Berichtdoor Atro » 01 jan 2014 15:14
Zie, nú is het de welaangename tijd, zie, nú is het de dag der zaligheid.
2 Kor. 6:2b
Geliefde lezer,
Door ’s Heeren lankmoedigheid mochten wij het oude jaar uit- en het nieuwe jaar ingaan. Wij verkeren allen nog in de vooren toebereidingstijd voor de nimmereindigende eeuwigheid. Deze tijd noemen we ook wel het heden van genade. Met grote nadruk wijst de apostel Paulus daarop in het woord van onze overdenking als hij aan de Korinthiërs schrijft: Zie, nu is het de welaangename tijd, zie, nu is het de dag der zaligheid.
Onze kanttekenaren hebben hierbij aangetekend dat dit de tijd is die God in Zijn welbehagen bestemd heeft om de mensen alom door Christus en Zijn dienaars tot bekering te roepen, en hen krachtig door Zijn Geest daartoe te brengen. O, wat een kostelijke tijd is de welaangename tijd, de dag der zaligheid, waarin de Heere Zijn genade en goedertierenheid wil openbaren door de prediking van het Evangelie! Jong en oud, gevoelen we er iets van hoe groot de goedertierenheden des Heeren over ons zijn dat wij in deze dag der zaligheid het bazuingeschal van het eeuwig Evangelie nog mogen beluisteren? Beseffen we echter ook hoe snel de dag der zaligheid voor ons een einde kan nemen?
Omdat de apostel weet dat de natuurlijke mens op deze tijd geen acht slaat, gebruikt hij twee keer het woordje zie om onze aandacht op te wekken: ’Zie, nu is het de welaangename tijd, zie, nu is het de dag der zaligheid.’ Het is alsof hij wil zeggen: ’Kom en luister naar hetgeen ik nu ga zeggen. Het is uw aandacht meer dan waard.’ Door ook het woordje nu te herhalen benadrukt de apostel bovendien de noodzakelijkheid om deze welaangename tijd en dag der zaligheid waar te nemen, omdat de tijd voorts kort is: ’Zie, nu is het de welaangename tijd, zie, nu is het de dag der zaligheid.’ Het is alsof hij daarmee wil zeggen: ’Haast en spoed u om uws levens wil! Het kan geen uitstel lijden. Morgen kan de welaangename tijd voor eeuwig voorbij zijn.’ Gods Woord zegt niet: Morgen, zo gij Zijn stem hoort, maar: Heden, zo gij Zijn stem hoort, verhardt uw hart niet (Ps. 95:7b, 8a). Daarom roepen wij u toe: Zoekt den HEERE terwijl Hij te vinden is; roept Hem aan terwijl Hij nabij is (Jes. 55:6), dat wil zeggen, zoekt de Heere terwijl Hij Zijn goedertierenheid aan arme zondaren aanbiedt en hen tot boete en bekering nodigt (Kantt. 29). Betert u dan, en bekeert u, opdat uw zonden mogen uitgewist worden (Hand. 3:19).
Veracht deze zoekens- en roepenstijd toch niet langer! Leg deze indringende oproep tot bekering en geloof niet naast u neer! Zou het u niet veeleer een wonder moeten zijn dat de Heere zo laag tot u wil afdalen, dat Hij Zich in en door de Zoon van Zijn eeuwige liefde door u wil laten vinden, in plaats van u door het zwaard van Zijn gerechtigheid weg te houwen? O zondaar, ondanks dat u uw hele leven hebt doorgebracht in hetzij bedekte of openlijke vijandschap tegen God, toch betuigen wij u dat uw zonden niet te veel en uw schuld niet te zwaar is om vergeven te worden.
Zijn het niet Gods eigen woorden: Al waren uw zonden als scharlaken, zij zúllen wit worden als sneeuw; al waren zij rood als karmozijn, zij zúllen worden als witte wol? (Jes. 1:18). Werp u dan als een doodschuldige zondaar neer aan Zijn gezegende voeten, totdat Hij u genadig zij. Zo alleen zult u Hem vinden, Die gezegd heeft: De goddeloze verlate zijn weg, en de ongerechtige man zijn gedachten; en hij bekere zich tot den HEERE, zo zál Hij Zich zijner ontfermen, en tot onzen God, want Hij vergeeft menigvuldiglijk (Jes. 55:6, 7).
Blijft u deze goedertieren Zaligmaker moedwillig verwerpen en verachten? O, dan heb ik u in de Naam des Heeren te verkondigen dat u het leven niet zult zien, maar dat de geduchte wraak en toorn Gods tot in alle eeuwigheid op u zal rusten (Joh. 3:36). De welaangename tijd en de dag der zaligheid, waarin u het Evangelie van vrije genade voor de voornaamste der zondaren verkondigd is, zullen eeuwig tegen u getuigen. O, beef en sidder, roekeloze zondaar! Laat u nú met God verzoenen, want zie, nú is het de welaangename tijd. Zie, nú is het de dag der zaligheid.
Ten slotte, zijn er onder onze lezers die een welaangename tijd, ja, een dag der zaligheid voor hun ziel hebben leren kennen? O, dan bent u van rampzalig welgelukzalig geworden! Dan is Christus u alles, ja, uw volkomen zaligheid geworden. Bent u in staat om dit wonder in woorden uit te drukken? Nee, het enige waartoe u behoefte zult hebben, is met uw vinger naar boven te wijzen en met Ethan in te stemmen: Door U, door U alleen, om het eeuwig welbehagen. Naar dat welbehagen heeft God de Vader in het huis van David, Zijn knecht, een Hoorn der zaligheid opgericht in de Zoon van Zijn eeuwige liefde om u zalig te maken van uw zonden. Hij heeft met Zijn dierbaar bloed de hitte van Zijns Vaders gramschap voor u volkomen geblust, en daarmee de Goddelijke gerechtigheid geheel bevredigd.Zou u Hem dan niet hartelijk liefhebben en uw betrouwen op Hem stellen? Hebt den HEERE lief, gij, al Zijn gunstgenoten, want uw God is Koning (Ps. 31:24a, Jes. 52:7c).
Volk des Heeren, ook voor u zullen de welaangename tijd en de dag der zaligheid op aarde weldra een einde nemen, maar o, wat zal het wonder voor u onuitsprekelijk groot zijn als u ze zult mogen verwisselen voor een welaangename eeuwigheid en eeuwige zaligheid, in de storeloze gemeenschap met een Drie-enig God, Die u heeft liefgehad met een eeuwige liefde en Zichzelf voor u heeft overgegeven.
Ds. M. Krijgsman