mohamed schreef:Tja, zo lust ik er nog wel een paar.
JHM schreef:Hoezo?
De doop wast niet het vuil van uw lichaam, het is een vraag aan God om een zuiver geweten. Hierom kunt u vragen dankzij de opstanding van Jezus Christus, die de hemel is binnengegaan en nu aan Gods rechterhand zit, terwijl de engelen, machten en krachten aan hem onderworpen zijn. (1 Petr 3:21-22)
Centraal staat dus de vraag aan God om een zuiver geweten, waarom wij kunnen vragen dankzij de opstanding van Christus.
Wanneer je dat vers zo op zichzelf leest uit de NBV wordt die schijn gewekt, maar als je het vergelijkt met wat Paulus heeft geschreven aan Titus:
4 Maar toen zijn de goedheid en mensenliefde van God, onze redder, openbaar geworden 5 en heeft hij ons gered, niet vanwege onze rechtvaardige daden, maar uit barmhartigheid.
Hij heeft ons gered door het bad van de wedergeboorte en de vernieuwende kracht van de heilige Geest, 6 die hij door Jezus Christus, onze redder, rijkelijk over ons heeft uitgegoten. 7 Zo zijn wij door zijn genade als rechtvaardigen aangenomen en krijgen we deel aan het eeuwige leven waarop we hopen. Volgens Paulus kregen zij (de eerste christenen) het eeuwige leven door het bad (water) van de wedergeboorte
en doordat de heilige Geest over hen was uitgegoten. Zij kregen het eeuwige leven dus niet alleen door de waterdoop, maar door gedoopt te worden met water
en met geest, precies zoals Jezus ook zei:
'Jezus antwoordde: ‘
Waarachtig, ik verzeker u: niemand kan het koninkrijk van God binnengaan, tenzij hij geboren wordt uit water en geest.' (Joh 3,5)
We hebben dus twee getuigen die ervan getuigen dat men behouden was door gedoopt te worden met water
en met geest. Doch wat jij zegt is als ik je goed begrijp, dat Petrus uitsluitend spreekt over de waterdoop en dat zij dus behouden waren door alleen water (v 21a). Dat zou in tegenstrijd zijn met wat Christus en Paulus leerden en dat zou Petrus nooit doen maar bovendien schreef hij ook nog dat de doop waar hij op doelde niet het vuil van je lichaam wast, hetgeen nou net kenmerkend is aan water.
Laat het goed tot je doordringen dat Petrus schreef de doop 'waardoor u
nu (d.w.z. zijn lezers in de eerste eeuw) wordt
gered' en dat Jezus en Paulus leerden dat men gered werd door gedoopt te worden met water
en met geest. Derhalve kan Petrus nooit, maar dan ook nooit alleen de waterdoop hebben bedoeld en al helemaal niet de waterdoop die jij en ik zijn ondergaan, nee nooit en te nimmer.
Dus niet het water of wie begiet maar jij als persoon die gedoopt wordt. Of kun jij mij redelijkerwijs aantonen dat je volmacht dient te hebben om een water doop te mogen doen?
Ja, voor de laatste keer: JOHANNES DE DOPER!
'Dit was de man over wie de profeet Jesaja sprak toen hij zei: ‘Luid klinkt een stem in de woestijn: “Maak de weg van de Heer gereed, maak recht zijn paden.”’ (Matteüs 3,3)
'Luid klinkt een stem in de woestijn: “Maak de weg van de Heer gereed, maak recht zijn paden!”’ (Marcus 1,3)
'zoals geschreven staat in het boek met de uitspraken van de profeet Jesaja: ‘Luid klinkt een stem in de woestijn: “Maak de weg van de Heer gereed, maak recht zijn paden!' (Lucas 3,4)