Vrouwen tot het ambt toegelaten in Geref. Bondsgemeente

[learsi]

.....en tot uw man zal uw begeerte zijn.......

Ik ben eigenlijk wel benieuwd wat jullie vinden wat daar bedoeld wordt.

[learsi]

Ik kan dat wel anders lezen. Paulus heeft een specifiek probleem met een aantal mensen in deze gemeente:

1 Tim 1
3 Toen ik naar Macedonië vertrok, heb ik je gevraagd in Efeze te blijven. Je moet voorkomen dat bepaalde mensen daar een afwijkende leer onderwijzen 4 en zich verdiepen in verzinsels en eindeloze geslachtsregisters. Die leiden meer tot speculaties dan tot de vervulling van de taak die God met het geloof gegeven heeft. 5 Het doel van je opdracht is de liefde die voortkomt uit een rein hart, een zuiver geweten en een oprecht geloof. 6 Sommigen hebben zich daarvan afgewend en zijn vervallen tot zinloos gepraat. 7 Zij willen de wet van God onderwijzen, maar weten niet wat ze zeggen en begrijpen niets van wat ze zo stellig beweren.

Daarom wil hij (nadat hij er over na heeft gedacht) dat de vrouwen van die gemeente niet onderwijzen en niet met gezag praten. Vervolgens geeft hij aan dat het niet onbijbels is om te vragen dat de vrouw bescheiden is.

Wat ik hiervan kan leren is dat Paulus heel praktisch is in de opbouw van de gemeente. Gericht op vruchten en niet op zinloos gepraat.

En die uit Korinthe ook niet. Zie 1Kor.14:34.

Dan zou Paulus leren,dat vrouwen in de ene gemeente wel en in de andere gemeente niet mogen onderwijzen.....?

[Lathron]

Je bent knap eenzijdig naar de vrouw toe.
Ik haal aan wat je zelf aangeeft:

6 Tot de vrouw zeide Hij: Ik zal zeer vermenigvuldigen uw smart, namelijk uwer dracht; met smart zult gij kinderen baren; en tot uw man zal uw begeerte zijn, en
[3:16] 1 Kor 14:34. 1 Tim 2:11, 12. Tit 2:5. 1 Petr 3:6.
hij zal over u heerschappij hebben.
17 En tot Adam zeide Hij: Dewijl gij geluisterd hebt naar de stem uwer vrouw, en van dien boom gegeten, waarvan Ik u gebood, zeggende: Gij zult daarvan niet eten; zo zij het aardrijk om uwentwil vervloekt; en met smart zult gij daarvan eten al de dagen uws levens.
18 Ook zal het u doornen en distelen voortbrengen, en gij zult het kruid des velds eten.
19 In het zweet uws aanschijns zult gij brood eten, totdat gij tot de aarde wederkeert, dewijl gij daaruit genomen zijt; want gij zijt stof, en gij zult tot stof wederkeren

Me dunkt, ik zou ook eens kijken naar het aandeel van de man. Want Eva geeft tenminste nog de slang de schuld, maar Adam geeft God de schuld: de vrouw die Gij mij gegeven hebt...

Vind je het gek, kijk eens naar de titel van dit topic. Ik denk dat je nu een ander onderwerp aansnijdt. Hier kun je beter een nieuw topic over starten. Ik ben eenzijdig omdat ik on-topic wil blijven.

Nogmaals: Vrouwen toelaten in de Geref. Bondsgemeente (in alle bijbelgetrouwe kerken): Vanuit de bijbel zeg ik nee. God verbiedt het in Genesis 3 en Paulus wijst er nog op in 1 Tim 2. Ik kan wel allerlei argumenten bedenken om er onderuit te komen, maar ik denk dat het voor een christen niet gepast is om tegen Gods wil in te gaan.

[hamlap]

Geen van beide, het is een veroordeling. God spreekt hier een veroordeling uit over de mens (in dit voorbeeld gaat het over de vrouw). Het is een reactie op de zonde, maar wel Gods reactie. God heeft de mens van tevoren gewaarschuwd wat er zou gaan gebeuren, wanneer ze van de vrucht zouden eten. Hier voegt Hij de daad bij het woord. Zo zal het blijven totdat de nieuwe hemel en de nieuwe aarde een feit zijn en iedereen persoonlijk door God veroordeeld zal zijn.

