedenen om wille van het Koninkrijk¨.
Belangrijk is dan hoe het woordje ¨gave¨ uit 1Kor.7:7 te verstaan.
Het maakt ons duidelijk,dat het hier niet gaat om een inspanning die voort komt uit de natuur van de mens,om zijn verlangen naar sexuele omgang met een vrouw, in eigen kracht er onder te houden.
In Mat.19:12 bedoelt Jezus met ¨die zichzelf gesneden hebben¨ ook niet dat dat iets is wat een mens in eigen kracht zou kunnen, maar dat die gave ontvangen kan worden, zo iemand zich naar die gave uitstrekt. Daarbij blijft het mogelijk,dat een mens zich naar die gave uit kan strekken, zonder die gave daadwerkelijk te ontvangen. Dan blijft die mens ¨branden¨ en zal hij trouwen!