Loëlla schreef:elbert schreef:In de theologie wordt onderscheid gemaakt tussen een functionele (economische) triniteit en een ontologische triniteit.
De functionele triniteit komt erop neer dat je uit het werk van Vader, Zoon en Heilige Geest kunt zien dat God Een is in Zijn verlossingswerk.
De ontologische trinitariteit richt zich meer op het Wezen van Vader, Zoon en Heilige Geest en vloeit dogmatisch gezien voort uit de heilseconomische triniteit.
Dus de functionele triniteit is te herkennen aan zijn werk; eh... de kerkdiensten en welke invloed dat heeft op je leven?
Nee, zo bedoel ik dat niet, al is het er wel een gevolg van. We moeten kijken naar wat de Bijbel zegt als we het hebben over de functionele triniteit. Hoe spreekt de Bijbel over het verlossingswerk, de heilseconomie? Dat heb ik in m'n vorige post weer willen geven met 3 gedeelten uit de Bijbel, waarin Vader, Zoon en Geest samenwerken om de mens te redden en een volk in Zijn Naam te vergaderen. Aangezien God het is Die ons redt, is dat een werk van zowel Vader, als Zoon, als Heilige Geest. Daarom worden we ook in de Naam van die God gedoopt (Matth. 28:19). We worden niet gedoopt in de naam van God, van een mens en van een kracht.
Loëlla schreef:En de ontologische triniteit is te herkennen aan bepaalde bijbelse kenmerken en teksten. Is dat goed samengevat?

Samengevat: de functionele triniteit gaat over wat God doet.
De ontologische triniteit gaat over Wie God is, het Wezen van God.
Loëlla schreef:Nu had ik nog enkele bijbelteksten waaruit ik concludeer dat de Heilige Geest geen persoon is. Hoe interpreteer jij de volgende teksten?
* Handelingen 6:3, 5; 7:55; 8:15, 17, 19; 9:17; 11:24; 13:9, 52; 19:2;
* Romeinen 9:1; 14:17; 15:13, 16, 19;
* 1Korinthiërs 12:3;
* Hebreëen 2:4; 6:4;
* 2 Petrus 1:21;
* Judas 20
Laten we ze eens langslopen.

- Hand. 6:3, 5; 7:55; 9:17; 11:24; 13:9, 52; gaan over het vol zijn van of vervuld worden met de Heilige Geest.
Het gaat hier in beeldspraak over het feit dat de Geest in ons gaat wonen, net zoals een persoon zijn huis betrekt. Zo spreekt Paulus er ook over: ons lichaam is een tempel van de Heilige Geest (1 Kor. 3:16, 1 Kor. 6:19, 2 Kor. 6:16: God woont in ons). Het vervullen met de Heilige Geest is een uitdrukking die doet denken aan het vervullen van de tempel door God in het Oude Testament (1 Kon. 8:10 e.v.). Zo zeker als God vroeger in de tempel in Jeruzalem woonde, zo zeker woont Hij in de gelovige.
- Hand. 8:15, 17, 19; 19:2; gaat over het ontvangen van de Heilige Geest.
Dit zijn teksten die geen uitsluitsel geven over het Persoon zijn van de Heilige Geest, want ontvangen wordt in de Bijbel in verband gebracht zowel met personen als met niet-personen. In het geval dat personen bedoel worden, zijn dit de voorbeelden: Matth. 10:41, Joh. 1:12 (zelfde woord lambano, het wordt hier betrokken op Jezus), Joh. 6:21 (idem), Joh. 13:20 enz.
- Rom. 9:1 gaat over het geweten van Paulus dat mede getuigenis geeft door de Heilige Geest.
Getuigen is een zaak van een persoon, toch?

- Rom. 14:17;
Want het Koninkrijk Gods is niet spijs en drank, maar rechtvaardigheid, en vrede, en blijdschap, door den Heiligen Geest.Het gaat hier om bewerken van rechtvaardigheid en vrede en blijdschap enz. door de Heilige Geest. Dat lijkt me iets wat ook een persoon kan doen: Iemand maakt je blij.
- Rom. 15:13
De God nu der hoop vervulle ulieden met alle blijdschap en vrede in het geloven, opdat gij overvloedig moogt zijn in de hoop, door de kracht des Heiligen Geestes.- Rom. 15:19
Door kracht van tekenen en wonderheden, en door de kracht van den Geest Gods, zodat ik, van Jeruzalem af, en rondom, tot Illyrikum toe, het Evangelie van Christus vervuld heb.Het gaat hier om het werk van de kracht van de Geest (N.B. dus kunnen we concluderen dat de Geest meer is dan een kracht). De Geest is de Bron die kracht heeft en kracht geeft, maar dat maakt de Geest meer dan alleen kracht.
