DeDwaler schreef:Mijn vraag kwam op, omdat de reacties erover mij nogal kil en zakelijk toeschenen en ik waarschijnlijk ook een wat te geromantiseerd beeld van het gemeenteleven heb.
De reacties zijn zoals gewoonlijk weer divers, zullen we maar zeggen.
Het gemeenteleven in mijn jeugd zag er anders uit dan tegenwoordig.
Ik zal je een paar dingen schetsen.
Mijn moeder had geen echte vrijmoedigheid om aan het H.A. te gaan en toen ze keer geroepen werd en ging, kwam de dominee de volgende ochtend bij haar. Ze werd zo achter haar wasmachine vandaan gehaald. En toen mocht ze vertellen hoe ze de stem van de Heere had gehoord en niet meer kon blijven zitten. Het gebeurde ook wel dat een ouderling midden in de week op bezoek kwam.
Op zondagavond zocht men elkaar al op. Ons huis zat ook regelmatig vol.
De verenigingen waren bloeiend.
Eenzaamheid onder gemeenteleden bestond niet. Als iemand zijn plek leegliet werd hij opgezocht. Bezoekdames of onderlingcontact was niet nodig. Degenen die gepensioneerd of werkloos waren, zochten de ouderen, eenzamen en zieken op.
Hoe het nu is - in de meeste gemeenten - alles gaat op afspraak. Soms is er groot huisbezoek. Dan komt een groep gemeenteleden bijeen met de dominee en een ouderling. Of er is een gemeenteavond, waar gelegenheid is om de praktische zaken te bespreken, zoals financiën, groot onderhoud e.d.
Er is vaak een groepje mensen (meest vrouwen) die de taak hebben om de zieken op te zoeken, uit naam van de kerk.
Nu hoor ik van mensen dat ze 3 maanden ziek zijn vooraleer ze eens iets horen van hun k.r.
Wat ook een punt is, er is sprake van "relishoppen" en gemakkelijk overgaan naar een ander kerkverband. (of andere gemeente) Als de dominee niet bevalt, gaat men rustig een dorp verderop naar de zustergemeente.
Of de variant: s'morgens in eigen gemeente, s'middags elders of helemaal niet.
Of iemand wordt lid in een gemeente die 40 km van huis is.
Allemaal zaken die niet bevorderlijk zijn voor een nauw contact.
Let wel, dit geldt niet overal. Op bepaalde plaatsen in ons land is er zeker wel omzien naar elkaar.
Ik volg momenteel een documentaire over Urk, een vrouw vertelde dat ze nadat ze een doodgeboren kindje kreeg, nog maanden biefstuk kon eten.
Om aan te sterken. Je ziet en hoort dat de banden daar heel stevig en warm zijn.
Een kerk had van oudsher een sociale functie. Ze ondersteunden de gebrekkigen, de armen. Je ziet nu omdat veel mensen geen kerkelijk dak meer hebben, vervreemd zijn van de kerk, een beroep op andere instanties moeten doen.
Onze gemeente organiseert regelmatig een koffie-ochtend of maaltijd, juist voor rand- en buitenkerkelijken.
Niet met als doel om iemand te bekeren - dat kunnen wij helemaal niet - maar om barmhartigheid te verlenen.
De gesprekken gaan soms helemaal niet over geloof of kerk. Maar allerlei onderwerpen komen aan de orde.
Soms komt iemand één keer, of een paar keer, soms zie je dat iemand dan een dienst bijwoont en dan toch wegblijft.
Wij kunnen zaaien, maar het is de Heere die het kan laten uitgroeien tot een plantje.
StillAwake schreef:Wel kritisch. Ik heb in de jaren dat ik een kerk bezoek te vaak gezien dat mensen die te lang ouderling zijn (en 25 jaar is in mijn optiek te lang) te veel macht krijgen (daarmee zeg ik niet dat ze altijd zelf degene zijn die die macht naar zich toe trekken, en ook niet dat het altijd fout gaat), en dat de kerk daarmee hun eigen "koninkrijkje" geworden is.
Lekkerbek weet ook dat dit gebeurt. Zoals bij alles, gaat dit hier ook met lek en gebrek.
In haar kerkverband is het heel normaal en geaccepteerd dat een ouderling 25 jaar aaneen in de k.r. zit. Omdat dit als een roeping wordt gezien en niet als vrijwilligersbaantje.En dan heeft zo iemand geen vrijmoedigheid om het ambt neer te leggen.
Als gemeente kun je zeker iets doen als iemand echt aan zijn zitting verkleefd geraakt is en zelfs irritant begint te worden.
Dan moet je niet meer op hem stemmen!
StillAwake schreef:Toch neem ik "God heeft mij duidelijk geroepen" vaak wel met een korreltje zout (niet bij iedereen):
Dat is niet de goede houding! Ook al twijfel je, je kunt niet iemand in het hart kijken, Al ben ik wel met je eens dat het uiterlijk toch wel te merken moet zijn.