PeterD schreef:Marnix,
Je haalt weer het voorbeeld van de moordenaar aan het kruis aan. Dit is een extreem voorbeeld van een snelle bekering. Hoewel de moordenaar wel in zijn ellende uitriep "Gedenk mijner wanneer U in het koninkrijk zult ingaan".
De moorman was op zoek naar verlossing voor zijn ziel toen hij naar Jeruzalem reisde. Paulus heeft drie dagen in zijn ongeluk gelegen.
Ik beweer nergens dat een langen bekeringsweg noodzakelijk is. Wat me wel verbaasd is dat wanneer iemand bekeerd is, je tegenwoordig alleen maar nog over liefde hoort, en helemaal niets van de genade van God dat Hij uit de zonden heeft getrokken en verlost. En dat we helwaardig zijn, en alleen door Gods genade verlost zijn.
Wat betreft jouw theorie over de reddingsboei, ik weet dat er zo gedacht wordt, maar ik kan het er niet mee eens zijn. Immers zijn wij geneigd tot alle kwaad en niet in staat enig goed te doen.
Zouden we dan toch wel één goed ding kunnen doen door die boei te grijpen? Ik denk van niet.
God moet ons trekken en Hij moet ons de reddingsboei in handen geven, en zelfs dan moet Hij nog onze handen om die boei heen vouwen, anders laten we hem nog steeds glippen!
Ik kan wel meer voorbeelden noemen hoor... na de toespraak van Petrus op de pinksterdag en zijn eenvoudige antwoord op de vraag: Wat moeten wij doen? (Bekeert u en laat u dopen) komen er op diezelfde dag 3000 mensen tot geloof. En Paulus vertelt het evangelie op allerlei plaatsen... en je leest dat mensen er soms direct door bekeerd worden. De cipier van Filippi wordt met zijn hele gezin gedoopt nadat Paulus Hem het evangelie heeft uitgelegd... En de kamerling uit Ethiopie, hij was inderdaad op zoek naar God... maar hij had uitleg nodig... Nadat Filippus hem de basics van Christus' verzoenende lijden heeft uitgelegd vraagt hij al of hij gedoopt kan worden. Filippus had nog geen uitverkiezing, kinderdoop of volwassendoop, diepgaande stukken over genadeverbond of werkverbond uitgelegd.... En de kamerling had niet uren gesnikt van berouw in zijn rijtuig.... Hij zei eenvoudig op Filippus vraag of hij oprecht geloofde: Ik geloof dat Jezus Gods Zoon is... en hij mocht in het bad van de wedergeboorte.... Kwam toen Filippus weg was dat grote schuldgevoel opeens boven? Ik lees in vers 39 van dit hoofdstuk (Handelingen

Ik baseer me niet op 1 bijbelverhaal van een moordenaar aan het kruis... Het betreft hier niet 1 persoon... maar duizenden...