- Rom. 15:16
Opdat ik een dienaar van Jezus Christus zij onder de heidenen, het Evangelie van God bedienende, opdat de offerande der heidenen aangenaam worde, geheiligd door den Heiligen Geest.Hier heeft Paulus het over het heiligen van de offerande van de heidenen. Heiligen (van gelovigen) is dus het werk van de Geest. Leg dit eens naast 1 Tess. 5:23:
En de God des vredes Zelf heilige u geheel en al; en uw geheel oprechte geest, en ziel, en lichaam worde onberispelijk bewaard in de toekomst van onzen Heere Jezus Christus.- 1 Kor. 12:3
Daarom maak ik u bekend, dat niemand, die door den Geest Gods spreekt, Jezus een vervloeking noemt; en niemand kan zeggen, Jezus den Heere te zijn, dan door den Heiligen Geest.Het is hier de Geest Die bewerkt dat we Jezus de Heere noemen. Aangezien het hier een doelbewust spreken is, kunnen we niet zeggen dat de Geest enkel een kracht is, want een kracht heeft geen eigen doel. Dat de Geest Zelf een doel aanwijst, bewijst vers 11 van dit hoofdstuk:
Doch deze dingen alle werkt een en dezelfde Geest, delende aan een iegelijk in het bijzonder, gelijkerwijs Hij wil.- Hebr. 2:4
God bovendien medegetuigende door tekenen, en wonderen, en menigerlei krachten en bedelingen des Heiligen Geestes, naar Zijn wil.zie 1 Kor. 12:11
- Hebr. 6:4
Want het is onmogelijk, degenen, die eens verlicht geweest zijn, en de hemelse gave gesmaakt hebben, en des Heiligen Geestes deelachtig geworden zijn,Hier wordt hetzelfde woord (deelachtig, metochos) gebruikt als in Hebr. 3:14, waar het over Christus gaat. Als uit dit vers dus moet blijken dat de Heilige Geest geen Persoon zou zijn, dan is Christus het dus ook niet.
- 2 Petr. 1:21
Want de profetie is voortijds niet voortgebracht door de wil eens mensen, maar de heilige mensen Gods, van den Heiligen Geest gedreven zijnde, hebben ze gesproken.Petrus maakt hier een tegenstelling tussen de wil van de mensen en de wil van God: het is niet door mensen dat de profetie wordt voorgebracht, maar de heilige mensen van God, door de Heilige Geest gedreven, hebben ze gesproken. Ook hier weer doel en wil van de Geest, geen richtingsloze kracht.
- Judas 20
Maar geliefden, bouwt gij uzelven op uw allerheiligst geloof, biddende in den Heiligen Geest;Je kunt hier ook vertalen met door de Heilige Geest. De kanttekeningen bij de SV verwijzen hier naar Rom. 8:26:
En desgelijks komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen, gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen.
Loëlla schreef:God zelf is een Geest en heilig. Al zijn getrouwe engelen zijn geesten en heilig. Ik vind het logisch dat als de "heilige geest", als die een persoon zou zijn, in de Schrift op de een of andere wijze als zodanig zou zijn aangeduid om hem van al die andere 'heilige geesten' te onderscheiden. Het zou te verwachten zijn dat op zijn minst in alle gevallen waar hij niet "Gods heilige geest" wordt genoemd of niet door een soortgelijke uitdrukking duidelijk wordt aangeduid, het bepalend lidwoord zou staan. Daardoor zou de geest ten minste als DE Heilige Geest worden onderscheiden. Maar uit de aangehaalde teksten blijkt het tegendeel. Ook komt in een groot aantal gevallen de uitdrukking "heilige geest" in de Griekse tekst zonder het lidwoord voor, wat erop duidt dat het niet om een persoon gaat.
In Joh 14:16 wordt de Heilige Geest genoemd: HO PARAKLETOS, de Parakleet. In het Grieks-Nederlands woordenboek van Het Spectrum (1958-1997) lezen we onder Parakletos het volgende: m [mannelijk] advokaat, verdediger, trooster (helper, voorspreker?). Parakletos is een mannelijk woord. De vrouwelijke vorm is parakletria.
