Veendam schreef:Je blik gericht houden op de Heere Jezus is een keuze die je zelf moet maken. Dat is een EIGEN beslissing. Het normale Christelijke leven is echt heel rijk en waardevol en als je dat hebt leren kennen dan wil je niet meer anders. Dat is een leven dat je niet moet leren kennen door het te horen van anderen en dat moet kopiëren maar je moet het zelf ontdekken. ik daag je uit om de Efeze brief goed te bestuderen.
Ik dacht dat deDwaler hierboven een mooie, rijke getuigenis gegeven heeft dat hij het leven met Christus kent en ontdekt heeft.
Veendam schreef:dan zou dat betekenen dat God alleen Zijn Liefde en Genade klaar heeft voor BEPAALDE MENSEN, en anderen dat aanbod niet zou doen.
Hij biedt het aan
allen aan, maar niemand wil het aannemen. 'Het gedichtsel van des mensen hart is alleenlijk boos, te allen dage.' We doen niet alleen zonde, we
zijn zonde. En er is niemand die God zoekt. Alleen voor diegene die door Hem Zelf veranderd worden, wordt het anders. Hij veranderd onze wil zodat we gaan willen wat Hij wil. In die volgorde, niet andersom.
Zie ook de DL, hoofdstuk 3
11.Voorts, wanneer God dit Zijn welbehagen in de uitverkorenen uitvoert, en de ware bekering in hen werkt, zo is het dat Hij niet alleen het Evangelie hun uiterlijk doet prediken, en hun verstand krachtiglijk door den Heiligen Geest verlicht, opdat zij recht zouden verstaan en onderscheiden die dingen, die des Geestes Gods zijn; maar Hij dringt ook in tot de binnenste delen des mensen met de krachtige werking van denzelfden wederbarenden Geest; Hij opent het hart, dat gesloten is; Hij vermurwt dat hard is; Hij besnijdt dat onbesneden is. In den wil stort Hij nieuwe hoedanigheden en maakt dat
die wil, die dood was, levend wordt; die boos was, goed wordt; die niet wilde, nu metterdaad wil; die wederspannig was, gehoorzaam wordt; Hij beweegt en sterkt dien wil alzo, dat hij als een goede boom vruchten van goede werken kan voortbrengen.
12.En dit is die wedergeboorte, die vernieuwing, nieuwe schepping, opwekking van de doden en levendmaking, waarvan zo heerlijk in de Schrift gesproken wordt, dewelke God zonder ons in ons werkt. En deze wordt in ons niet teweeggebracht door middel van de uiterlijke prediking alleen, noch door aanrading, of zulke manier van werking, dat, wanneer nu God Zijn werk volbracht heeft, het alsdan nog in de macht des mensen zou staan wedergeboren te worden of niet wedergeboren te worden, bekeerd te worden of niet bekeerd te worden. Maar het is een gans bovennatuurlijke, een zeer krachtige, en tegelijk zeer zoete, wonderlijke, verborgen, en onuitsprekelijke werking, dewelke, naar het getuigenis der Schrift , die van den Auteur van deze werking is ingegeven,, in haar kracht niet minder noch geringer is dan de schepping of de opwekking der doden; alzo dat al diegenen, in wier harten God op deze wonderbaarlijke wijze werkt, zekerlijk, onfeilbaar en krachtiglijk wedergeboren worden en daadwerkelijk geloven.
En alsdan wordt de wil, zijnde nu vernieuwd, niet alleen van God gedreven en bewogen, maar, van God bewogen zijnde, werkt hij ook zelf. Waarom ook terecht gezegd wordt dat de mens, door de genade die hij ontvangen heeft, gelooft en zich bekeert.
14.Zo is dan het geloof een gave Gods; niet omdat het aan den vrijen wil des mensen van God wordt aangeboden, maar omdat het den mens metterdaad wordt medegedeeld, ingegeven en ingestort;
ook niet daarom, dat God alleen de macht om te geloven zou geven, en daarna de toestemming of het daadwerkelijk geloven van den vrijen wil des mensen verwachten; maar omdat Hij, Die daar werkt het willen en het werken, ja alles werkt in allen, in den mens teweegbrengt beide, den wil om te geloven en het geloof zelf.
15.Deze genade is God aan niemand schuldig; want wat zou Hij schuldig zijn dengenen, die Hem niets eerst geven kan, opdat het hem vergolden worde? Ja, wat zou God dien schuldig zijn, die van zichzelven niet anders heeft dan zonde en leugen? Diegene dan, die deze genade ontvangt, die is Gode alleen daarvoor eeuwige dankbaarheid schuldig, en dankt Hem ook daarvoor; diegene, die deze genade niet ontvangt, die acht ook deze geestelijke dingen gans niet en behaagt zichzelven in het zijne; of, zorgeloos zijnde, roemt hij ijdellijk dat hij heeft hetgeen hij niet heeft.
Overigens wens ik je succes met het zelf bepalen van je geloof en kiezen voor de Heere Jezus. En als dat al zou lukken, vraag ik me af of je nog wel stof hebt om Hem hiervoor in de eeuwigheid te prijzen en te eren. Want dan heb je zelf gekozen en Hem aangenomen als Verlosser. Dan was
jij de eerste, en niet God.