MoesTuin schreef:Zeker waar en waar je stopt, daar stopt het niet, maar gaat het verder, dus geen punt maar komma.
met dank voor de spellingscorrecties!
Dan blijft voor mij de vraag over: wat versta je dan onder die verdere werkingen van de H. Geest? En hoe heeft dit plaats?
Denk je dan aan bijv.
Maar de vrucht des Geestes is liefde, blijdschap, vrede, lankmoedigheid, goedertierenheid, goedheid, geloof, zachtmoedigheid, matigheid.(Galaten 5:22)
Of aan wat Paulus schrijft in 1 Korinthe 13, de liefde? (na in hoofdstuk 12 geestelijke gaven besproken te hebben, en dan in 12:31 zegt:
Doch ijvert naar de beste gaven; en ik wijs u een weg, die nog uitnemender is. (1 Kor. 12:31)
waarna dan dus hoofdstuk 13 komt over de uitnemendheid van de liefde?
Om bij de Dordtse Leerregels te blijven(daar gaat het topic immers over): Die vermelden in V,10
En dienvolgens spruit deze verzekerdheid niet uit enige bijzondere openbaring, zonder of buiten het Woord geschied, maar uit het geloof aan de beloften Gods, die Hij in Zijn Woord zeer overvloedig tot onzen troost geopenbaard heeft; uit het getuigenis des Heiligen Geestes, Die met onzen geest getuigt dat wij kinderen en erfgenamen Gods zijn , Rom. 8:16, 17,; eindelijk, uit de ernstige en heilige oefening van een goede consciëntie en van goede werken. En zo de uitverkorenen Gods dezen vasten troost in deze wereld niet hadden, dat zij de overwinning behouden zullen, mitsgaders dit onbedrieglijk pand der eeuwige heerlijkheid, zo zouden zij de ellendigste van alle mensen zijn. (DL, V,10)
We zien dan dus
1. De zekerheid van het geloof niet buiten het Woord om.
2. De H. Geest die met onze geest getuigt etc.
3. De 'goede werken' als vrucht van Gods vernieuwend werk en teken daarvan.
Ik zoek zelf momenteel namelijk vooral naar wat punt 2 nu precies betekent, dus ben benieuwd naar je antwoord.
En in V,13
Gelijk het God nu beliefd heeft dit Zijn werk der genade door de prediking des Evangelies in ons te beginnen, alzo bewaart, achtervolgt en volbrengt Hij het door het horen, lezen en overleggen daarvan, mitsgaders door vermaningen, bedreigingen, beloften en het gebruik der Heilige Sacramenten. (DL, V, 13)
En bij de verwerping der dwalingen vermelden ze: (V, verwerping dwalingen, 5)
De rechtzinnige leer verklaard zijnde, verwerpt de Synode de dwalingen dergenen:
Die leren: Dat men geen zekerheid van de toekomende volharding in dit leven kan hebben zonder bijzondere openbaring. Want door deze leer wordt de vaste troost der ware gelovigen in dit leven weggenomen, en de twijfeling der pausgezinden in de Kerk weder ingevoerd; terwijl de Heilige Schrift deze zekerheid telkens afleidt, niet uit een bijzondere en buitengewone openbaring, maar uit de eigen merktekenen der kinderen Gods, en uit de zeer standvastige beloften Gods. Inzonderheid de apostel Paulus: Geen schepsel zal ons kunnen scheiden van de liefde Gods, welke is in Christus Jezus, onzen Heere , Rom. 8:39,. En Johannes: Die Zijn geboden bewaart, blijft in Hem, en Hij in denzelven. En hieraan kennen wij dat Hij in ons blijft, namelijk uit den Geest, Dien Hij ons gegeven heeft , 1 Joh. 3:24,.(DL, V, verwerping dwalingen 5)
Het gaat mij om die bijzondere openbaringen, dat dat niet noodzakelijk is. De vraag is dan
hoe precies de H. Geest in ons werkt. Of dit
slechts middellijk is, door het Woord en wat er genoemd is in DL V,13. Of dat het onmiddellijke (zonder de middelen) werk een heel belangrijke rol speelt, wat de DL tegen lijken te spreken. (onmiddellijk in de zin van bijzondere openbaringen) Had hier laatst namelijk een discussie over met iemand, en we kwamen er niet uit.
Verder kwam ik op het web een citaat van Wilhelmus a Brakel tegen:
De Heilige Geest zet het beeld van God over in de kinderen van God. Door deze verzegeling worden de gelovigen ongeschonden bewaard. Door deze verzegeling worden de kinderen van God verzekerd van hun deel aan het verbond der genade en al zijn beloften. De Heilige Geest toont aan hen de genade die in hen gelegd is en brengt hen tot zulke Schriftplaatsen,(1) die de zaligheid beloven aan degenen die zo en zo zijn. Hij geeft hun die plaatsen duidelijk te verstaan, en doet hen door vergelijking van zichzelf met die Schriftplaatsen, een besluit nemen van hun genadestaat. Hun geheiligd oordeel overtuigt hen daarvan, en de Heilige Geest heeft daarbij een onmiddellijke(2) werking op hun hart. Hij doet hen meteen levendig zijn in de verzekering van het deelhebben aan de beloften.
1. Dus via de het Woord/de Schrift
2. Wat betekent dit onmiddellijk nu?
PS: ik citeer de Bijbelteksten en DL uitgebreid om opzoekwerk voor jou en alle meelezers te vergemakkelijken. Uiteraard mag iedereen die hier zinnige dingen over te zeggen heeft, zijn mening delen;)
De hemelen vertellen Gods eer, en het uitspansel verkondigt Zijner handen werk. Psalm 19:2