P. Strootman schreef:Heb ik mij vergist, of niet? Ik ben alles nog eens nagelopen over de vervangingstheologie in dit topic, maar heb ik nergens iets gelezen over de woorden van Paulus, dat niet alles Israel is, wat Israel genoemd wordt? 'Israel' valt dus niet per definitie samen met het Joodse volk ials zodanig. 'Israel' vormde de uitdrukking van de zich heiligende gelovigen in het Joodse volk. Alleen zij waren echte Israelieten! Nu worden uitdrukkingen zoals 'het joodse volk' en 'Israel' doorelkaar gebruikt, alsof het hetzelfde is. Het zou bijvoorbeeld best eens kunnen zijn, dat Paulus het in Galaten 6.16 niet over het Joodse volk heeft, als hij schrijft:
'En allen, die zich naar die regel richten - vrede en barmhartigheid kome over hen en ook over het Israel Gods' Dat een georganiseerde kerk uit de heidenen het nieuwe Israel genoemd kan worden, is in de bijbel geen sprake. In Galaten 6.16 gaat het mogelijk over individuele gelovigen, die 'Israel' genoemd mogen worden? Ik zet er nog een vraagteken achter!
Voor iemand die zo nauwkeurig leest en (in een andere discussie) een hele theorie opbouwt rond alleen al de volgorde van twee woorden, mag ik een juist citeren verwachten. Vandaar onderstaande correctie:
Het citaat van Paulus is: Want die zijn niet allen Israel, die uit Israel zijn. (Rom. 9:6b)
Het betoog van Paulus m.b.t. Israel (Rom. 9-11) moet in z'n gehele verband gelezen worden (zoals met alles in de bijbel).
In Rom. 11:16-17 wordt dan duidelijk wat er bedoeld wordt met diegenen die niet Israel zijn: Die enige afgebroken takken.
Echter, de goede olijfboom (Israel) als zodanig blijft bestaan. Want hoe kunnen heidenen anders ingeent worden in een niet meer bestaande goede olijfboom? Het zijn dan ook maar enige takken die afgebroken worden.
17 En zo enige der takken afgebroken zijn, en gij, een wilde olijfboom zijnde, in derzelver plaats zijt ingeent, en des wortels en der vettigheid des olijfbooms mede deelachtig zijt geworden.
Evenzo wordt met Israel Gods, bedoeld: De goede olijfboom (Israel) inclusief de wilde takken (de gelovigen uit de heidenen) die geent zijn op Israel, de goede olijfboom.
Maar let ook vooral op de waarschuwing die Paulus geeft in vs 18:
Zo roem niet tegen de takken; en indien gij daartegen roemt, gij draagt den wortel niet, maar de wortel u.
Waarvan acte