Je onderstreept een aantal keren het woord veroordeling. Maar waar haal je dat vandaan? Ik zie in heel Genesis 1 t/m 3 het woord oordeel of een andere vorm van dit woord NIET terugkomen.

Ik geef je de link wel even:
http://www.biblija.net/biblija.cgi?m=Genesis+3&id42=0&id37=1&pos=0&l=nl&set=10

vanaf vers 16 gaat het over "Veroordeling van den mens"

Ja, maar dat kopje hebben de vertalers er tussen gezet.
Dus de vraag blijft staan waarom je zo sterk de nadruk legt op het woord veroordeling.
Ik blijf de mogelijkheid opperen dat God hier spreekt tot de vrouw (Eva) en haar er van overtuigt dat haar positie op aarde een ondergeschikte zal zijn. Of het de wil van God is dat de man over de vrouw zal heersen is nog maar de vraag.

[Riska]

Blijven hangen in Genesis 1 lijkt mij persoonlijk niet zo zinvol. Door theologen wordt dat ook niet genoemd.
Immers, de zonde mag er wel zijn - wordt niet ontkend - maar het is daar niet opgehouden. Op Goede Vrijdag en Pasen is met het Kruis en de Opstanding de zonde weggewassen voor eenieder die gelooft. Dat zet alles in een nieuw licht.
Zeg ik daarmee dat we maar vrolijk door moeten zondigen? Nou nee, bepaald niet, maar we mogen ook niet blijven hangen in de zondeval. Want God heeft daar Zijn Zoon tegenover gezet.

Timotheüs - ik kan nergens vinden dat het hier gaat om vrouwen. Wel om dwaalleraren en Korinthe - je moet de opmerkingen van Paulus wel zien in de juiste context. Vrouwen waren nog nooit in de synagoge geweest - dat was voorbehouden aan de mannen - en zij vroegen hun mannen om uitleg.
Dat is onrustig en in feite geeft Paulus opdracht nu te zwijgen en straks thuis te vragen waarom dingen gedaan worden zoals ze gedaan worden.

Overigens: waarom val je over 1 Tim. en legt die uit ten nadele van vrouwen en heb je het niet over 2Tim.:14: "roep hen ten overstaan van God dringend op, niet te redetwisten. Dat heeft geen enkel nut en leidt er alleen maar toe dat de toehoorders ten onder gaan." Met alle kerkscheuringen lijkt mij dat belangrijker dan kissebissen over al dan niet vrouwen in het ambt.

[Vuurtje]

Dan zou Paulus leren,dat vrouwen in de ene gemeente wel en in de andere gemeente niet mogen onderwijzen.....?

Dat zegt Paulus nergens dus dat laten we in het midden. Waar het om gaat is dat Paulus praktisch bezig is met als doel liefde en een groeiende gemeente, en geen zinloos geklets. En dat wat Paulus in een bepaalde situatie goed acht niet ook direct een gebod is van God voor iedereen. Paulus geeft in 1 Kor 9 uitleg over zijn werkwijze:

19 Vrij als ik ben ten opzichte van iedereen, ben ik de slaaf van iedereen geworden om zo veel mogelijk mensen te winnen. 20 Voor de Joden ben ik als een Jood geworden om hen te winnen. Ikzelf sta niet onder de Joodse wet, maar toch heb ik me eraan onderworpen om hen die er wel onder staan te winnen. 21 En voor hen die niet onder de Joodse wet staan, ben ik als iemand geworden die de wet niet heeft, om hen te winnen. Dit betekent niet dat ik de wet van God heb losgelaten, maar dat ik mij heb onderworpen aan de wet van Christus. 22 Voor de zwakken ben ik zwak geworden om hen te winnen. Ik ben voor iedereen wel íets geworden, om in elke situatie althans enkelen te redden.