...ds. W. Silfhout... „We proberen de catechisanten toch voor te houden dat iemand in Gods voorzienigheid in een kerkverband wordt geplaatst. Dat gebeurt niet zomaar en je kunt dat niet zomaar verlaten.”
(Bron: RD)
Dat argument klinkt me bekend in de oren.
Echter, dat heeft natuurlijk ook wel zo zijn grenzen. Waar die grenzen precies liggen, daarover verschillen de meningen nogal eens. Als je dit argument erg rigoureus verabsoluteert, dan blijf je tot de laatste snik in het kerkverband waar je eenmaal geboren bent, ongeacht wat er gebeurt.
In hoeverre je dit precies moet doorvoeren, daarover verschillen de meningen nogal eens. Dr. K. Runia was hierin erg rigoureus. Niet iedereen was het daarin met hem eens. (Zie bijv. dit artikel, een na laatste alinea.)
Op een gegeven moment kom je natuurlijk aan de kenmerken van het kerk-zijn (art. 29 NGB). Daar ligt natuurlijk wel een belangrijke grens.
Het andere uiterste van dr. K. Runia heb ik ook wel eens horen zeggen. "Je moet gewoon een kerk uitzoeken waar je je lekker voelt." Hmm, dat klinkt wel héél onprincipieel.
Wanneer verlaat je je kerkverband?
Ik som eens wat dingen op, waaruit je mag kiezen (meer dan één keuze mogelijk):
- Als het niet zo gezellig is in de gemeente.
- In geval van een voorgenomen huwelijk met iemand van een ander kerkverband.
- Als ik ruzie krijg met mijn dominee, of ouderling(en).
- Als ze me onder tucht zetten.
- Als ik me geestelijk vervreemd ga voelen van mijn kerk. (Je voelt je er niet goed thuis.)
- Als er duidelijk evangelische invloeden in het kerkverband gaan doorwerken. (Bijv. het zingen van Opwekkingsliederen in de dienst.)
- Als ze in mijn kerkverband ruimte gaan geven aan charismatische praktijken.
- Als ze de gereformeerde belijdenis gaan bekritiseren.
- Als de predikanten slecht preken.
- Als ze de waarheid van de Bijbel op losse schroeven gaan zetten. (Bijv.: het begin van Genesis is niet letterlijk gebeurd.)
- Als ze de godheid en het verzoenend werk van Christus gaan loochenen.
- Als ze me dwingen tot dingen die tegen mijn geweten in gaan.
- Nooit, want je kunt altijd nog positieve invloed uitoefenen als lid.
En uiteraard mag je zelf ook dingen noemen.