elbert schreef:(...) Ik pleit er dus voor om niet aan de inhoud van het christelijk geloof te morrelen om zodoende relevant in deze wereld te worden.(...)
Bovenstaande zin vat jouw reactie aardig samen denk ik. Hoewel dit vaak gezegd wordt en goed in het gehoor ligt, ben ik het toch niet met je eens.
Het suggereert mij teveel dat de inhoud van het christelijk geloof een afgebakend en altijd gelijk blijvend stelsel is. Als je één steen uit de muur haalt, stort alles in.
Dat is niet zo. Eenvoudig aan te tonen uit de historische debatten, tegenstellingen en schisma's in het christendom. Ook nu zijn er vele vormen van christendom, die ook op de inhoud van elkaar verschillen.
Het gaat niet aan om andere christenen geen christen te noemen. Dat is de makkelijkste weg, maar een onterechte vluchtweg. Christenen bepalen zelf of en waarom zij christenen genoemd worden. Dat geldt voor een doorgewinterde gereformeerde gelovige net zo goed als voor een overtuigde rooms katholieke of pinksterchristen. Christenen leggen 'andere accenten' hoor je nogal eens. Dat is een eufemisme waarmee wordt verhuld dat christenen soms verschillende dingen geloven. Wij weten in Nederland hoe die verschillen kunnen worden uitvergroot.
Het is verstandig om je te conformeren aan de overeenstemming die de Kerk al lang geleden heeft bereikt in de grote geloofsbelijdenissen. Doe ik ook. Maar die zeggen helemaal niks over de uitwerking daarvan in samenlevingen en kerkgemeenschappen. De kerk heeft vele gedaanten aangenomen door de tijd heen. Gelovigen in de synagoge, locale huizen in de oudheid, waar iedereen werd gedoopt als de heer des huizes het christelijk geloof aannam, de gevestigde Romeinse machtskerk, verdeelde kerken in Oost en West, kloosters, mystici, kerken van de Reformatie, missie- en zendingskerken, pentecostals, welvaartskerken in Zuid Korea, Salvation Army en nog tal van andere kerken die allen een eigen praktijk hebben, maar ook een eigen theologie. Die passend gemaakt is voor de tijden, plaatsen en omstandigheden die voorhanden waren. Zwarte armen-kerken in the South (Amerika), rijken-kerken in Californë of Wassenaar. Jeugdkerken, bewegingen, oecumenische kerken, eindtijd-kerken, fundamentalistische actiegroepen, linkse kerken, rechtse kerken, TV-kerken, homo-kerken. You name it.
Ik zal niet zeggen dat zij allemaal zo verstandig zijn om de geloofsbelijdenissen van Nicea en Athanasius te omarmen, maar ze noemen zich wel allemaal christen. Met enorme inhoudelijke verschillen. En dat heeft zo zijn oorzaken.
Die mogelijke diversiteit zou ik willen aanspreken om de westerse kerken die in crisis zijn weer een uitweg te bieden. Want één van de bezwaren tegen isolationisme is dat je het juiste zicht op de problematiek niet meer ziet. De kerk in het Westen heeft een enorm probleem, dat alleen in de toekomst kan worden opgelost. Door veranderingen door te voeren die te maken hebben met de aard, het doel, de inhoud en daarmee ook de vorm van kerk-zijn. Alle kerken die ik boven heb opgesomd hebben dat in de loop van de tijd gedaan. Daarom hebben zij een eigen gezicht gekregen en konden zij overleven en een betekenisvolle plaats hebben voor mensen. Als dat niet meer zou lukken en zij zouden de wegblijvende mensen de schuld daarvan geven, dan zouden ze ophouden te bestaan.
Mijn grote bezwaar tegen exclusief denken is dat men de eigen boel wel bij elkaar weet te houden (door vrij strikt te zijn en veranderingen categorisch te wantrouwen) en daarvoor de prijs betaalt niet te weten hoe de wereld om hen heen (de wereldlijke wereld zowel als de religieuze wereld) verandert en antwoorden zoekt op nieuwe vragen.
