boer schreef:In Zijn opzien naar de hemel, zegende Jezus Zijn Vader.
Verdiep je maar eens in de joodse gebeden, daar wordt ook God gezegend als Schepper van het heelal en Die alles laat groeien
Jezus sprak DE zegen uit, zegt de Schrift.
Het lijdend voornaamwoord ''ze'', wat je gebruikt is een onbijbelse toevoeging!
Gaarne een reaktie mbt deze ernstige zaak, welke voor de zoveelste keer een verschil blootlegt tussen traditie en wat er nu eigenlijk écht staat.
Als je het heel letterlijk wilt nemen, staat er het volgende:
"en nam de vijf broden en de twee vissen, opziende naar de hemel, zegenende en brekende gaf aan de discipelen de broden"
Als je zegt dat hiermee bedoeld wordt dat Jezus Zijn Vader zegent (wat er niet staat), moet je ook zeggen dat niet alleen het zegenen op de Vader slaat, maar ook het breken.
Dit is natuurlijk onzin.
Zegenen en breken worden in 1 adem genoemd en slaan dus op hetzelfde zelfstandig naamwoord.
Zowel het zegenen als het breken slaat op de broden. Dat komt in vrijwel elke vertaling zo naar voren en ik zie geen reden om hier van af te wijken, enkel omdat je tegen een bepaald bijbels gebruik bent.
Verder zeg je dat het lijdend voornaamwoord "ze" niet in de grondtekst staat. Dat is in Matth. 14:19 inderdaad zo, maar uit het verband weten we dus dat dit niet nodig is, omdat het zegenen op het brood slaat. Bovendien staat het lijdend voornaamwoord "ze" weldegelijk in de grondtekst in Luk. 9:16:
Luk. 9:16 En nadat Hij de vijf broden en de twee vissen genomen had, keek Hij op naar de hemel, en Hij zegende ze, brak ze en gaf ze aan de discipelen om aan de menigte voor te zetten.
Bovendien is je opmerking dat alleen mensen of God gezegend kunnen worden, Bijbels gezien onjuist.
In de Bijbel vinden we o.a.:
Ex. 23:25 U moet de HEERE, uw God, dienen. Dan zal Hij
uw brood en uw water zegenen. Ik zal ziekte uit uw midden doen wijken.
Deut. 7:13 Hij zal de vrucht van uw schoot zegenen
en de vrucht van uw land, uw koren, uw nieuwe wijn en uw olie, de dracht van uw koeien en de jongen van uw kleinvee,
Deut 28:4 Gezegend zal zijn de vrucht van uw schoot,
de vrucht van uw land en de vrucht van uw vee, de dracht van uw koeien en de jongen van uw kleinvee.5 Gezegend zal zijn
uw korf en uw baktrog.Deut. 28:12 De HEERE zal voor u Zijn rijke schatkamer, de hemel, openen, door uw land regen te geven op zijn tijd en door
al het werk van uw handen te zegenen.
Psalm 132:15
Haar voedsel zal Ik rijk zegenen, haar armen met brood verzadigen.
1 Kor. 10:16 De
drinkbeker der dankzegging, die wij met dankzegging zegenen, is die niet de gemeenschap met het bloed van Christus?
enzovoorts
Ook een belangrijke tekst in dit verband:
1 Sam. 9:13 Wanneer u de stad binnenkomt, zult u hem vinden voor hij de hoogte opgaat om te eten. Het volk zal immers niet eten totdat hij komt,
want hij zegent het offer en daarna eten de genodigden. Ga dan nu, want u zult hem dadelijk vinden.
Lees je je Bijbel wel?
mohamed schreef:Dat is helemaal geen andere zaak, jij rukt de boel uit zijn verband om je eigen tradities mee te rechtvaardigen.
Het lijkt me goed om minder grote woorden te gebruiken en meer te beargumenteren of, en zo ja, hoe ik zaken uit elkaar ruk. Op grond waarvan kom je tot de conclusie dat het bijzondere zit in de broden en de vissen en niet in Degene die ze vermenigvuldigt?
Laat de woorden van mijn mond en de overdenking van mijn hart welgevallig zijn voor Uw aangezicht, HEERE, mijn rots en mijn Verlosser! (Ps. 19:15)