In Jh 14:26 staat: Maar de Trooster, de Heilige Geest, of in het Grieks: ho de paraklètos to pneuma to agion. Het zogenaamd onzijdige Pneuma en het mannelijke Parakletos staan naast elkaar. Dat betekent dat ze allebei mannelijk zijn en niet onzijdig, want als in Johannes 16 de Parakleet wordt genoemd, dan worden zijn activiteiten als onmiskenbaar PERSOONLIJKE handelingen weergegeven:
Jh 16:7-11 Doch Ik zeg u de waarheid: Het is u nut, dat Ik wegga; want indien Ik niet wegga, zo zal de Trooster tot u niet komen; maar indien Ik heenga, zo zal Ik Hem tot u zenden. 8 En Die gekomen zijnde, zal de wereld overtuigen van zonde, en van gerechtigheid, en van oordeel: 9 Van zonde, omdat zij in Mij niet geloven; 10 En van gerechtigheid, omdat Ik tot Mijn Vader heenga, en gij zult Mij niet meer zien; 11 En van oordeel, omdat de overste dezer wereld geoordeeld is. 12 Nog vele dingen heb Ik u te zeggen, doch gij kunt die nu niet dragen. 13 Maar wanneer Die zal gekomen zijn, [namelijk] de Geest der waarheid, Hij zal u in al de waarheid leiden; want Hij zal van Zichzelf niet spreken, maar zo wat Hij zal gehoord hebben, zal Hij spreken, en de toekomende dingen zal Hij u verkondigen. 14 Die zal Mij verheerlijken; want Hij zal het uit het Mijne nemen, en zal het u verkondigen. 15 Al wat de Vader heeft, is Mijne; daarom heb Ik gezegd, dat Hij het uit het Mijne zal nemen, en u verkondigen.
- overtuigen
- leiden
- spreken
- horen
- verkondigen
- verheerlijken
- uitnemen
Het zou een onderschatting zijn van de Heilige Geest om hierin een ONpersoonlijke werkzame kracht te willen zien.
Dan heb ik nog de volgende teksten die verder aangeven dat de Geest wel degelijk persoonlijke eigenschappen heeft:
1Ko 2:10, 11 want de Geest onderzoekt alle dingen, ook de diepten Gods. Want wie van de mensen weet, wat van de mens is, dan de geest des mensen, die in hem is? Alzo weet ook niemand, wat van God is, dan de Geest Gods.
Hd 15:28 Want het heeft de Heilige Geest en ons goed gedacht, u geen meerdere last op te leggen dan deze noodzakelijke dingen.
Op 2:7 Die oren heeft, die hore wat de Geest tot de gemeenten zegt.
Jh 3:6 Wat uit het vlees geboren is, [dat] is vlees; en wat uit de Geest geboren is, [dat] is geest.
Jh 14:26 Maar de Trooster, de Heilige Geest, Die de Vader zenden zal in Mijn Naam, Die zal u alles leren, en zal u indachtig maken alles, wat Ik u gezegd heb.
Hd 8:29 En de Geest zeide tot Filippus: Ga toe, en voeg u bij deze wagen.
Hd 10:19 En toen Petrus over dat gezicht dacht, zeide de Geest tot hem: Zie, drie mannen zoeken u.
Hd 13:2 En toen zij de Heere dienden, en vastten, zeide de Heilige Geest: Zondert Mij af beiden Bárnabas en Saulus tot het werk, waartoe Ik hen geroepen heb.
Hd 16:6, 7 En toen zij Frygië, en het land van Galatië doorgereisd hadden, werden zij door de Heilige Geest verhinderd het Woord in Azië te spreken. [En] aan Mysië gekomen zijnde, poogden zij naar Bithynië te reizen; en de Geest liet het hun niet toe.
Rm 8:26, 27 En evenzo komt ook de Geest onze zwakheden mede te hulp; want wij weten niet, wat wij bidden zullen, gelijk het behoort, maar de Geest Zelf bidt voor ons met onuitsprekelijke zuchtingen. En Die de harten doorzoekt, weet, welke de mening van de Geest is, omdat Hij naar God voor de heiligen bidt.
Hd 13:2 Terwijl zij nu de Heer dienden en vastten, zei de Heilige Geest: Zondert Mij nu Barnabas en Saulus af voor het werk waartoe Ik hen heb geroepen.
Hd 1:16 deze Schrift moest vervuld worden, welke de Heilige Geest door de mond van David voorzegd heeft.
Lk 12:11,12 weest niet bezorgd, hoe of wat gij tot verantwoording zeggen, of wat gij spreken zult; Want de Heilige Geest zal u in die ure leren, wat [gij] spreken moet
1Ko 6:11 En dit waart gij sommigen; maar gij zijt afgewassen, maar gij zijt geheiligd, maar gij zijt gerechtvaardigd, in de Naam van de Heere Jezus, en door de Geest van onze God.
Job 33:4 De Geest Gods heeft mij gemaakt, en de adem van de Almachtige heeft mij levend gemaakt.
Laat de woorden van mijn mond en de overdenking van mijn hart welgevallig zijn voor Uw aangezicht, HEERE, mijn rots en mijn Verlosser! (Ps. 19:15)