Berichtdoor mohamed » 26 mar 2012 07:05
@ Jaapo, het feit dat Paulus niet over de wonderen van Jezus repte wil niet zeggen dat hij ze loochende, herinner je je bijvoorbeeld niet dat de apostel zelf ook wonderen deed?
'En God deed buitengewone krachten door de handen van Paulus' (Hand 19,11)
De wonderen en tekenen die God eerst door Jezus en daarna zijn heilige apostelen deed zijn daadwerkelijk gebeurd maar waren om joden voor zich te winnen en niet de Grieken, want er staat geschreven:
'Immers, de Joden vragen om een teken en de Grieken zoeken wijsheid' (1 Kor 1,22)
Tot op de dag van vandaag hebben niet-joodse christenen grote moeite met de wonderen van Christus en dat verklaart ook de wens die bij vele schrijvers uit hen aanwezig is om de wonderen te bagatelliseren. Vaak zeggen ze dingen als 'Christus liep niet over het water, dat was beeldspraak' maar kennelijk koste die Petrus dan bijna het leven en was hij er in verdronken had Jezus hem de hand niet gereikt.
'En Jezus, terstond de hand uitstekende, greep hem aan, en zeide tot hem: Gij kleingelovige! Waarom hebt gij gewankeld?' (Mat 14,31)
Deze passage weerhoudt velen er nog steeds niet van om te stellen dat de wonderen die Jezus deed puur metaforisch waren. Wanneer dan ook nog als argument wordt aangehaald dat de wonderen niet gebeurd zijn omdat Paulus er niet over repte, dan kom ik in actie! Want waar verkeerde conclusies getrokken worden dienen we elkaar te corrigeren nietwaar? Dat is de helpende hand die wij elkaar als broeders zijnde horen te bieden.
Waarom sprak Paulus niet over deze uiterst merkwaardige gebeurtenissen? Simpelweg omdat Paulus de apostel van de Grieken (= heidenen) was (Rom 11,13; 1 Tim 2,7; 2 Tim 1,11) en zij hem niet geloven zouden. Daarom schreef hij hen wijsheid i.p.v. te verwijzen naar wonderen en tekenen waar zij niet bij waren geweest en die hun derhalve nog aan het twijfelen zou kunnen brengen. Nee, men dient te alle tijde te bedenken dat Paulus de enige was die aan heidenen schreef en dat de rest van het NT niet aan Grieken, maar aan joden in de diaspora was geschreven die weliswaar Grieks spraken, maar verder nog net zo joods gebleven waren als hun broeders van Aramese tong te Jeruzalem in die dagen.
De wonderen en tekenen zijn dus wel degelijk geschiedt, zie de vele getuigen, maar Paulus had het er niet over omdat hij de apostel van de heidenen was. Petrus was de apostel van de joden en wees zijn lezers op het wonder waarbij God zijn stem uit de hemel kwam (2 Petr 1,17) waar de meesten van hen zeer waarschijnlijk niet eens bij waren geweest.