Berichtdoor MoesTuin » 20 okt 2019 11:30
"Maar dat alles is uit God, die ons met zichzelf verzoend heeft door Christus, en óns gegeven heeft de dienst der verzoening als dat het God is geweest die in Christus de wereld heeft verzoend met zich, en aan hen hun misstappen niet heeft toegerekend, en die het woord der verzoening in ons heeft gelegd"
(2 Korinthiërs 5:18-19 Naardense Bijbel).
IN DIENST VAN DE VERZOENING.
De liefde van Christus drijft Paulus.
Die liefde motiveert hem.
Motiveert óns: volgelingen van Jezus Christus.
Waarom?
Omdat Gods liefde Christus heeft doen besluiten alles achter te laten wat hij was, wat hij bezat.
Hij stelde zich beschikbaar om die hogepriester te zijn, die de wereld niet kon voortbrengen.
Om dat gave, zondeloze offerlam te zijn, dat op onze wereld niet voorhanden was.
Hij was bereid mens te worden als jij en ik.
De mens zoals God ons bedoeld had.
Christus, de tweede of de laatste Adam.
Zonder zonde.
Hij vertegenwoordigde óns in het oordeel van God over ons aller schuld.
Eén voor allen. Eén in de plaats van allen.
Als hogepriester naar de ordening van Melchizedek offerde hij zijn eigen leven als offerlam.
De straf die óns de vrede bracht was op hém.
Zijn offer wendde Gods vernietigend oordeel van ons af.
Omwille van Jezus Christus worden wij, die in hem geloven, gered, verlost en met God verzoend. En van óns wordt gevraagd om het óns geschonken nieuwe leven voor God te leven.
Dat betekent dat wij niet meer oordelen naar menselijke normen en maatstaven.
Christus niet, onszelf niet, onze medemensen niet.
Want ieder mens die in verbondenheid met Christus leeft, wordt door God voortaan gezien als een nieuwe schepping. Ik ben een nieuw, een ander mens. Mijn broeders en zusters in Christus zijn een nieuwe schepping.
En ik kan mijzelf en ik kan hen niet meer beoordelen naar oude maatstaven.
(2 Korintiërs 5:14-17).
Paulus vervolgt. Wie heeft dit tot stand gebracht? Wiens idee, wiens plan was dit?
Góds idee, Góds plan, Góds werk.
En dat reddingsplan, dat verlossingsplan, dat verzoeningsplan heeft God door Jezus Christus tot stand gebracht.
God heeft óns met zich verzoend door Jezus Christus.
Het was óns idee om God de rug toe te keren, onze hoogmoed om te denken dat we God niet nodig hadden. We verloren het paradijs. Maar onze wilde plannen om als God te zijn, hebben we nooit opgegeven. Nog altijd bouwen we torens van Babel. Máár God alléén wist waarop onze trots en hoogmoed zou uitlopen, op de puinhopen waar we nu leven.
Mensen door het bloed van Jezus Christus gekocht en betaald, die het eigendom van God zijn geworden, waarvan het zondige verleden is voorbijgegaan en die nieuwe mensen zijn geworden, worden door God ingeschakeld als vredestichters, zullen voortaan staan 'in dienst van de verzoening'.
Ten overvloede herhaalt de apostel Paulus: het is Gods plan, zijn initiatief geweest om dóór Christus' menswording, leven, lijden, sterven en opstanding deze hele wereld, alle mensen met zichzelf te verzoenen.
En onze torenhoge schuld bij God te vereffenen. Al onze uitstaande rekeningen bij God zijn door dat eens en voor altijd volbrachte werk van Christus betaald.
Volbracht. Er wordt ons door God niets meer in rekening gebracht.
Mits wij dit Godsgeschenk, deze genade aanvaarden.
En opnieuw schrijft Paulus: in óns nieuwe, veranderde mensen heeft God het woord van de verzoening gelegd.
Christenen veroorzaken geen scheidingen, afsplitsingen, ruzies, kerkelijke twisten, kerkscheuringen, oorlogen. Christenen discrimineren niet op grond van ras, huidskleur, taal, uiterlijk, sekse, seksuele geaardheid, culturele of maatschappelijke achtergrond, of iemand rijk is of arm.
Christenen staan in de dienst van de verzoening.
In ons gezin, in onze familie, in onze buurt, in ons dorp, onze stadswijk, onze stad, ons land.
Maar het gaat verder: wij, christenen staan in de dienst der verzoening in de wereld.
Christenen staan NIET in dienst van de duivel, de diabolos, de uiteenwerper.
Christenen staan in dienst van de Verzoener. Christenen brengen samen.
O, ik besef dat ik grote woorden spreek.
En dat in de geschiedenis het vaak anders is geweest.
Maar laat al wat bij het oude, bij het verleden hoorde, voorbij gaan.
Onbestaanbaar dat christenen met een beroep op de Schrift oorlogen hebben gevoerd, rassenscheiding, apartheid, discriminatie, slavernij, onderdrukking van vrouwen hebben verdedigd en dat we heden ten dage seksueel andersgeaarden zwaar in de kou laten staan.
Dit moét voorbij zijn.
Zie, het is alles nieuw geworden.
Laten we vandaag bidden voor onze medebroeders en medezusters dat zij verzoeners, vredestichters mogen zijn.
Dat kerkelijke breuken worden geheeld.
Voor onszelf dat we ruzies beëindigen.
We bidden voor alle christenen die uitgezonden zijn naar het buitenland als artsen, verpleegkundigen, landbouwdeskundigen, leerkrachten, militairen binnen vredesmissies, als predikanten.
Dat een ieder zich bewust mag zijn een vredestichter, een verzoener te zijn.
Laat ieder zich bewust zijn of worden dat wij als gelovige christenen een verheven taak hebben hier én elders in deze wereld.
Ik wens u een gezegende dag.
P Gerrets (emeritus predikant)
want wij hebben hier geen blijvende stad
maar zoeken de toekomende
De Heere Jezus zegt;
"Wie in Mij gelooft zal Hét Eeuwige Leven ontvangen"