Marnix schreef:Een toelichting zou handig zijn geweest.... houdt het in dat je eerst over Adam moet weten om je zonde in te zien, voordat je kunt inzien dat je Jezus als Verlosser nodig hebt?
Op zich mee eens... maar wat als je je zonde hebt ingezien en beseft dat je Verlossing nodig hebt en daarvoor naar Jezus toe bent gegaan? Moet je dan vooral dagelijks op de zonde blijven hameren en daar bedroefd over zijn? Of moet je dan in de eerste plaats blij zijn vanwege je redding?
Hameren we vaak niet teveel op de zonde (Adam) terwijl we de oplossing, de verlossing door Christus hebben geleerd?
We moeten ingeleefd worden in de breuk die er door Adam gekomen is, en uiteindelijk door ons, in ons verbondshoofd Adam (werkverbond).
Als we niet weten dat we in het paradijs van God afgevallen zijn is er ook geen behoefte om tot God weder te keren. Als God dat verlangen in je hart gaat leggen ga je ook de diepte van de breuk zien. Dan wordt je steeds meer er aan ontdekt wat een hoogmoed je hebt, en hoe verdorven ons bestaan is. Zoveel zonden. Paulus zegt in Romeinen 7 vers 19: 'Want het goede dat ik wil, doe ik niet, maar het kwade, dat ik niet wil, dat doe ik.' Zo gaat een mens dat ervaren. Dat er niets reins uit hem voort kan komen. 'Wie zal een reine geven uit een onreine?'
Alle eigen wegen om zalig proberen te worden moeten afgesneden worden. Alle deuren naar de zaligheid moeten door God gesloten worden, zodat die ene Deur in het dal van Achor geopend zal worden. Die Deur der Hoop waar Hosea van spreekt.
Pas als er niets meer van de mens over is, is er plaats voor Christus. Iemand die zijn handen al vol heeft kan immers niets aanpakken?