ajl schreef:Zoals ik al zei, moet je ook lichamelijk naar elkaar groeien en daar hoort zeker het verlangen naar gemeenschap bij. Ik kan mij niet voorstellen dat als je geestelijk en lichamelijk naar elkaar toegroeit ( en dan bedoel ik niet alleen zoenen) en elkaar blijkbaar wel opwindend en aantrekkelijk vindt,dat het dan tussen de lakens mis gaat. Ik denk dat het probleem meer zit in de communicatie over seks dan dat er ook daadwerkelijk geen aantrekkingskracht is. Of je moet de hele verkeringstijd ook als broer/zus geleefd hebben. Maar dan zit er veel meer verkeerd in een relatie.
De seksuele ontwikkeling tussen geliefden ligt m.i. veel genuanceerder.
Wat je zegt is zonder meer waar, maar je ziet over het hoofd dat je je eigen vraag eigenlijk al beantwoordt.
Eerst zeg je "Ik kan me niet voorstellen... etc." en vervolgens geef je aan dat het probleem tussen de lakens vaak te wijten is aan openheid onderling.
Maar daar zit 'm nu juist het probleem.
Juist de communicatie over lichamelijke intimiteit moet spelenderwijs tot stand komen in de verkeringstijd, zodat je een goede springplank hebt naar het uiteindelijke huwelijk. En dan nog is niet alles gezegd: het probleem tussen de lakens behelst meer dan alleen gebrek aan openheid. Want ook al zijn zowel man of vrouw open tegen elkaar, dan nog is het mogelijk dat hun wensen en genoegens zo ver uiteenliggen dat een goed seksleven onmogelijk is. En ook dat gaat op een dag wringen...
Kom je daar echter in je verkeringstijd al achter, dan is het mogelijk op basis daarvan een beslissing te nemen over de toekomst. Misschien is het dan beter de wegen te scheiden, of tijdig samen in therapie te gaan. Wanneer je zulke dingen in je huwelijk nog moet gaan doen, ligt de druk veel hoger. Je zit aan elkaar vast, je wilt een gezinnetje stichten, er zijn verwachtingen binnen je sociale milieu, etc.
Ik adviseer dus om elkaar in de verkeringstijd zo goed mogelijk te leren kennen-
dus ook op lichamelijk gebied.Wat mij betreft kan ook een devoot christen deze ontwikkeling zodanig aanpassen dat zijn geweten niet in het geding komt.