In deze twee stukjes stel je eigenlijk dezelfde vragen. "Gods werk is toch onwederstandelijk?".
Dat realiseerde ik me ook toen ik het geschreven had. Het ontbrak me aan helaas aan de energie om beide te integreren. Gelukkig doe jij dat nu

Er is dus tweeerlei werk van God: werk dat zalig maakt en onwederstandelijk is en werk dat wel verricht wordt maar niet tot redding leidt. (…)Dus zijn er twee soorten kinderen van het verbond: kinderen in wie God onwederstandelijk werkt en kinderen waar dit niet zo is.
We kunnen natuurlijk een hele boom opzetten of het onderscheid dat je nu maakt idd bijbels is maar die kant wil ik eigenlijk niet op. Ik wil graag dicht bij de doop blijven. Het mooie van de kinderdoop vind ik dat het zekerheid geeft, niet voor niets wordt er gesproken over een ‘zegel’. Je mag geloven dat Gods beloften ‘ja en amen’ zijn. Aan Hem zal het niet liggen. Op het moment dat je onderscheid maakt zoals jij doet dan veeg je die zekerheid in 1 keer van tafel. Nou ja, bijna dan. Je mag er zeker van zijn dat God in ieder zijn niet-zaligmakend werk zal doen. Blijkbaar kan het nog wel aan Hem liggen….
Dus als ouders enkel hun kinderen laten dopen uit gewoonte of bijgelovigheid (waar het doopformulier trouwens tegen waarschuwt), dan zijn zij het die het verbond uithollen,
Daar kun je je vraagtekens bij zetten. Volgens mij is een kerk die dit laat gebeuren net zo goed verantwoordelijk voor de uitholling ervan.
Naar mijn mening zou er eerst een diepgaand (en bevredigend) gesprek moeten zijn tussen de ambtsdragers in de kerk en deze ouders voordat er toestemming gegeven kan worden voor de doop van hun kind.
Je neemt nu wel een soort uiterste als uitgangspunt: mensen die alleen op papier lid zijn maar niet in de kerk komen. Dat hier een probleem ligt is duidelijk en ik denk ook wel dat dat veelal zo ervaren wordt. Veel subtieler is echter de situatie waarin het gaat om leden die zondags 2x in de kerk komen en braaf meedraaien in het gemeenteleven, zonder dat ze kunnen getuigen van een levend geloof. Hoe ‘rechtser’ de kerk hoe groter de problemen. Ik heb echter niet de indruk dat deze groep iets in de weg gelegd wordt op het moment dat ze hun kinderen willen laten dopen. Laten we maar eerlijk zijn: het verband tussen een levend geloof en de doop is veelal ver te zoeken.
Duidelijk is dan wel dat ze (als ze ongelovig zijn) slechts uitwendig in het verbond begrepen zijn.
En wat betekent dat dan? Gelden voor hun kinderen dan nog weer andere beloften? Geen beloften?
Dat "in plaats van" staat er inderdaad niet letterlijk, maar je kunt het wel zien als tekenen van het oude en nieuwe verbond die hetzelfde betekenen.
Analogie is an sich geen voldoende aanleiding om te kunnen spreken van vervanging,
Bijscholing is wel handig in zo'n geval. Er zijn ambtsdragerscursussen en ook voor gewone gemeenteleden is er bijv. doopcatechese.
Alles is mogelijk. Ik geef alleen aan dat ik moeite heb met de praktijk zoals ik deze tegenkom (ik heb overigens net zo goed moeite met de praktijk van de volwassendoop, laat dat duidelijk zijn).
Dat is een legitieme vraag, maar volgens mij is het antwoord dat Maja de Bij geeft ook legitiem.
Ik zei toch ook niet dat het geen legitiem antwoord is?

Ik wilde alleen aangeven dat we een symbool door het zelf van een betekenis te voorzien ook voor ons karretje kunnen spannen. Volgens mij wordt de betekenis bepaald door wat God geeft en niet door wat onze behoefte is.
Klaas