menachem schreef: uit het NT komt namelijk naar voren een beeld dat besnijdenis blijft bestaan: het is namelijk het teken van het verbond met Abraham en met zijn fysieke nageslacht via de lijn Isaak en het is gekoppeld aan de landbelofte die evenmin als de besnijdenis is komen te vervalen voor Joden althans.
daarom blijft getuige het NT het onderscheid bestaan naar ethniciteit tussen heidenen en Joden, maar niet naar geloof
Romeinen 3:30 Indien er namelijk een God is, die de besnedenen rechtvaardigen zal uit het geloof en de onbesnedenen door het geloof.
Galaten 2:7 Maar integendeel: toen zij zagen, dat mij de prediking van het evangelie aan de onbesnedenen toevertrouwd was, gelijk aan Petrus die aan de besnedenen,
2:8 immers Hij, die Petrus kracht gaf om apostel te zijn voor de besnedenen, gaf die kracht ook aan mij voor de heidenen,
Colossenzen 4:11 en Jezus genaamd Justus, de enigen uit de besnedenen, die mijn medewerkers zijn voor het Koninkrijk Gods, en die mij dan ook tot troost zijn geweest.
een andere tekst die radicaal tegen die besnijdenis-vervangen-door-kinderdoop-theorie ingaat is Handelingen 21:20
20 En zij loofden God, toen zij dit hoorden, en zeiden tot hem: Gij ziet, broeder, hoevele tienduizenden er onder de Joden gelovig zijn geworden en allen zijn zij ijveraars voor de wet;
21 nu heeft men hun van u verteld, dat gij alle Joden onder de heidenen afval van Mozes leert, door te zeggen, dat zij hun kinderen niet behoeven te besnijden, noch naar de gebruiken te leven.
#1) deze vele Joden zijn gelovig geworden en ook ijveraars voor de Wet (dus ook voor de besnijdenis van Joodse jongetjes)
#2) in Jeruzalem vernemen ze het gerucht als zou Saulus de Joden hebben geleerd dat de besnijdenis is komen te vervallen: dat wordt dus even recht gezet.
m.a.w.: het NT leert duidelijk dat Joodse ouders hun zoon moeten laten besnijden. De kinderdoop kan daarom niet als vervanging ervan gezien worden.
een groet,
Menachem
Ik ben het er niet mee eens

De teksten die je als eerste 4 noemt, hebben naar alle waarschijnlijkheid allemaal betrekking op mensen die na besneden te zijn tot geloof komen / gekomen zijn. Als jij ze wilt interpreteren als 'zij zijn alsnog besneden', dan is daar weinig tegen in te brengen. Onbevooroordeeld lezen leert volgens mij dat mensen 'uit de besnijdenis' de gelovigen uit de joden en dat 'onbesnedenen' gelovigen uit de heidenen zijn. Kortom: geen bewijs voor nog steeds verplichte besnijdenis voor joden.
Verder staat in Handelingen 16 dat Paulus Timotheus besneed omwille van de Joden, omdat iedereen wist dat hij een Griekse vader had (en dus als 'onbesnede' (= ongelovige) bestempeld zou worden door de joden).
Bovendien moesten ook jodengenoten besneden worden; wat al bewijst dat de scheiding tussen joden en niet-joden niet bestaat bij het houden van de wet.
Verder onderstaande teksten ter overdenking. Deze gaan niet expliciet over Joden, maar lijken wel algemene geldigheid te hebben.
Galaten 6 schreef:12 Al degenen, die een schoon gelaat willen tonen naar het vlees, die noodzaken u besneden te worden, alleenlijk opdat zij vanwege het kruis van Christus niet zouden vervolgd worden.
13 Want ook zij zelven, die besneden worden, houden de wet niet; maar zij willen, dat gij besneden wordt, opdat zij in uw vlees roemen zouden.
14 Maar het zij verre van mij, dat ik zou roemen, anders dan in het kruis van onzen Heere Jezus Christus; door Welken de wereld mij gekruisigd is, en ik der wereld.
15 Want in Christus Jezus heeft noch besnijdenis enige kracht, noch voorhuid, maar een nieuw schepsel.
16 En zovelen als er naar dezen regel zullen wandelen, over dezelve zal zijn vrede en barmhartigheid, en over het Israël Gods.
1 Korinthiërs 7 schreef:18 Is iemand, besneden zijnde, geroepen, die late zich geen voorhuid aantrekken; is iemand, in de voorhuid zijnde, geroepen, die late zich niet besnijden.
19 De besnijdenis is niets, en de voorhuid is niets, maar de onderhouding der geboden Gods.
20 Een iegelijk blijve in die beroeping, daar hij in geroepen is.