Geachte elbert en Raido
(Apologie voor de zwak Nederlands - eerder een middel weg tussen Afrikaans en Nederlands.)
Kunnen ik noch een mogelijkheid voorstellen. Ik denken dat de goden wel in het psalm "goden" zijn. De psalm zijn een polemische gedicht waarin de dichter (Asaf) God in de middel van de Kanaänitischer goden pantheon laat plaatst nemen. (De "samenkomst van 'El" is een technische term die betekend zijn in de Ugaritiese taal - een mogelijke voorouder van Hebreeuws.) De dichter gebruikt een bekende idee uit de leefwereld van de mensen rondom hom, namelijk goden die over zekere landen regeren. De Hebreeuwse woord «’elohīm» betekent beide "God" en "gode." De woord word in beide betekenissen in de psalm gebruikt.
God word vergelijk met de goden. Wijl de aanvankelijke situatie een idee voortbrengen dat er vele goden ben en dat God een van hen is, word God op de daad onderscheid van de ander goden. Hij act als de hoofdgod en waarschuw vooreerst de ander goden om niet ongerechtigheden te laat geschied. Hullen reactie zijn echter een van onkunde. De psalmdichter geven de volgende commentaar:
Hulle het nie begryp (geweet) nie en hulle verstaan nie.
In donkerte wiebel hulle rond;
al die fondamente van [die] aarde wankel.
Wegens de goden se ongehoorzaamheid en zijn onbegrip plaatst hen de kosmos in gevaar. Zijn eigen onkunde maak dat hen kunnen niet regeren over de kosmos.
God grijpt in en veroordeel hen:
‘Ek het gesê: «’elohīm» (gode) is julle;
en seuns van «‘elyōn» (die Hoogste) is elkeen van julle.
Nogtans, soos ’n mens sal julle sterf;
en soos een van die heersers sal julle val.’’
"Zonen voor de Allerhoogste" ben een technische term voor goden ook in die Ugarities. God verminder de goden tot diezelfde als de mensen. De dood word geïntroduceerd aan hen - een heel menselijke eigenschap.
Zo als de kosmos niet meer goden hebben om over de landen te regeren dreig de kosmos steeds om tot niet te gaan. Dus roept de dichter God op met de woorden:
Staan tog op «’elohīm» (God), regeer «špt» die aarde;
want U sal besit neem oor al die volke.
Deur God binnen een scenario van de veelgodendom te plaatst, de dichter wijzen hoe Hij alleen werkelijk God is. Niemand anders kan een god wees.
Groet
Elimelek