Berichtdoor jacobH » 03 jan 2004 12:13
Beste Joris,
Hemam schreef psalm 88
1 ¶ Een lied, een psalm voor de kinderen van Korach, voor den opperzangmeester, op Machalath Leannoth; een onderwijzing van Heman, den Ezrahiet. (88-2) O HEERE, God mijns heils! bij dag, bij nacht roep ik voor U.
2 (88-3) Laat mijn gebed voor Uw aanschijn komen; neig Uw oor tot mijn geschrei.
3 (88-4) Want mijn ziel is der tegenheden zat, en mijn leven raakt tot aan het graf.
4 (88-5) Ik ben gerekend met degenen, die in de kuil nederdalen; ik ben geworden als een man, die krachteloos is;
5 (88-6) Afgezonderd onder de doden, gelijk de verslagenen, die in het graf liggen, die Gij niet meer gedenkt, en zij zijn afgesneden van Uw hand.
6 (88-7) Gij hebt mij in den ondersten kuil gelegd, in duisternissen, in diepten.
7 (88-8) Uw grimmigheid ligt op mij; Gij hebt mij nedergedrukt met al Uw baren. Sela.
8 (88-9) Mijn bekenden hebt Gij verre van mij gedaan, Gij hebt mij hun tot een groten gruwel gesteld; ik ben besloten, en kan niet uitkomen.
9 (88-10) Mijn oog treurt vanwege verdrukking; HEERE! ik roep tot U den gansen dag; ik strek mijn handen uit tot U.
10 ¶ (88-11) Zult Gij wonder doen aan de doden? Of zullen de overledenen opstaan, zullen zij U loven? Sela.
11 (88-12) Zal Uw goedertierenheid in het graf verteld worden, Uw getrouwheid in het verderf?
12 (88-13) Zullen Uw wonderen bekend worden in de duisternis, en Uw gerechtigheid in het land der vergetelheid?
13 (88-14) Maar ik, HEERE! roep tot U, en mijn gebed komt U voor in den morgenstond.
14 (88-15) HEERE! waarom verstoot Gij mijn ziel, en verbergt Uw aanschijn voor mij?
15 (88-16) Van der jeugd aan ben ik bedrukt en doodbrakende; ik draag Uw vervaarnissen, ik ben twijfelmoedig.
16 (88-17) Uw hittige toornigheden gaan over mij; Uw verschrikkingen doen mij vergaan.
17 (88-18) Den gansen dag omringen zij mij als water; te zamen omgeven zij mij.
18 (88-19) Gij hebt vriend en metgezel verre van mij gedaan; mijn bekenden zijn in duisternis.
Wat vind je hier van?
Met vr gr
JacobH