Mortlach schreef:Net ook al geprobeerd te reageren, maar toen werd de tekst ongedaan gemaakt door de kat. Poging 2.
Ik moest hier dus even aan denken en het volgende kwam in me op. Ik weet dat er een stroming is geweest waar de gedachte werd uitgewerkt dat God zich op twee manieren aan de wereld openbaart, door de Bijbel en door de natuur. 2 boeken dus.
Ik weet niet wat je van deze gedachte vindt, maar ik kan me er op het eerste gezicht wel in vinden. Het geeft in ieder geval ruimte om de 'papieren versie' van Gods woord breder te interpreteren, meer in historisch-culturele context, je hebt immers altijd Gods andere woord, de natuur nog.
2 boeken, en allebei betrouwbaar. Dat betekent alleen niet dat de boodschap identiek is, ze vullen elkaar eerder aan. Dat geeft ruimte. En als je boeken van wetenschappers leest, spreekt daar vaak een groot ontzag en grote verwondering, een gevoel dat onmiskenbaar ondertonen heeft die religieuze ervaringen ook kunnen hebben.
Natuurlijk werkt dit idee alleen als je de twee boeken niet als 'concurrerend' ziet of per sé een identieke boodschap wilt laten verkondigen. Persoonlijk verbaas ik me er regelmatig over dat de Bijbel prioriteit wordt gegeven over de natuur. Dat benoem ik wel eens gekscherend: "Als de Bijbel en de werkelijkheid elkaar tegenspreken, heeft de werkelijkheid het mis."
Een kleine aanvulling omdat ik het niet kan laten.

De Zondvloed, volgens het ene boek - de natuur - nooit echt gebeurt. Maar via het andere boek, de Bijbel, toch waardevol, al was het maar omdat als het goed is je bij het zien van een regenboog aan de belofte van God denkt. (en zeg nou zelf, daar kun je niet vaak genoeg aan denken).
Maar het gaat me om die regenboog. Stel even dat de Bijbelse versie historisch is. Voor de Zondvloed kwamen regenbogen dus niet voor, toch? Nu is een regenboog een gevolg van de fysieke eigenschappen van water en zonlicht. Dan blijven er maar weinig mogelijkheden over: of die eigenschappen waren voor de Zondvloed anders - en hoe wil je dat gaan onderzoeken? ; of mogelijkheid 2: God nam elke regenboog weg voordat hij verscheen, bij elke regenbui, bij elke waterval, bij elke keer dat iemand een mond vol water in de lucht sproeit. Dat wil er bij mij niet in aangezien dat een constante breuk met de natuurwetten betekent.
Dat soort - duidelijk mythische - verhalen letterlijk nemen leidt tot zo ontzettend veel problemen dat het je ervan zou duizelen.
Die kat zal wel een middel van bovennatuurlijke ingreep zijn geweest, omdat je tekst te vrijzinnig was.
Ik moet ineens denken aan een hoofdstuk uit een boek wat ik recentelijk gelezen heb. Ik denk aan het hoofdstuk
Het verbroken contact met het heilige: protestantisme en atheïsme (blz. 208-226) uit het boek
De ondergang van het atheïsme van Alister McGrath. Een enorm interessant hoofdstuk dat mijn interesse prikkelde, en waarover het me interessant leek om daar eens een discussie te openen. (Niet hier, maar in een nieuwe draad, uiteraard.) De auteur schetst daarin het contrast tussen het oude katholicisme en het nieuwe protestantisme, dat zeg maar vanaf 1517 een rol ging spelen.
Wat het oude katholicisme betreft:
"Het individu voelde zich gesitueerd binnen een kosmos die de glorie van God uitstraalde en een goddelijke structuur vertoonde. Het heilige was aanwezig binnen de gebeurtenissen, ritmes en patronen van de wereld. Men verwachtte het goddelijke in het dagelijks leven te ontmoeten en te ervaren." (blz. 211)
Wat het nieuwe protestantisme betreft:
"De protestantse hervormers stonden zeer kritisch tegenover deze ideeën. ... Een onmiddelijke ontmoeting met God in de natuur was, bijna als principekwestie, uitgesloten. God had ervoor gekozen zich door de Bijbel te openbaren en daarom was de aangewezen manier om God te leren kennen de lectuur van die Bijbel en het aanhoren van de prediking die op de inhoud van de Bijbel was gebaseerd." (blz. 211)
"De opkomst van het protestantisme leidde dus tot een afwezige God die alleen indirect gekend werd - en daarbij via het verstand en niet via de verbeelding." (blz. 213)
"Als het bestaan van God weinig of geen uitwerking heeft op de ervaringen van het dagelijks leven kan dit leven ook wel zonder verwijzing naar Hem geleefd worden. Hugo de Groot, de beroemde Nederlandse protestantse rechtsgeleerde, wees erop dat het uiteindelijke resultaat van dit alles een wereld was waarin mensen leefden etsi Deus non daretur, 'alsof God niet bestond'. Velen waren bereid de - steeds gemakkelijker - overstap te maken van een pragmatisch atheïsme (we leven alsof er geen God bestaat) naar een ontologisch atheïsme (er is werkelijk geen God)." (blz. 214)
(Die lijn werd later dan in beperkte kring weer gecorrigeerd door het piëtisme, dat bijvoorbeeld ook stevig doorwerkte in de Nadere Reformatie. De bevindelijkheid heeft veel meer met directe godservaringen dan een niet-bevindelijke protestant.)
Wat ik weet m.b.t. de zondvloed is dit:
- Bij alle volkeren over de hele wereld zijn er zondvloedverhalen. Dat zou kunnen terugverwijzen naar een algehele zondvloed, die de toenmalige wereld vernietigde, en die volkeren met hun verhalen stammen dan af van de overlevenden van de zondvloed.
- Als je al het water van de wereld vloeibaar maakt, krijg je een waterspiegel tot aan de top van de Himalaya. Dus het is technisch mogelijk om de hele wereld onder water te zetten.
- Je zit dan alleen wel met het probleem van de immense druk die zo'n hoeveelheid water zou uitoefenen. Waarschijnlijk zullen de bergen in de loop van de tijden geleidelijk aan steeds hoger geworden zijn (bijv. door continentale druk), zodat ze in de tijd van de zondvloed lager waren. Dan zou het water minder hoog hebben hoeven staan.
- Wat wordt er bedoeld met de wereld die onder water kwam te staan? Echt de hele wereld zoals wij die nu kennen, of de toenmalige bekende wereld? Veel creationisten gaan uit van de hele wereld, maar uiteraard komt ook de beperking tot de toenmalige wereld voor als denklijn.
Genesis 10:
25 wordt wel in verband gebracht met het uiteengaan van de continenten, zoals we dat kennen vanuit de
continentale drift. Waarbij het opmerkelijke is dat de Hebreeuwse stam
פּלג (p-l-g), waaruit de naam Peleg is opgebouwd, de stam is van het werkwoord dat 'verdelen' betekent. (nifal:
geteilt werden; piel:
teilen; spalten. volgens Gesenius)