Het is een gegeven dat in rechtsreformatorische kerkverbanden nu eenmaal sterk aan tradities gehecht wordt. Dat is op zich ook helemaal niet erg. Tradities bieden immers een bepaalde houvast, een veilige context.
En dat kan ook averechts werken. Men kan zijn houvast bijde tradities gaan zoeken in plaats van waar het echt hoort. Men zou de Geest kunnen tegenwerken door feitelijk gewoon te zeggen: Nee, dat doen we niet want dat past niet in onze tradities. Als een volkomen Bijbels nummer als Ere Zij God niet gezongen kan worden bij een kerkdienst omdat het te vrolijk is en niet in de traditie zou passen vind ik dat een slechte zaak. Tradities zijn niet verkeerd, maar we moeten ons wel afvragen wat God er van zou vinden. Zou Hij zeggen: Nou, zing het Ere Zij God maar niet want het is te vrolijk en jullie zingen die standaard toch niet? Of zou Hij er blij mee zijn als het wel werd gezongen?
Ik zou het pas zorgwekkend vinden wanneer bepaalde tradities onderdeel gaan vormen van 'de leer' en als het ware verworden tot verplichte elementen, waaraan de godzaligheid van personen valt af te lezen. En voorzover ik dat binnen mijn eigen kerkverband (Gergem) kan waarnemen, is dat niet het geval.
Is er vaak niet van iets dergelijks sprake, maar dan omgedraaid, dat het niet doen van bepaalde dingen wel een onderdeel van "de leer" wordt? Kijk eens naar om welke reden het niet gezongen wordt. Te vrolijk? Dat heeft volgens mij ook met de leer te maken, de traditie van soberheid en ingetogenheid is zo ongeveer de leer geworden, of is in ieder geval nauw verweven daarmee. (soberheid en ingetogenheid en vooral niet teveel vrolijkheid vwordt door velen toch wel als kenmerk van die godzaligheid gezien. Verder vraag ik me af of je helemaal gelijk hebt. Als mensen het duivels en werelds vinden om andere instrumenten dan het orgel te gebruiken en gaan klagen dat dat echt niet tot Gods eer kan zijn, om maar eens een voorbeeld te noemen, wordt dan ook niet iemands geloof getoetst aan de hand van traditionele regels? Of het verhaal dat ik eens hoorde over een oma, die tegen haar kleindochter zei dat ze nooit in de hemel kon komen omdat ze wel eens broeken droeg. Het zijn allemaal tradities die, juist omdat ze zo centraal staan, zorgen voor veroordeling. Stonden de tradities niet zo cenraal, dan was het niet zo'n probleem geweest omdat hen die daar niet in meegaan tenminste in hun waarde gelaten zouden worden.