MarijnV schreef:De grap met het werk van de Geest is dat je het achteraf mooi kunt zien.
Zacheüs was niet toevallig waar hij was en hij was ook niet toevallig nieuwsgierig naar Jezus. Maar er staat nergens dat hij zelf doorhad dat de Geest hem naar Jezus leidde. Anders had-ie net zo goed op hem af kunnen stappen en zeggen: "Wees mij, de zondaar, genadig".
In de GG lijkt het vaak alsof je het werk van de Geest in jezelf moet waarnemen voordat je de toevlucht tot Christus mag nemen. Ik ondervind aan den lijve dat dat leidt tot wanhoop. En die wanhoop zou dan weer tot Christus moeten uitdrijven, maar je weet nooit of hij diep genoeg gaat om dat te mogen doen. Soms voelt het alsof ik op het punt sta om me in Christus' armen te laten vallen, maar dan houdt de aangeleerde gedachte dat mijn zondebesef, mijn wanhoop aan mezelf veel dieper moet gaan me tegen.
Afijn, als je dit soort dingen niet voor jezelf houdt schijnt het al niet meer 'echt' te zijn, dus ik hou m'n mond weer.
Inderdaad met een enkele regel zeg je de kern van het abracadabra van de Gereformeerde Gemeenten. Een systeem godsdienst die tot dode orthodoxie brengt en overgaat naar de orde van de dag. Je zegt het goed, wij kunnen de Geest niet voorschrijven maar achteraf omkijken dan zien we onze voetstappen staan. Laat je gerust vallen in Jezus armen en luister niet naar al die binnen praters die zeggen het zondebesef is nog niet diep genoeg.
Veilig in Jezus’ armen,
veilig aan Jezus’ hart.
Daar in Zijn teer erbarmen,
daar rust mijn ziel van smart.
Hoor, ’t is het lied der eng’len,
zingend van liefd’ en vree,
ruisend uit ’s hemels zalen,
over de glazen zee.
Veilig in Jezus’ armen,
veilig aan Jezus’ hart.
Daar in Zijn teer erbarmen,
daar rust mijn ziel van smart.
Jezus mijn dierb’re toevlucht,
Jezus, U stierf voor mij.
Dat op die rots der eeuwen
eeuwig mijn hope zij.
Heer, laat mij lijdzaam wachten,
totdat het duister vliedt
en ’t oog aan gindse kusten
Uw heillicht gloren ziet.
Veilig in Jezus’ armen,
veilig aan Jezus’ hart.
Daar in Zijn teer erbarmen,
daar rust mijn ziel van smart.