Je trekt immers meer bijen met honing, dan met azijn.
ik weet niet of we wel zo vreselijk lief moeten doen naar ongelovigen. (wel zíjn hoor)
Het is zeer in de mode om alleen maar Gods liefde te willen verkopen aan de in kwaad verloren wereld en niet Zijn oordelen. Is dat niet een decadente houding? zo vraag ik mij vaak af.
Mijn Bijbel was in het OT ook niet zo soft. En aan het eind van het NT komt die sfeer weer helemaal terug; Apocalyps. En omdat een softe filosofische theologie daar geen raad mee weet, 'vergeestelijken' ze dat dan maar, wat in veel gevallen echt helemaal nergens op slaat!
Nou geloof ik dat ik het woord duivel of satan hier boven nog nergens heb zien staan, maar hij is wel net zo echt aanwezig als de Heere God Zelf en hij is geen liefde. En zoals de Heere God vele goede engelen tot Zijn positieve beschikking heeft, zo heeft de duivel vele enge demonen tot zijn walgelijke beschikking.
Doch hij heeft zichzelf heimelijk slinks m.i. een end uit de mode weten te manoeuvreren. Heerlijk in het rijk der duisternis weggekropen buiten het zicht van de media en de oppervlakkig waarnemende mens.
De duivel is de overste dezer wereld, zegt de Heere Jezus. Dat is geen lage functie hoor; daar kan je onnoemelijk veel invloed door uitoefenen. Het neerhalen van een vliegtuig is dan voor hem en z'n vele slaven op deze aarde maar een peulenschilletje. Hij zou binnen een paar dagen heel Gods volk Israël ook kunnen elimineren. (kennen we het verhaal van Job nog?)
Edoch, dat laat de Allerhoogste natuurlijk niet toe. Zo laat de Heere best ontzaglijk veel kwaad niet toe hoor; daar hebben wij geen notie van. Eigenlijk is iedere dag dat we leven en er ons geen 100 vreselijkheden overkomen m.i. al een groot Godswonder. Zijn bewarende en beschermende hand!
Maar hoe verder we van God afdwalen, onder de bescherming van Zijn veilige 'vleugels' vandaan, hoe meer we in de klauwen van dat ZK terecht komen met bijbehorende gevolgen van dien. De komende tijd zal daar voor ons land en volk en de rest van Europa vol van zijn, vrees ik met grote vrezen.
Zullen we ons dan toch vooral ernstig blijven beoefenen in het scherp blijven onderscheiden van goed en kwaad, inclusief hun afkomst?