De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat geïsoleerde kerken het alleen maar kunnen hebben van hun geboorteleden. Wel, dat zijn precies de dragers van alle dilemma's die met de isolatie worden gegeven. De niet beantwoorde vragen waarmee zij rondlopen zijn niet minder belangrijk dan de existentiële religieuze vragen die in de traditionele kerken worden gesteld.
Kerkverlating is niet altijd een teken dat mensen ongehoorzaam zijn, de leer hebben verloochend, God hebben verlaten of op het hellend vlak zijn terechtgekomen. Die gedachte dringt zich uiteraard op vanuit een wereldbeeld dat helemaal wordt bepaald door eigen kring en traditie. Maar die gedachte wordt maar door zeer weinig gelovigen gedeeld. Kerkverlating betekent dat mensen een ander heenkomen zoeken.
En dat heeft achtergronden die niet alleen met de vorm te maken hebben, maar ook met de inhoud. Ik zoek inhoudelijke veranderingen teneinde de crisis in het Westerse christendom te doorbreken. Theologische veranderingen.
Ik wil dat doen binnen de apostolische belijdenis. Dat is de beperking. De ruimte zoek ik in de wetenschap dat er vele, vele vormen van christendom zich hebben kunnen ontplooien op basis van (gewijzigde) omstandigheden, tijden en plaatsen. Toen en daar kon het, dus hier en nu ook.
Onze omstandigheden in het westen zijn dramatisch gewijzigd. We leven in heel andere tijden dan vele generaties voor ons. De plaatsen zijn ook compleet anders. Wisten we vroeger alleen het onderscheid tussen ons eigen dorp en het andere dorp, tussen protestants en katteliek, nu worden we geïnformeerd over alle plaatsen in de wereld. Dat verandert onze godsdienst onvermijdelijk.
Ga maar eens in het buitenland studeren en daar naar de kerk.
Er moet iets veranderen in geïsoleerde kerkgemeenschappen, wil het isolationisme niet ook het uiteindelijke einde worden van die gemeenschappen. De orthodoxe reactie op de gevolgen van de moderniteit in de jaren '80 heeft deze kerken doen groeien, maar die groei is nu over haar hoogtepunt heen. Niet langer kunnen deze kerken teren op de angst voor en de afkeer tegen de ontwikkelingen van vroeger jaren. Want de volgende generatie is niet meer op te voeden in dit reactie-verhaal. Die willen een positief verhaal, geënt op hun tijd, hun zorgen en vragen: Wat we wél (kunnen) geloven, wat we wél (kunnen) praktiseren, wat we wél (kunnen) verwachten. Niet wat we niet mogen, moeten, willen of kunnen.
Ook de tegenspraak die de kerk zou moeten oproepen, zoals je terecht stelt, moet constructief zijn, helpend, verlossend, bevrijdend, dienstbaar en niet worden gestempeld door het vaak gehoorde "teuge".
Want dan ontstaat de tegenspraak alleen in eigen kring. Daar zijn we wel goed in, maar daar hebben we met de veelvoud aan scheuringen en scheidingen onszelf ook nooit echt mee geholpen.
En dat de kerk in wezen altijd een eindtijd-geloof heeft gehad, is deels waar. Maar de grote kracht van de Kerk is haar ontwikkeling die tot stand kwam juist bij het uitblijven van de wederkomst. Wij leven nu, heden. En dat is het heden van de genade. Niet het heden van het oordeel.
Alle eindtijd-verhalen van tegenwoordig en vroeger hebben gefaald. Laat die verkeerde focus dan omgedraaid worden in een constructiever beeld van de toekomst, waarbij de schepping, de mensen, de dieren en de aarde bewaard worden. En de kern van onze godsdienst weer de christelijke praktijk is, die van de zeven christelijke deugden, gedreven door het grote gebod van de liefde. Voor God en de naaste.
gravo